162948
3
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/113
Next page
Bedieningshandleiding
2
>>> INHOUDSOPGAVE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Inhoudsopgave 2
Veiligheidsvoorschriften 5
De Traffic Assist 7
Inhoud van de gebruiksaanwijzing 7
Gebruik 7
Navigatie 7
Muziek 8
Foto's 8
Video 8
Telefoon* 8
De Traffic Assist uitpakken 8
Levering controleren 8
Levering 8
Bij reclamaties 9
Behandeling van de
verpakking 9
Beschrijving van het apparaat 9
Traffic Assist - basisapparaat 9
Kabel voor voedingsspanning via
sigarettenaansteker 10
Accu 10
USB-verbindingskabel 10
Apparaathouder 10
Accessoires 10
Voeding stopcontact 10
Externe GPS-antenne 10
Hoofdtelefoon 11
Aanwijzingen ten aanzien van
de documentatie 11
Quick Start Guide 11
Bedieningshandleiding 11
Registratie 11
Reparatie 11
Emissie en afvoer 11
Overzicht Traffic Assist 12
Algemene bediening 15
Onderhoud en verzorging 15
Accukwaliteit 16
Displaykwaliteit 16
Ingebruikname 16
Voedingsspanning 16
Voeding via accu's 17
Aansluiten op de sigarettenaansteker 17
Aansluiten op het stopcontact 18
Stroomvoorziening tot stand brengen 18
GPS-Antenne 18
Apparaatantenne 18
Externe antenne aansluiten 18
Geheugenkaart 19
Geheugenkaart plaatsen 19
De geheugenkaart verwijderen 19
Apparaathouder 19
De apparaathouder aanbrengen 20
Op de voorruit 20
Apparaathouder verstellen 21
Traffic Assist opstellen 21
Traffic Assist afnemen 21
Traffic Assist in-/uitschakelen 21
Inschakelen 21
Uitschakelen 22
Het touchscreen 22
Bediening 23
Kalibrering 23
De menu's 23
Het hoofdmenu 23
Invoeren met behulp van het
invoermenu 23
Tekens invoeren 24
Voorstellen overnemen 24
In de lijsten bladeren 24
Speciale tekens en trema's 25
Andere tekensets 25
Cijfers invoeren 26
Omschakeling hoofdletters/kleine letters 26
Tekens wissen 26
Spatie invoegen 26
De Becker-toets 27
Content Manager 27
Content Manager installeren 27
Content Manager starten 28
Muziek, afbeeldingen en video's
overdragen 29
Bij storingen 29
Gebruiksmodus Navigatie 30
Wat is navigatie? 30
Navigatie kiezen 31
De snelkoppeling 31
Snelkoppeling opvragen 31
Het overzicht bestemmingen 31
Gebruikte pictogrammen 32
Inhoudsopgave
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
3
INHOUDSOPGAVE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Snelkoppeling bedienen 32
Met aanwezige bestemming starten. 32
In het bestemmingsgeheugen bladeren 32
Bestemming weergeven of bewerken 32
Huisadres 33
Menu Bestemming invoeren oproepen 33
Het menu Bestemmingen invoeren 33
Structuur van het menu
Bestemming invoeren 34
Adres invoeren 34
POI selecteren 34
Op kaart selecteren 34
Geo-coördinaten invoeren 34
Route plannen 34
Bestemming invoeren 34
Land kiezen 35
Adres kiezen en routebegeleiding
starten 35
Bijzondere bestemmingen 39
Bijzondere bestemming in de omgeving 40
Bijzondere bestemming bij een adres 41
Bijzondere bestemming in de
omgeving van de bestemming 41
Bijzondere bestemming rechtstreeks
invoeren 41
Telefoonnummers van bijzondere
bestemmingen bellen* 42
Bestemming vanuit de kaart selecteren 42
Coördinaten invoeren 43
Route plannen 44
Nieuwe route aanmaken 46
Route bewerken 46
Route optimaliseren 47
Navigatie-instellingen 47
De toets Reisinfo 48
De toets Routeopties 48
De toets Afslaginfo 50
De toets TMC 51
De toets Kaartinfo 52
De toets Snelheidsinfo 53
De toets Stem 54
De toets Volume 54
De toets Straten aankond. 54
De toets Aankomst aankon. 55
De toets Formaat 55
De toets Tijd 55
De toets Resetten 56
Verkeersberichten via TMC 56
Weergave van TMC-berichten op
de wegenkaart 57
TMC gebruiken 57
Melding lezen 58
Betreffende straat in de kaart weergeven 58
Rekening houden met berichten
voor de routeberekening 59
Automatisch een nieuwe route
berekenen 59
Handmatig een nieuwe route
berekenen 59
De kaartweergave 60
Kaartweergave oproepen 60
Opbouw van kaartweergave 60
Kaartweergave zonder navigatie 60
Kaartweergave met navigatie 60
Gedeeld beeldscherm met navigatie 62
Navigatie met pijlen 63
Kaartweergave bedienen 64
Laatste aankondiging herhalen 64
Volume van aankondigingen
veranderen 64
Kaart in-/uitzoomen 64
Kaart verschuiven 65
Opties voor de kaartweergave 65
Navigatie afbreken 66
Tussenstop invoeren/wissen. 66
Gehele route weergeven 67
Overzicht bestemmingen weergeven 68
Bestemming overslaan 68
Weergave omschakelen 69
Zoompercentages en kaarthoek wijzigen 70
Oriëntatie van de kaart (2D) wijzigen 71
3D-gebouwen in-/uitschakelen 71
Actuele positie weergeven 71
Bijzondere bestemming op de route 72
TMC op de route 73
Traject blokkeren 73
Routeopties wijzigen 74
TELEFOONFUNCTIE* 75
Telefoonfunctie oproepen 75
Telefoonmenu 76
Nummer kiezen 76
Telefoonboek 77
Nummerlijsten 78
Gebruikte pictogrammen 79
In de nummerlijst bladeren 79
Bestaande nummers kiezen 79
Vermeldingen weergeven of bewerken 79
Van de mobiele telefoon geladen lijsten 80
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
4
>>> INHOUDSOPGAVE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Bluetooth-telefoons aansluiten 80
Apparaatlijst oproepen 80
Automatische verbinding 81
Mobiele telefoons zoeken 82
Vanuit de apparaatlijst verbinden 82
Verbinding met telefoon verbreken 83
Telefoongesprekken 83
Gesprek tot stand brengen 83
Oproep aannemen 83
Gesprek beëindigen 84
Tijdens een gesprek 84
Telefooninstellingen 85
Bluetooth in-/uitschakelen 86
Automatische verbinding 86
Zichtbaarheid 86
Automatisch aannemen 87
Volume van de telefoon 87
Telefoonboek bijwerken 87
Bluetooth-naam 88
toets Extra 89
Mp3-speler 89
Titel kiezen 89
Het weergavemenu 91
Titelsprong 91
Afspelen 91
Weergave onderbreken 91
Titelherhaling/shuffle 92
Volume instellen 92
mp3-speler beëindigen 92
Picture Viewer 93
Het Picture Viewer-menu 93
Afbeelding selecteren 94
Afbeelding vergroten 94
Afbeelding draaien 94
Afbeeldinginformatie weergeven 95
Diavoorstelling 95
Instellingen 95
Videoplayer 96
Videomenu weergeven 97
Afspelen 97
Weergave onderbreken 97
Volume instellen 98
Instellingen 99
Systeeminstellingen selecteren 99
Het menu Systeeminstellingen 99
Bediening 99
Keuzemogelijkheden 99
Menu instellingen sluiten 99
De afzonderlijke menuopties 100
Accu 100
Dag-/nachtmodus 100
Kalibrering 101
Helderheid 101
Taal 101
Automatisch aan/uit 102
Tonen 102
Fabrieksinstellingen 103
Informatie 103
Terminologie 104
Trefworden 106
Technische specificaties 109
NORMEN EN RICHTLIJNEN 110
EG-conformiteitsverklaring 110
Afvoer van het apparaat 111
Afvoer van de accu 112
Informatieplicht conform het
Besluit verwijdering batterijen 112
Accu uitbouwen 112
De specificaties en gegevens in deze docu-
mentatie kunnen niet zonder voorafgaan-
de aankondiging worden gewijzigd.
Zonder de uitdrukkelijke schriftelijke
goedkeuring van HARMAN/BECKER
Automotive Systems GmbH mag geen en-
kel onderdeel van deze documentatie voor
ongeacht welk doel worden verveelvou-
digd of overgedragen. Alle technische spe-
cificaties, tekeningen enz. worden be-
schermd door het auteursrecht.
© Copyright 2009, HARMAN/BECKER
Automotive Systems GmbH
Alle rechten voorbehouden.
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
5
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Veiligheidsvoorschriften
!Veiligheidsvoorschriften
Het apparaat mag alleen dan worden bediend wanneer de verkeerssituatie dat toelaat en u er absoluut zeker van bent, dat
u uwzelf, uw medeweggebruikers of andere verkeersdeelnemers niet in gevaar kunt brengen, kunt hinderen of tot last zult
zijn.
In ieder geval gelden de voorschriften van de wegenverkeerswet. Alleen wanneer de auto stilstaat mag een bestemming
worden ingevoerd.
Het navigatiesysteem is slechts een hulpmiddel, in afzonderlijke gevallen kunnen de gegevens/aanwijzingen onjuist zijn.
De bestuurder moet in iedere situatie zelf beslissen, of hij of zij de aanwijzingen wel of niet opvolgt. De aansprakelijkheid
voor onjuiste aanwijzingen door het navigatiesysteem is uitgesloten. Op grond van gewijzigde verkeerssituaties of
afwijkende gegevens kan het gebeuren, dat onnauwkeurige of onjuiste aanwijzingen worden gegeven. Daarbij moeten
altijd de concrete verkeerstekens en verkeersregels worden opgevolgd. Het navigatiesysteem mag in het bijzonder bij
slechte zichtomstandigheden niet als oriëntatiehulp worden gebruikt.
Het apparaat mag alleen overeenkomstig de reglementaire bestemming worden gebruikt. Het volume van het
navigatiesysteem moet zodanig worden ingesteld, dat geluiden van buiten het voertuig nog kunnen worden waargenomen.
In geval van een storing (bijv. rook- of stankontwikkeling) moet het apparaat onmiddellijk worden uitgeschakeld.
Uit veiligheidsoverwegingen mag het apparaat alleen door een technicus worden geopend. Neem wanneer reparatie
noodzakelijk is, contact op met uw leverancier.
6
>>> VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De spanningswaarden (volt) op de voeding, de voertuiglaadadapter en het toestel mogen niet worden overschreden. Als u
dat toch doet, kunnen het toestel en het laadapparaat onherstelbaar worden beschadigd en kan de accu exploderen.
Open het toestel en de accu onder geen beding. Elke andere wijziging aan het toestel is niet toegestaan en leidt tot verlies
van de vergunning.
Gebruik uitsluitend originele accessoires van BECKER. Zo zorgt u ervoor dat alle geldende bepalingen worden
aangehouden en voorkomt u letsel en materiële schade. Voer onbruikbare toestellen of de accu volgens de geldende
wettelijke bepalingen af.
Door ondeskundig gebruik komt elke aanspraak op garantie te vervallen! Deze veiligheidsvoorschriften gelden ook voor
de originele BECKER-accessoires.
7
DE TRAFFIC ASSIST >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De Traffic Assist
Inhoud van de
gebruiksaanwijzing
In deze gebruikshandleiding worden de
beide toestellen Traffic Assist Z202 en
Traffic Assist Z203 beschreven. Het
verschil tussen beide toestellen is de extra
Bluetooth-functie van de Traffic Assist
Z203.
Alle beschrijvingen gelden voor beide
toestellen, met uitzondering van de
beschrijvingen met een sterretje (*).
Gedeelten in de gebruiksaanwijzing die
gemarkeerd zijn met een sterretje (*)
gelden speciaal voor de Traffic Assist
Z203.
Gebruik
Met de Traffic Assist beschikt u over
een
krachtige PND (
P
ersonal
N
avigation
D
e-
vice) voor het gebruik in voertuigen
en
binnenshuis. Het apparaat en de
accessoires beschermen tegen vocht en
vuil.
De Traffic Assist kan worden gebruikt als:
Navigatieapparaat
MP3-speler
Bekijken van foto's
•Video Player
Via een mobiele telefoon met
Bluetooth® als uiterst comfortabele
handsfree-installatie*.
Navigatie
Door het GPS = Global Positioning
System vervalt het moeizame zoeken in
wegenkaarten.
Door de in het apparaat geïntegreerde
ontvangstantenne heeft u buiten gebouwen
een permanente toegang tot de navigatie-
mogelijkheden. In gebouwen kan de navi-
gatiefunctie, afhankelijk van de ontvangst,
niet worden gebruikt. Bij het gebruik in
voertuigen kan het afhankelijk van de in-
bouwpositie van de Traffic Assist gebeu-
ren dat er onvoldoende ontvangst van de
GPS-gegevens mogelijk is. Voor dit geval
kan een externe antenne worden aangeslo-
ten (wordt niet meegeleverd).
Uw Traffic Assist beschikt over TMC.
Met TMC kunt u verkeersinformatie
ontvangen. Zo krijgt u informatie over
mogelijke verkeersproblemen.
Afhankelijk van de instellingen wordt u
automatisch of op aanvraag geïnformeerd
over verkeersproblemen.
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
8
>>> DE TRAFFIC ASSIST
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Muziek
Met behulp van de geïntegreerde
MP3-Player kunt u uw lievelingsmuziek
mee op reis nemen.
Foto's
De Traffic Assist beschikt over een Picture
Viewer met vele functies voor het weerge-
ven van foto's.
Video
Traffic Assist beschikt over een Video
Player voor het afspelen van video's.
Telefoon*
Uw Traffic Assist is uitgerust met
Bluetooth® wireless technology. Via
Bluetooth® kunt u verbinding maken
met een mobiele telefoon met
Bluetooth® wireless technology. Uw
Traffic Assist fungeert dan als uiterst
comfortabele handsfree-installatie.
Bovendien kunt u het adres- en
telefoonboek van de mobiele telefoon
bekijken.
De Traffic Assist uitpakken
Levering controleren
Voordat de Traffic Assist in gebruik wordt
genomen, moet de volledigheid en de toe-
stand van de levering worden gecontro-
leerd (zie ook pagina 12).
> Pak de inhoud van de verpakking voor-
zichtig uit en controleer deze.
Levering
Traffic Assist, het mobiele
navigatiesysteem met geïntegreerde
MP3-speler, Video Player, Picture
Viewer en een comfortabele
Bluetooth® handsfree-installatie.
Apparaathouder
USB-kabel
Autoadapter 12/24 V voor
sigarettenaansteker met ingebouwde
TMC-antenne.
DVD met Content Manager en
handleidingen (niet afgebeeld)
Opmerking:
Uw Traffic Assist wordt in een stevige
verpakking geleverd. Wanneer de
verpakking of de inhoud van de verpak-
king ernstig beschadigd is, mag het
apparaat niet verder worden uitgepakt.
Neem in dat geval contact op met uw le-
verancier.
1
2
3
4
1
2
3
4
5
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
9
DE TRAFFIC ASSIST >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Bij reclamaties
Neem in geval van reclamaties contact op
met uw leverancier. Het apparaat kan ook
in de originale verpakking rechtstreeks
aan Harman/Becker worden gestuurd.
Behandeling van de
verpakking
De originele verpakking moet minimaal
gedurende de garantietijd op een droge
plaats worden bewaard.
Beschrijving van het appa-
raat
De Traffic Assist bestaat uit het basisappa-
raat Traffic Assist en de accessoires die
worden meegeleverd.
De afzonderlijke onderdelen worden
weergegeven onder:
"Overzicht Traffic Assist" op pagina 12
Traffic Assist - basisapparaat
Het basistoestel bevat de gehele elektroni-
ca:
een geïntegreerde antenne,
een TMC-ontvanger voor het ontvan-
gen van verkeersmeldingen,
een touchscreen,
een geïntegreerde luidspreker voor
navigatieaanwijzingen of voor MP3-
bestanden en video’s en
telefoongesprekken,
een microfoon*.
Bovendien bevinden zich aan de zijkant
van het apparaat diverse aansluitingen en
interfaces.
Zie voor aanvullende gegevens:
"Technische specificaties" op
pagina 109
Opmerking:
De verpakking moet overeenkomstig de
landspecifieke voorschriften als afval
worden behandeld. De verpakking mag
niet worden verbrand. Afhankelijk
van het land waar het product wordt
geleverd kan de verpakking bij de
leverancier worden ingeleverd.
Opmerking:
Het basisapparaat en de accessoires mo-
gen niet worden geopend en op geen en-
kele wijze worden gewijzigd.
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
10
>>> DE TRAFFIC ASSIST
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Kabel voor voedingsspanning
via sigarettenaansteker
Deze kabel maakt het mogelijk om het ap-
paraat op de sigarettenaansteker van het
voertuig aan te sluiten.
Bovendien worden via deze kabel ook de
TMC-meldingen ontvangen.
Eisen die aan de voedingsspanning
worden gesteld zijn:
gelijkstroom 12/24 volt
0,5 ampère
Accu
Na het ontladen van de geïntegreerde accu
kan deze door het aansluiten van de Traf-
fic Assist op de voeding weer worden op-
geladen.
Daartoe sluit u het toestel via de auto-ad-
apter op een 12/24 V-bus in de auto aan
of via de optioneel verkrijgbare netsteker
op het 230V-net aan.
USB-verbindingskabel
Via de meegeleverde USB-
verbindingskabel kan de Traffic Assist
worden aangesloten op een pc met USB-
interface. De 4GB-flashgeheugens van de
Traffic Assist en een eventueel geplaatste
micro-SD-kaart kunnen dan via de pc als
een mobiele gegevensdrager worden
gebruikt.
Apparaathouder
De Traffic Assist kan met behulp van de
apparaathouder in het voertuig worden
bevestigd.
Accessoires
Voeding stopcontact
Met deze voeding kunt u de Traffic Assist
op een stopcontact aansluiten.
De eisen m.b.t. de voeding zijn:
Wisselstroom
100-240 volt
0,2 ampère
50-60 hertz
Externe GPS-antenne
Met behulp van een externe antenne kunt
u in voertuigen, waar slechts een beperkte
GPS-ontvangst mogelijk is, een verbete-
ring in de ontvangst realiseren (wordt niet
meegeleverd).Vraag hiertoe informatie bij
uw leverancier.
De aansluiting wordt nader beschreven
onder "Externe antenne aansluiten" op
pagina 18.
Opmerking:
U kunt uw Traffic Assist via de meegele-
verde laadkabel voor in de auto of via de
optioneel verkrijgbare netsteker voor het
stopcontact opladen.
Terwijl uw Traffic Assist met een pc ver-
bonden is, wordt het toestel via de pc van
stroom voorzien en verbruikt het toestel
geen stroom van de accu.
11
DE TRAFFIC ASSIST >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Hoofdtelefoon
Bij het gebruik van de Traffic Assist als
mp3-speler kan een standaard hoofdtele-
foon met 3,5 mm stekker of een navenan-
te adapter worden aangesloten (niet mee-
geleverd).
Aanwijzingen ten aanzien
van de documentatie
Quick Start Guide
Voor een snelle inleiding tot de bedie-
ningsopties van uw Traffic Assist verwij-
zen wij u naar de Quick Start Guide. In de
Quick Start Guide vindt u nadere uitleg
over de meest belangrijke basisfuncties
van de Traffic Assist.
Bedieningshandleiding
Een uitvoerige beschrijving van de wer-
king van de Traffic Assist vindt u in deze
handleiding.
Registratie
U kunt zich laten registreren bij onze soft-
ware-service.
U krijgt dan informatie over updates en
ander nieuws.
U kunt zich laten registreren op de Bec-
ker-homepage www.mybecker.com.
„Software update“ vindt u op de pagina
„SERVICE/SUPPORT“.
Reparatie
In geval van storingen mag het apparaat
niet worden geopend. Neem contact op
met uw leverancier.
Emissie en afvoer
Gegevens over emissies, elektromagneti-
sche compatibiliteit en afvoer vindt u in
"NORMEN EN RICHTLIJNEN" op
pagina 110.
!Gevaar!
Gehoorschade vermijden
Het gebruik van hoofdtele-
foons en oortelefoons gedu-
rende een lange periode met
een hoog volume kan permanente ge-
hoorbeschadiging veroorzaken.
De conformiteit met de grenswaarden
voor geluidsdruk volgens de norm NF
EN 50332-1:2000 overeenkomstig Fre-
nch Article L. 5232-1 wordt gegaran-
deerd.
Opmerking:
Tijdens het rijden is het gebruik van
hoofdtelefoons niet toegestaan. Neem
hiervoor de wettelijke voorschriften en
bepalingen voor het betreffende land in
acht.
12
>>> OVERZICHT TRAFFIC ASSIST
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Overzicht Traffic Assist
Omvang levering
1 Traffic Assist - PND (Personal Navigation Device)
2 USB-verbindingskabel
3 Apparaathouder
4 Kabel voor voeding via de sigarettenaansteker (12/24 volt)
met ingebouwde TMC-antenne
1
2
4
3
13
OVERZICHT TRAFFIC ASSIST >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Apparaatfront met bedienings- en weergave-elementen
1 Touchscreen met gekozen hoofdmenu
2 Touchscreen-toets
indrukken = activeren van het desbetreffende
toetscommando
3 Becker-toets ( )
Drukken = in de meeste toepassingen de functie Terug
Lang indrukken = in- en uitschakelen van de Traffic Assist
4 Microfoon*
Achterkant apparaat
5 Aansluitmogelijkheid voor externe antenne
(externe antenne wordt niet meegeleverd)
3
4
5
1
2
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
14
>>> OVERZICHT TRAFFIC ASSIST
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Apparaat links
1 Sleuf voor SD-kaart
2 3,5 mm-aansluiting voor hoofdtelefoon (hoofdtelefoon niet
meegeleverd)
3 Mini-USB-aansluiting
Bovenkant van het apparaat
4 Reset-toets
Onderkant van het apparaat
5 Contacten voor de verbinding met de draagplaat
1
2
3
5
4
15
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Algemene bedie ning
Onderhoud en verzorging
Het toestel is onderhoudsvrij.
Ter verzorging kan een standaard reini-
gingsmiddel voor elektronische appara-
tuur met een vochtige, zachte doek wor-
den aangebracht.
Uw mobiele navigatietoestel is met grote
zorgvuldigheid ontwikkeld en moet ook
zorgvuldig worden behandeld. Neem de
onderstaande aanbevelingen in acht om zo
veel mogelijk plezier aan uw mobiele navi-
gatietoestel te beleven:
Bescherm uw mobiel navigatiesysteem
en de accessoires tegen vocht! Als het
apparaat blootgesteld werd aan vocht,
moet u het uitschakelen en de stekker
uit het stopcontact trekken. Laat het
apparaat bij kamertemperatuur
opdrogen.
Gebruik en bewaar uw navigatietoestel
niet in een stoffige of vuile omgeving.
Bewaar uw mobiele navigatietoestel niet
in warme omgevingen. Hoge tempera-
turen kunnen de levensduur van elek-
tronische onderdelen in uw toestel ver-
korten, accu’s beschadigen en bepaalde
kunststoffen vervormen of doen smel-
ten.
Bewaar uw mobiele navigatietoestel niet
in koude omgevingen. Wanneer het bij
gebruik weer tot bedrijfstemperatuur
opwarmt, kan er sprake zijn van interne
condensvorming die schade aan de elek-
tronische componenten toebrengt.
Laat uw mobiele navigatietoestel niet
vallen, stel het niet bloot aan schokken
en schud het niet. Door ondeskundig
behandelen kunt u componenten in het
toestel beschadigen.
Gebruik voor het reinigen nooit bijten-
de chemicaliën, reinigingsoplossingen
of scherpe reinigingsmiddelen.
Alle instructies gelden navenant voor het
mobiele navigatietoestel, de accu, de net-
en voertuiglaadadapter en alle accessoires.
Neem contact op met uw dealer wanneer
één van deze onderdelen niet goed functi-
oneert.
!Gevaar!
Levensgevaar door elektrische schokken.
Schakel het toestel vóór het verzorgen
van het toestel, de meegeleverde onder-
delen en de accessoires altijd uit en ver-
wijder de voeding.
Opmerkingen:
gebruik geen agressieve of schurende
middelen of wislappen die het oppervlak
bekrassen.
Het toestel mag niet met water in aanra-
king komen.
16
>>> ALGEMENE BEDIENING
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Accukwaliteit
De capaciteit van de accu van uw mobiele
navigatietoestel neemt bij elke laad-/ont-
laadcyclus af. Ook kan de capaciteit als ge-
volg van ondeskundige opslag bij een te
hoge of lage temperatuur langzamerhand
afnemen. Op deze wijze kan de bedrijfs-
tijd ook bij een volle accu aanzienlijk wor-
den verkort.
In elk geval is de constructie van de accu
zodanig dat deze ook na gebruik geduren-
de 6 maanden na aankoop van uw mobie-
le navigatietoestel nog kan worden gela-
den en ontladen.
Displaykwaliteit
Bij uitzondering kunnen er door de speci-
fieke technologie een paar puntjes (pixels)
met een andere kleur op het display ver-
schijnen. Ook kunnen sommige scherm-
puntjes een lichter of donkerder kleur
hebben. In deze gevallen is er echter geen
sprake van gebreken.
Ingebruikname
Wanneer de Traffic Assist is uitgepakt en
is gecontroleerd of het geheel vrij van
schade is, kan het apparaat in gebruik
worden genomen. De afzonderlijke
stappen zijn:
Voedingsspanning aansluiten
Toestel inschakelen
Voor antenneontvangst zorgen (indien
navigatie gewenst)
Voedingsspanning
Opmerking:
U kunt uw Traffic Assist via de meegele-
verde laadkabel voor in de auto of via de
optioneel verkrijgbare netsteker voor het
stopcontact opladen.
Terwijl uw Traffic Assist met een pc ver-
bonden is, wordt het toestel via de pc van
stroom voorzien en verbruikt het toestel
geen stroom van de accu.
17
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Voeding via accu's
De interne voeding wordt verzorgd via
een ingebouwde accu. De accu is onder-
houdsvrij en behoeft geen bijzondere ver-
zorging.
Aansluiten op de sigaretten-
aansteker
De stroomvoorziening vanuit de auto-
accu via de bijgeleverde kabel voor de siga-
rettenaansteker komt als volgt tot stand:
> Pak de USB-aansluiting bij het gerib-
belde gedeelte en schuif deze tot aan de
aanslag zonder veel kracht in de aan-
sluitbus van de Traffic Assist of in de
aansluitbus op de draagplaat.
> Steek de adapter in de sigarettenaanste-
ker.
Opmerking:
Bij een volledig ontladen accu kan het tot
een minuut duren voordat het toestel
weer kan worden ingeschakeld.
Opmerking:
Neem bij een defecte accu contact op met
de dealer. Probeer de accu niet zelf uit te
bouwen.
Opmerking:
Als de sigarettenaansteker kort daarvoor
gebruikt is en dus nog heet is, wacht u tot
deze in zijn houder is afgekoeld.
Opmerking:
Door stroomvoorziening via de sigaret-
tenaansteker wordt de accu van de auto
bij uitgeschakelde motor langzaam ontla-
den.
Gebruik de Traffic Assist daarom niet ge-
durende langere tijd bij uitgeschakelde
motor.
Opmerking:
Via de kabel voor de sigarettenaansteker
worden de TMC-meldingen ontvangen.
Verkeersinformatie kan dus enkel
worden ontvangen wanneer deze kabel is
aangesloten.
18
>>> ALGEMENE BEDIENING
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Aansluiten op het stopcontact
Stroomvoorziening tot stand brengen
Het toestel wordt via een netsteker als
volgt op het openbare stroomnet aange-
sloten:
> Open het klepje aan de linkerkant van
de Traffic Assist.
> Pak de USB-steker bij het geribbelde
gedeelte en schuif deze zonder al te veel
druk tot aan de aanslag in de contact-
doos van de Traffic Assist.
> Steek de netsteker in het stopcontact.
GPS-Antenne
Apparaatantenne
De GPS-antenne is in de behuizing geïn-
tegreerd.
Externe antenne aansluiten
Voor ontvangst onder slechte omstandig-
heden kan een externe GPS-antenne wor-
den aangesloten (niet meegeleverd). Hier-
voor bevindt er zich op de achterkant van
de behuizing een afsluitbare aansluitbus.
Sluit deze aansluiting altijd af als er geen
externe antenne wordt aangesloten.
> Open het kapje door voorzichtig aan de
bovenkant ervan te trekken.
> Sluit de externe antenne met de als optie
verkrijgbare adapter aan.
!Levensgevaar!
Let erop dat u geen natte handen hebt
en dat de voedingseenheid droog is.
Sluit de voedingseenheid alleen op een
hiervoor goedgekeurd stroomnet aan.
Opmerking:
Trek de netsteker uit het stopcontact als
u de Traffic Assist lange tijd niet gebruik.
Opmerking:
De geïntegreerde GPS-antenne is niet
bruikbaar in auto’s met zonwerende rui-
ten (opgedampt metaal of metaalfolie, te
herkennen aan de opdruk SIGLA SOL,
SIGLA CHROM, SIGLA, KOOL-OF,
SUNGATE o. a.) en in auto’s met fijn-
mazige verwarmingsdraden in de ruiten.
Gebruik in die gevallen een externe GPS-
antenne. Informeer daarnaar bij uw dea-
ler.
19
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Geheugenkaart
Uw Traffic Assist beschikt over een sleuf
voor een micro-SD-geheugenkaart.
Omdat bij de Traffic Assist de kaartgege-
vens in een intern geheugen opgeslagen
zijn, wordt de sleuf voor een micro-SD-
geheugenkaart alleen voor updates, voor
het afspelen van muziek, bekijken van af-
beeldingen of video’s gebruikt.
Aan de linkerkant van het toestel bevindt
zich de kaartsleuf. Het kaartvak is
voorzien van een veerbediend vastklik- en
uitwerpmechanisme.
Geheugenkaart plaatsen
> Haal de Memory Card uit de verpak-
king zonder de contacten aan te raken
en vuil te laten worden.
> Pak de geheugenkaart zo vast dat de
contacten in de richting van de voor-
kant van het apparaat wijzen.
> Schuif de geheugenkaart in het kaart-
vak.
> Schuif de geheugenkaart met lichte
druk in het kaartvak, waarna de kaart
automatisch wordt vergrendeld.
De geheugenkaart verwijde-
ren
Het kaartvak schuift de kaart zover naar
buiten, dat u deze met twee vingers kunt
beetpakken.
> Druk met de vinger lichtjes tegen de
veerdruk in tegen de geheugenkaart en
laat gelijk los.
De kaart wordt naar buiten geschoven.
> Trek de Memory Card eruit en leg deze
in de verpakking zonder de contacten
aan te raken.
Apparaathouder
De Traffic Assist kan met de apparaathou-
der rechtstreeks op de voorruit worden be-
vestigd.
Opmerking:
De Traffic Assist en de apparaathouder
mogen niet gedurende langere tijd wor-
den blootgesteld aan de rechtstreekse in-
werking van zonnestralen. Binnentempe-
raturen van +70 C en hoger kunnen de
onderdelen van de houder beschadigen.
20
>>> ALGEMENE BEDIENING
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Zuignap
Hendel
Voet
Klemschroef
Draagplaat
Beugel
De apparaathouder aanbren-
gen
Op de voorruit
Met de zuignap kan de apparaathouder
direct op de voorruit worden gemonteerd.
> Zoek een geschikte plaats.
> Druk de voet met de zuignap te-
gen de voorruit. Draai de apparaathou-
der zodanig dat de draagplaat ongeveer
in de gewenste kijkrichting staat.
> Druk de hendel naar onderen.
De houder heeft zich aan de voorruit vast-
gezogen. U kunt deze vervolgens precies
afstellen. Om te verwijderen moet u de
hendel weer gebruiken
2
1
3
4
6
5
1
2
3
4
5
6
Opmerking:
Bevestig de toestelhouder zodanig dat
deze uw zicht met gemonteerde Traffic
Assist niet inperkt en zich niet in het ac-
tiveringsgebied van de airbag bevindt.
U moet er op letten dat de elektrische
aansluitkabel geen hinder oplevert voor
het gebruik van de bedieningselementen
van het voertuig.
Let er tevens op dat er voldoende ruimte
overblijft om de Traffic Assist zonder
problemen uit de houder te kunnen
schuiven.
Reinig het bevestigingsvlak op de voor-
ruit zodat het vetvrij en schoon is. Ge-
bruik geen smerende, zeephoudende rei-
nigingsmiddelen.
3 1
2
2
21
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Apparaathouder verstellen
> Draai de klemschroef los tot de
draagplaat zonder veel kracht kan
worden bewogen.
> Zet de draagplaat in de gewenste
positie en houd de draagplaat in deze
positie vast.
> Draai de klemschroef weer zodanig
vast dat de Traffic Assist tijdens het rij-
den veilig vast blijft zitten.
Traffic Assist opstellen
> Zet de Traffic Assist met de bevesti-
gingspunten op de onderkant van de
behuizing op de draagplaat .
> Druk de Traffic Assist zonder al te veel
krachtsinspanning op de draagplaat
totdat de beugel In de bevesti-
ging vastklikt.
Traffic Assist afnemen
Druk met een vinger op de beugel van
de apparaathouder en haal het apparaat
met de vrije hand uit de apparaathouder.
Traffic Assist in-/uitschake-
len
Met behulp van de toets wordt het ap-
paraat in- en uitgeschakeld.
Inschakelen
> Druk enkele tellen op de toets .
Het apparaat wordt ingeschakeld. Op het
touchscreen verschijnt het fabriekslogo.
Als u de Traffic Assist voor de eerste keer
start, wordt automatisch de taalkeuze
weergeven.
Met de toetsen kunt u in de
desbetreffende pijlrichting in de lijstweer-
gave bladeren.
> Druk op het keuzeveld van de gewenste
taal.
> Bevestig uw keuze door de knop
OK in
te drukken.
Kort daarop verschijnt de volgende bood-
schap:
> Als u deze boodschap accepteert, drukt
u op de knop
OK
4
5
5
4
5
5 6
6
5003
22
>>> ALGEMENE BEDIENING
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Uitschakelen
U kunt het apparaat op elk gewenst mo-
ment uitschakelen.
> Druk enkele seconden op de toets .
Als u niets indrukt, schakelt de Traffic As-
sist na 5 seconden in de slaapstand.
> Druk op de toets
Geheel uit om de
Traffic Assist helemaal uit te schakelen.
Het touchscreen
De Traffic Assist is voorzien van een tou-
chscreen.
Opmerking:
De Traffic Assist mag uitsluitend volgens
de desbetreffende nationale verkeerswet-
geving worden gebruikt!
Opmerking:
Gedurende 5 seconden kan het
uitschakelen worden afgebroken door de
toets
Annuleren of de toets in te
drukken.
Opmerking:
Bij korte onderbrekingen (tot een week)
in het gebruik raden wij u aan de Traffic
Assist alleen in de slaapstand te zetten.
De inschakeltijd wordt hierdoor aanzien-
lijk korter en de Traffic Assist satellieten
die voor de navigatie noodzakelijk zijn,
worden veel sneller gevonden.
Opmerking:
Om het oppervlak van het display niet te
beschadigen, mag dit alleen met de vin-
gers of een stomp, niet smerend voor-
werp worden aangeraakt.
23
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Bediening
Als u een keuzeveld van het touchscreen
aanraakt, verschijnt ter bevestiging van uw
keuze kort een rood kader om dit keuze-
veld.
Als een keuzeveld aanraakt dat momenteel
niet actief is, klinkt een kort signaal.
Kalibrering
Indien het touchscreen onnauwkeurig re-
ageert, bijv. wanneer de button alleen bui-
ten het midden van de button op het in-
drukken met de vinger reageert, moet een
kalibrering worden uitgevoerd. De kali-
bratiefunctie wordt vanuit het menu In-
stellingen gestart (zie ook pagina 101).
De menu's
Bij de bediening wordt u geholpen door
middel van de verschillende menu's en het
invoerscherm.
Het hoofdmenu
Het bovenste menuniveau is het hoofd-
menu. Vanuit het hoofdmenu worden de
afzonderlijke toepassingen opgestart.
In de desbetreffende hoofdstukken staat
informatie ten aanzien van de afzonderlij-
ke toepassingen.
Invoeren met behulp van het
invoermenu
In enkele toepassingen is het invoeren met
behulp van het invoermenu noodzakelijk.
Het invoermenu wordt net als een toet-
senbord bediend.
In de bovenste schrijfregel geeft het in-
voermenu de via het toetsenbord inge-
voerde tekens aan. Het middengebied
dient voor het invoeren van de tekens.
In de onderste regel worden de hulpfunc-
ties aangegeven. Hieronder wordt het ge-
bruik beschreven.
6007
24
>>> ALGEMENE BEDIENING
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Tekens invoeren
De tekens worden door het indrukken van
de toetsen in het middengebied inge-
voerd.
Nadat de invoer is beëindigd, wordt deze
met behulp van de toets afgesloten
en voor bewerking aan de Traffic Assist
doorgegeven.
Voorstellen overnemen
Bij de invoer worden door de Traffic
Assist in de bovenste regel voorstellen
gedaan.
Bij de voorstellen wordt rekening
gehouden met uw gebruiksgewoonten.
Als u bijvoorbeeld vaker de stad Hamburg
invoert, verschijnt na invoer van de letter
'H' automatisch het voorstel 'Hamburg'.
Als u niet eerder een stad met de
ingevoerde letter hebt gebruikt, worden
steden/plaatsen die overeenkomen met de
invoer als voorstel weergegeven.
> Druk naar keuze op het invoerveld of
op de toets om het voorstel over te
nemen.
In de lijsten bladeren
Indien al enkele letters van de gewenste
keuze zijn ingevoerd, kunt u met behulp
van de keuzelijst alle bestemmingen met
de in aanmerking komende lettercombi-
naties laten weergeven.
> Om de keuzelijst te kunnen openen
moet u de toets indrukken.
Opmerking:
Het aantal keuzemogelijkheden wordt
door het getal op de knop weergegeven.
Bij meer dan 300 mogelijkheden worden
het precieze aantal niet weergegeven.
Alleen de vermeldingen die de al inge-
voerde letters bevatten, worden weerge-
geven. De ingevoerde letters zijn bij de
aparte vermeldingen rood gekleurd.
25
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De keuzelijst verschijnt.
> Druk op de pijltjestoetsen
op de rechter beeldschermrand om door
de lijst te bladeren.
> Klik de gewenste bestemming aan.
De bestemming wordt overgenomen en
de keuzelijst wordt gesloten.
Speciale tekens en trema's
Tijdens het invoeren van plaats- of straat-
namen hoeft u geen speciale tekens en tre-
ma's in te voeren. De Traffic Assist wijzigt
indien nodig de invoer in AE, OE en UE.
> Als u bijvoorbeeld de plaats 'Würzburg'
zoekt, typt u 'WUERZBURG' of
'WURZBURG'.
Speciale tekens kunnen bij het benoemen
van bestemmingen en routes nuttig zijn.
> Druk op de knop met het pijltje om
naar het toetsenbord voor speciale te-
kens te gaan.
Het toetsenbord voor speciale tekens ver-
schijnt.
> Voer het gewenste speciale teken in.
Na het invoeren van een teken verschijnt
automatisch het normale invoermenu op
de Traffic Assist.
Druk op de toets met het pijltje om het
toetsenbord voor speciale tekens af te
sluiten zonder een teken in te voeren.
Andere tekensets
Voor het toetsenbord van de Traffic Assist
kunnen diverse tekensets worden inge-
steld.
> Druk steeds op de knop met het pijltje
totdat de gewenste tekenset is ingesteld.
6008
26
>>> ALGEMENE BEDIENING
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Cijfers invoeren
Ga voor het invoeren van cijfers naar het
cijfertoetsenbord.
> Druk op de toets .
Het cijfertoetsenbord verschijnt.
> Druk op de knop met het pijltje om
weer letters te kunnen invoeren.
Omschakeling hoofdletters/kleine let-
ters
Bij het invoeren van vrije tekst kan tussen
hoofdletters, kleine letters en de automati-
sche functie worden geschakeld.
> Druk steeds rechtsboven op het display
totdat de gewenste invoerwijze geacti-
veerd is.
Het opschrift van de knop geeft de invoer-
wijze aan.
De knop staat voor de automati-
sche modus. Dit betekent dat de eerste
letter automatisch een hoofdletter
wordt en alle letters erna kleine letters
worden.
De toets staat voor het invoeren
van hoofdletters.
De toets staat voor het invoeren
van kleine letters.
Tekens wissen
Om het laatst ingevoerde teken te kunnen
wissen moet de backspace-toets worden
ingedrukt.
> Om het teken links van de cursor te
kunnen wissen, moet u de toets in-
drukken.
Spatie invoegen
Wanneer twee woorden, bijv. bij namen
van steden, moeten worden ingevoerd,
moeten deze door middel van een spatie
van elkaar worden gescheiden.
> Om een spatie in te kunnen voegen
moet u de toets indrukken.
27
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De Becker-toets
De toets is in de hoek linksonder van
de behuizing geïntegreerd.
Deze heeft verschillende functies:
Door lang drukken wordt de Traffic As-
sist in- of uitgeschakeld.
Afhankelijk van de menucontext zorgt
de toets bij kortstondig indrukken voor
de terugkeer naar een voorgaand invoer-
scherm.
Content Manager
De Content Manager is een pc-toepassing
die een aantal belangrijke functies biedt
om de content te beheren op uw Traffic
Assist.
Met de Content Manager kunt u:
Op de Traffic Assist opgeslagen content
back-uppen op uw pc en later op uw
Traffic Assist herstellen,
Content die op de DVD is opgeslagen,
installeren,
Actuele content van het internet
downloaden en op de Traffic Assist
installeren.
Om de Content Manager te gebruiken
hebt u de bijgeleverde USB-kabel nodig
en een pc die voldoet aan deze
minimumvereisten.
Content Manager installeren
Volg onderstaande stappen om de
Content Manager op uw pc te installeren:
> Plaats de DVD met de Content
Manager in het DVD-station van uw
pc.
> Als de DVD niet automatisch wordt
gestart, gaat u naar de map
„CONTENTMANAGER“ en start u
het bestand
„BECKERCMSETUP.EXE“.
> Selecteer een taal uit de lijst en klik
vervolgens op
OK.
> Lees de welkomsttekst en klik op
Vol-
gende
om door te gaan.
> Selecteer de installatiemap. Een
standaard installatiemap wordt
voorgesteld. Om een andere map te
selecteren geeft u het pad in of klikt u
op
Bladeren en bepaalt u een andere
map.
Minimum
Besturingssysteem Windows XP
Processor 300 MHz
klokfrequentie
RAM-geheugen 256 MB
Vrij geheugen 2GB
28
>>> ALGEMENE BEDIENING
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
> Klik op
Installeren om het
kopieerproces te starten. Klik op
De-
tails weergeven
om tijdens het
kopieerproces de details te bekijken.
De Content Manager wordt meteen na
het installeren automatisch gestart.
Verwijder het vinkje uit het aankruisvakje
als u dit niet wilt.
Het installatieproces is voltooid.
> Klik op
Voltooien om het
installatieproces te beëindigen.
Content Manager starten
Voer deze stappen uit om de Content
Manager te starten:
> Sluit de bijgeleverde USB-kabel aan op
de USB-poort van de Traffic Assist en
op een USB-aansluiting van de
computer.
> Zet de Traffic Assist aan met de toets
.
Even later wordt de Traffic Assist als
mobiele gegevensdrager op de computer
weergegeven.
> Klik op de computer op Start > Alle
programma‘s
.
> Selecteer
Becker.
> Klik op
Content Manager.
Wanneer de Content Manager wordt
gestart, voert het programma enkele
stappen uit voordat u de content van de
navigatiesoftware kunt beheren.
Bij iedere oproep wordt verbinding
gemaakt met het internet om na te gaan of
een recentere versie van de Content
Manager beschikbaar is. Wanneer een
nieuwe softwareversie wordt gevonden,
stelt de Contant Manager voor deze te
installeren. Wij adviseren de upgrades te
installeren zodra deze beschikbaar zijn.
Wanneer een nieuwe softwareversie wordt
gevonden, kunt u een van deze opties
kiezen:
•Klik op
Ja om de nieuwe softwareversie
te accepteren. De nieuwe versie wordt
gedownload en geïnstalleerd voordat u
de Content Manager kunt gebruiken.
Opmerking:
Wanneer u de Becker Traffic Assist de
eerste keer aansluit op de pc, worden de
nodige stuurprogramma's geïnstalleerd.
Daarna verschijnt het bericht dat uw
apparaat gebruiksklaar is.
29
ALGEMENE BEDIENING >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
•Klik op
Nee om de Content Manager te
starten met de geïnstalleerde oudere
versie.
Wanneer de nieuwe versie een
belangrijke upgrade bevat, wordt in
plaats van
Nee de optie Sluiten
weergegeven. U moet dus ofwel de
nieuwe versie installeren ofwel de
toepassing afsluiten.
Wanneer u de DVD in het DVD-station
van uw pc plaatst, leest en catalogiseert de
Content Manager automatisch de content
van de DVD voor zover deze nog niet
werd toegevoegd aan de lijst van contents.
Als u nog geen back-up hebt gemaakt van
het navigatieapparaat, vraagt de Content
Manager bij iedere start of u een volledige
of gedeeltelijke back-up wilt maken.
Muziek, afbeeldingen en vi-
deo's overdragen
Afbeeldingen, muziek en video's kunnen
op een aparte micro-SD-kaart (niet mee-
geleverd) of in het interne geheugen van
de Traffic Assist in de map 'Media' wor-
den opgeslagen.
De bestanden kunnen via een kaartlezer of
de USB-aansluiting worden overgedra-
gen.
Bij storingen
Storingen in het besturingssysteem of in
het apparaat worden overeenkomstig
weergegeven. Als de gewenste functie ver-
volgens niet kan worden uitgevoerd, moet
u de Traffic Assist met de reset-toets op-
nieuw starten.
Indien de meldingen terugkeren of het ap-
paraat door andere oorzaken niet goed
werkt, verzoeken wij u om contact op te
nemen met uw leverancier.
U kunt ook op de homepage van Becker
op www.mybecker.com onder Support bij
de veelgestelde vragen een oplossing voor
uw probleem proberen te vinden.
Opmerking:
We adviseren in ieder geval een back-up
te maken. Alleen dan kunt u de content
herstellen als er gegevens zijn verloren.
Opmerking:
Wij raden u aan bestanden en directory’s
zodanig duidelijke namen te geven dat u
deze indien nodig gemakkelijk terug-
vindt.
Opmerking:
Probeer nooit het toestel zelf te openen.
Neem contact op met uw dealer wanneer
u de opgetreden storingen niet zelf kunt
verhelpen.
30
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Gebruiksmodus Navigatie
Wat is navigatie?
Onder navigatie (lat. navigare = op zee va-
ren) verstaat men in het algemeen de
plaatsbepaling van een voer- of vaartuig,
de bepaling van richting en afstand ten
opzichte van de gewenste bestemming, en
het vaststellen van de route en het begelei-
den naar de bestemming. Als navigatie-
hulpmiddelen worden o. a. sterren, mar-
kante punten, kompas en satellieten
gebruikt.
Bij de Traffic Assist zorgt de GPS-ontvan-
ger voor de plaatsbepaling. Het Global
Positioning System (GPS) is in de jaren
70 ontwikkeld door het Amerikaanse leger
als wapenrichtmiddel.
GPS is gebaseerd op de ontvangst van sig-
nalen van in totaal 24 satellieten die de
aarde banen omcirkelen en daarbij signa-
len uitzenden. De GPS-ontvanger vangt
de signalen op en berekent uit de looptij-
den de afstand tot iedere satelliet afzon-
derlijk. Daaruit is dan weer de actuele geo-
grafische positie te bepalen.
Voor de positiebepaling zijn de signalen
van ten minste drie satellieten nodig. Als
er vier signalen beschikbaar zijn, kan ook
de hoogte boven de zeespiegel worden
vastgesteld.
De Traffic Assist bepaalt de richting en af-
stand tot de bestemming met behulp van
de navigatiecomputer en een digitale we-
genkaart in het interne geheugen.
Om veiligheidsredenen vindt de naviga-
tievoornamelijk door verbale
aanwijzingen plaats. Ter ondersteuning
dienen de richtingspijl en de kaartweerga-
ve op het touchscreen.
!Veiligheidsvoorschriften
De geldende verkeersregels zijn te allen
tijde bepalend. Het navigatiesysteem is
maar een hulpmiddel, in sommige ge-
vallen kunnen de gegevens onjuist zijn.
De bestuurder moet in elke situatie zelf
besluiten of hij de gegevens betrouw-
baar vindt.
Wij zijn in geen geval aansprakelijk
voor onjuiste gegevens in het navigatie-
systeem.
Bij de eerste inbedrijfstelling kan het
bepalen van een positie zo’n 30 minu-
ten in beslag nemen.
Verkeersborden en plaatselijke ver-
keersvoorschriften hebben altijd priori-
teit.
De verkeersgeleiding geldt alleen voor
personenauto’s. Er is geen rekening ge-
houden met specifieke aanbevelingen
over de route en voorschriften voor an-
dere voertuigen (b. v. bedrijfswagens).
De plaats van bestemming mag alleen
worden ingevoerd als de wagen stil-
staat.
31
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Navigatie kiezen
De navigatiemodus wordt uit het hoofd-
menu opgeroepen.
> Druk in het hoofdmenu op
Bestemming selecteren.
De snelkoppeling Telefoon verschijnt.
De snelkoppeling
In de snelkoppeling worden de laatste be-
stemmingen en de opgeslagen bestem-
mingen weergegeven en kunt u deze
rechtstreeks kiezen. Ook vraagt u via de
snelkoppeling het menu Bestemmingen
invoeren op.
Snelkoppeling opvragen
In de snelle toegang wordt op de bovenste
regel de toets
Bestemming invoeren voor
het opvragen van het menu Bestemming
invoeren weergegeven.
Op de tweede regel kunt u de navigatie
naar het thuisadres starten, als u deze al
hebt ingevoerd.
Het overzicht bestemmingen met de laatst
bereikte en opgeslagen bestemmingen ver-
schijnt in de onderliggende regels.
Het overzicht bestemmingen
Het overzicht bestemmingen bevat regels-
gewijs alle beschikbare bestemmingen die
u snel kunt kiezen. Op de eerste regel kunt
u de navigatie naar het thuisadres starten,
als u deze al hebt ingevoerd.
Elke regel van het overzicht bestemmin-
gen is in twee velden opgedeeld. Elk lijst-
veld is als toets weergegeven. Op de rech-
tertoets wordt de bestemming
weergegeven en met het linkerpictogram
worden de eigenschappen ervan weergege-
ven.
Opmerking:
Wanneer tussen de beide rijen toetsen
een adres wordt weergegeven, betekent
dit dat voordien reeds een navigatie naar
het vermelde adres werd gestart.
Opmerking:
In de bestemmingenlijst worden automa-
tisch de max. laatste 200 bestemmingen
opgeslagen. Als het geheugen vol is,
wordt voor een nieuwe bestemming de
oudste automatisch gewist. Echter, be-
langrijke bestemmingen kunnen worden
beveiligd.
Als u het thuisadres selecteert en deze nog
niet werd gedefinieerd, wordt u gevraagd
het adres in te voeren.
32
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Gebruikte pictogrammen
In het overzicht bestemmingen worden de
volgende pictogrammen gebruikt.
Snelkoppeling bedienen
Met aanwezige bestemming starten.
De bestemmingen in de snelkoppeling
verschijnen in de bestemmingenlijst.
> Druk op de toets met de gewenste be-
stemming om de routeberekening te
starten.
De berekening wordt gestart.
Na het berekenen verschijnt de kaartweer-
gave en begint de navigatie.
In het bestemmingsgeheugen bladeren
Met de toets en kunt u in de
desbetreffende pijlrichting in de lijstweer-
gave bladeren.
Bestemming weergeven of bewerken
Elke bestemming in de snelkoppeling kan
worden weergegeven of bewerkt.
> Druk op het toets enpaneel links naast
de gewenste bestemming.
> Op het display verschijnt een keuzeme-
nu.
Picto-
gram
Betekenis
Deze bestemming is een stan-
daardbestemming zonder bij-
zonderheden.
Deze bestemming is bevei-
ligd. Als het bestemmingen-
geheugen vol is, wordt deze
bestemming niet automatisch
gewist. U kunt dit indien ge-
wenst handmatig doen.
Bij een beveiligde vermelding
kunt u de positie ook in de
snelkoppeling vastleggen.
Deze bestemming is het hui-
dige thuisadres.
Keuze Betekenis
Details
weergeven
De gegevens m.b.t. de be-
stemming worden weerge-
geven. Via dit scherm kunt
u de bestemming op de
kaart weergeven, de route
weergeven of de navigatie
starten.
Naaminvoer De naam van de bestem-
ming kan worden gewij-
zigd. De bestemming
wordt automatisch bevei-
ligd als deze een naam
heeft.
Invoer wissen De bestemming wordt uit
de snelkoppeling gewist.
Invoer
beveiligen
De bestemming wordt te-
gen automatisch wissen
beveiligd. Deze functie is
alleen bij onbeveiligde be-
stemmingen beschikbaar.
33
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Huisadres
Als u de knop
Thuis indrukt, wordt u, als
er nog geen huisadres is ingevoerd, ver-
zocht een adres in te voeren.
> Druk
Ja lang in om het adres in te voe-
ren.
U kunt dan, zoals onder 'Het menu Be-
stemmingen invoeren' op pagina 33 be-
schreven een bestemming invoeren.
Menu Bestemming invoeren oproepen
Met de toets
Bestemming invoeren kunt
u het menu voor het invoeren van de be-
stemming oproepen.
Zie 'Het menu Bestemmingen invoe-
ren' op pagina 33.
Het menu Bestemmingen in-
voeren
Als geen snelkeuze van een bestemming
gewenst is of de geplande bestemming nog
niet in de snelkoppeling staat, kunt u via
het menu Bestemmingen invoeren een
nieuwe bestemming bepalen.
> Druk in de snelle toegang op de toets
Bestemming invoeren op de bovenste
beeldschermrand.
Op het display verschijnt het menu Be-
stemming invoeren.
Beveil.
opheffen
De beveiliging van de be-
stemming wordt ongedaan
gemaakt. Deze functie is
alleen bij beveiligde be-
stemmingen beschikbaar.
Omhoog De bestemming wordt een
positie naar voren verscho-
ven. De bestemming
wordt automatisch bevei-
ligd als deze wordt ver-
plaatst.
Omlaag De bestemming wordt een
positie naar achteren ver-
schoven. De bestemming
wordt automatisch bevei-
ligd als deze wordt ver-
plaatst.
Alle invoer
wissen
Alle bestemmingen (ook
de beveiligde en het huisa-
dres) worden uit de lijst
gewist.
Keuze Betekenis
Opmerking:
Ook kunt u gebruikmaken van de me-
nuopties
Huidige positie instellen en Uit
laatste best. selecteren
(snelkoppeling)
om de bestemming te kiezen.
34
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Structuur van het menu Bestem-
ming invoeren
Adres invoeren
Met de toets
Adres invoeren worden de
verschillende stappen van het kiezen van
een adres tot aan het starten van de navi-
gatie mogelijk gemaakt.
Zie 'Bestemming invoeren' op
pagina 34.
POI selecteren
Met de toets
POI selecteren kunt u een
bijzondere bestemming als b. v. vliegvel-
den en veerhavens, restaurants, hotels,
tankstations of openbare instellingen se-
lecteren en een navigatie erheen starten.
Zie 'Bijzondere bestemmingen' op
pagina 39.
Op kaart selecteren
Met de toets
Op kaart selecteren kunt u
direct op de kaart een bestemming kiezen
en een navigatie erheen starten.
Zie 'Bestemming vanuit de kaart selec-
teren' op pagina 42.
Geo-coördinaten invoeren
Via de toets
Geo-coördinaten invoeren
kunt u de geografische coördinaten voor
een bestemming invoeren en de navigatie
naar deze bestemming starten.
Zie 'Coördinaten invoeren' op
pagina 43.
Route plannen
Met de toets
Route plannen kunt u een
route met meerdere tussenstops plannen.
Zie 'Route plannen' op pagina 44.
Bestemming invoeren
Vanuit het menu Bestemming invoeren
wordt met de toets
Adres invoeren het
menu voor het invoeren van een adres ge-
opend.
> Druk in het menu Bestemmingen in-
voeren op het keuzeveld
Adres
invoeren
.
Het menu voor het invoeren van adressen
verschijnt.
Opmerking:
Door het indrukken van toets
Form. wis.
(rechtsboven) kunt u alle ingevoerde ge-
gevens tot en met het land wissen.
35
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Land kiezen
Met het veld voor het land van bestem-
ming kunt u de beschikbare landen kie-
zen. Na het kiezen van een land wordt dit
automatisch in het menu voor het invoe-
ren van adressen overgenomen. Als er al
een land van bestemming is opgegeven,
blijft dit behouden totdat u een ander
land kiest.
> Druk op de toets met het land van be-
stemming om naar het landenoverzicht
te gaan.
De keuzelijst verschijnt.
> Druk op de toets van het gewenste land.
Adres kiezen en routebegeleiding star-
ten
In het menu Adres invoeren kunt u het
precieze adres van bestemming invoeren.
In het menu Adres invoeren kunt u het
volgende instellen:
plaats
postcode
straat en huisnummer
dwarsstraten ter oriëntatie
Ook kunt u:
Een bijzondere bestemming in de omge-
ving van het ingevoerde adres zoeken
(
POI zoeken). Het invoeren verloopt zo-
als onder 'Bijzondere bestemming bij een
adres' op pagina 41 beschreven.
De bestemming in de snelkoppeling op-
slaan.
De route op de kaart laten weergeven.
Direct met de navigatie starten.
Opmerking:
Door indrukken van de toets naast
het land kunt u landspecifieke informa-
tie, zoals bijv. de toegestane maximum-
snelheid, voor het ingestelde land weerge-
ven.
Opmerking:
Druk indien gewenst op de pijltoets en
rechts om door alle beschik-
bare landen te bladeren.
36
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Plaats selecteren
De opgave van de plaats van bestemming
kan plaatsvinden via de naam of via de
postcode.
Tijdens het invoeren van de letters van een
plaats geeft de Traffic Assist voorstellen
weer (zie 'Voorstellen overnemen' op
pagina 24). Als u het voorstel niet wilt
overnemen, voert u simpelweg de andere
letters van de gewenste plaatsnaam in.
De Traffic Assist verbiedt alle
onmogelijke lettercombinaties en
postcodes en activeert alleen letters resp.
cijfers die behoren bij een bestaande
plaatsnaam resp. postcode.
> Kies tussen het invoeren van de plaats-
naam of de postcode.
> Voer achter elkaar de letters van de
plaatsnaam van bestemming of de cij-
fers van de postcode in.
Na het invoeren van voldoende letters ver-
schijnt er automatisch een lijst waarin u de
plaatsnaam kunt kiezen. U kunt echter
ook al eerder naar de lijst gaan door op de
toets te drukken.
De lijst met plaatsnamen gebruiken
Als er al een paar letters van de gewenste
plaatsnaam zijn ingevoerd, kunt u via een
lijst alle plaatsnamen met de desbetreffen-
de lettercombinaties laten weergeven of
verschijnt deze lijst automatisch.
> Druk op de toets rechts om de
lijst op te vragen.
Met de toets en kunt u in de
lijst op het scherm bladeren.
> Druk op het keuzeveld van de gewenste
plaatsnaam.
Opmerking:
Scheid twee in te voeren woorden met
het teken .
Opmerking:
Na het invoeren van een postcode ver-
dwijnt in het invoermenu eerst de naam
van de plaats. Voer vervolgens de straat-
naam in. Vervolgens verschijnt dan ook
de plaatsnaam.
37
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Straat selecteren
In de menuoptie Straat kunnen, via een
letter- en cijferveld, de straatnaam en het
huisnummer afzonderlijk worden inge-
voerd.
De Traffic Assist verbiedt alle onmogelij-
ke lettercombinaties en activeert alleen
nog lettervelden die behoren bij een be-
staande straatnaam.
Een huisnummer kunt u pas na het kiezen
van de straatnaam selecteren en als de ge-
gevens huisnummers bevatten.
> Druk achtereenvolgens op de letters van
de straatnaam van bestemming.
Na het invoeren van voldoende letters ver-
schijnt er automatisch een lijst waarin u de
straatnaam kunt kiezen. U kunt echter
ook al eerder naar de lijst gaan door op de
toets te drukken.
De lijst met straatnamen gebruiken
Als er al een paar letters van de gewenste
straatnaam zijn ingevoerd, kunt u via een
lijst alle straatnamen met de desbetreffen-
de lettercombinaties laten weergeven of
verschijnt deze lijst automatisch.
> Druk op de toets rechts om het
straatnamenoverzicht op te vragen.
Met de toets en kunt u in de
lijst op het scherm bladeren.
> Druk op het keuzeveld met de gewenste
straatnaam.
Kruispunt kiezen
Nadat u de plaats en straat van bestem-
ming hebt ingevoerd, kunt u ter verdere
aanvulling een dwarsstraat invoeren.
> Druk op de toets
Kruispunt.
Het invoermenu voor de naam van de
dwarsstraat verschijnt.
> Voer de gewenste naam van de dwars-
straat in.
Na het invoeren van de eerste letters van
de straatnaam verschijnt er automatisch
een lijst.
> Druk op het keuzeveld met de gewenste
straatnaam.
Opmerking:
In plaats van de dwarsstraat kunt u ook
een huisnummer invoeren, maar beide
tegelijkertijd is niet mogelijk.
38
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Het huisnummer kiezen
Nadat u de plaats en straatnaam van be-
stemming hebt ingevoerd, kunt u ter ver-
dere aanvulling een huisnummer invoe-
ren.
> Druk op de toets
Nr.
Het invoermenu voor het huisnummer
verschijnt.
> Voer het huisnummer in en druk ver-
volgens op .
Route weergeven
Na het invoeren va het adres kunt u in het
menu Adres invoeren de route naar de be-
stemming op de kaart laten verschijnen.
> Druk op toets
Route wrg. om de route
op de kaart weer te geven.
De route wordt berekend.
Via de toets
Start kunt u de navigatie ook
rechtstreeks vanuit dit scherm starten.
Voor de andere bedieningsopties voor dit
scherm verwijzen wij u naar 'Gehele route
weergeven' op pagina 67.
Bestemming opslaan
In het menu Adres invoeren opent u via
het veld
Opslaan een invoermenu om een
naam voor de ingevoerde bestemming in
te voeren.
Als de gewenste naam is opgegeven en met
is overgenomen, wordt deze bestem-
ming overgebracht naar de snelkoppeling
en daar beveiligd.
Navigatie starten
Met de toets
Start kunt u de navigatie
starten.
Alle tot nu toe ingevoerde gegevens wor-
den bij het berekenen van de route ver-
werkt.
> Druk op de toets
Start om de navigatie
te starten.
De route wordt berekend. Vervolgens ver-
schijnt de kaartweergave en begint de na-
vigatie.
Opmerking:
In plaats van het huisnummer kunt u ook
een dwarsstraat invoeren, maar beide te-
gelijkertijd is niet mogelijk.
39
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Als er al een navigatie wordt uitgevoerd
wordt u gevraagd of de nieuwe bestem-
ming de oude bestemming moet vervan-
gen of dat de nieuwe bestemming als
tussenstop moet worden gebruikt.
> Kies tussen
Toev. als tus.stop of Oude
best. verv.
.
Als er al een navigatie wordt uitgevoerd en
als er ook al een tussenstop is ingevoerd,
wordt u gevraagd of de nieuwe bestem-
ming de oude bestemming moet vervan-
gen.
> Kies tussen
Tussenstop verv of Oude
best. verv.
.
Bijzondere bestemmingen
Bijzondere bestemmingen, of kortweg
ook POI (Point of Interest) genannt,
staan op de kaart en kunnen daar worden
weergegeven. Bijzondere bestemmingen
zijn o.a. vliegvelden en veerhavens, restau-
rants, hotels, tankstations of openbare in-
stellingen. U kunt bijzondere bestemmin-
gen als bestemming voor navigatie
invoeren.
> Druk in de snelkoppeling op
Bestemming invoeren.
> Druk op de toets
POI selecteren.
Opmerking:
Als er ten tijde van de routeberekening
geen GPS-signaal beschikbaar is, ver-
schijnt de volgende melding.
Als het GPS-signaal beschikbaar is, wordt
de routeberekening automatisch gestart.
Door het indrukken van
Laatste pos.
wordt de laatst bekende positie gebruikt
en wordt de route vanaf deze positie bere-
kend.
Opmerking:
Bijzondere bestemmingen uit de huidige
omgeving zijn alleen een optie als er vol-
doende GPS-ontvangst voor de positie-
bepaling is. Anders wordt de laatst opge-
slagen positie gebruikt.
40
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
U kunt kiezen tussen:
een bijzondere bestemming in de omge-
ving,:
een bijzondere bestemming bij een
adres,
een bijzondere bestemming bij de be-
stemming en
rechtstreeks een bijzondere bestemming
invoeren.
Bijzondere bestemming in de omgeving
> Druk op
POI nabij.
Met de pijltjestoets en kunt u
in de lijst op het scherm bladeren.
> Kies een van de beschikbare cate-
gorëeen.
Bij sommige categorieën, bijv. tanksta-
tion, verschijnt er nog een keuzemenu
waarin u een nadere inperking, bijv. op
merk, kunt invoeren.
Na het kiezen van de categorie verschijnen
nu de in de huidige omgeving beschikbare
bijzondere bestemmingen van de desbe-
treffende categorie.
Voor elke vermelding verschijnen de aan-
duiding, de hemelsbrede afstand en het
adres.
> Selecteer de gewenste bijzondere be-
stemming.
Er verschijnt nu informatie m.b.t. de ge-
kozen bestemming.
> Druk op de toets
Start om de navigatie
naar de bijzondere bestemming meteen
te starten.
U kunt de gekozen bijzondere bestem-
ming echter ook op de kaart laten verschij-
nen (
Op kaart), in de snelkoppeling op-
slaan (
Opslaan) of de route naar de
bijzondere bestemming laten weergeven
(
Route wrg.).
Opmerking:
U kunt ook op Alle categ. drukken.
Daarna verschijnt er een invoermenu en
u kunt rechtstreeks de naam van een bij-
zondere bestemming invoeren en bevesti-
gen.
41
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Bijzondere bestemming bij een adres
> Druk op
POI‘s bij locatie.
> Selecteer het gewenste land.
> Geef in het veld
Stad of Pcode de
plaatsnaam op waarin u naar een bij-
zondere bestemming wilt zoeken.
> Druk op
POI zoeken.
> Druk op
Categorie selecteren.
De beschikbare categorieën bijzondere be-
stemmingen voor de ingevoerde plaats-
naam verschijnen.
> Kies zoals onder 'Bijzondere bestem-
ming in de omgeving' op pagina 40 be-
schreven de gewenste bijzondere
bestemming.
> Druk op de toets
Start om de navigatie
naar de bijzondere bestemming meteen
te starten.
U kunt de gekozen bijzondere bestem-
ming echter ook in de snelkoppeling op-
slaan (
Opslaan) of de route naar de bij-
zondere bestemming laten weergeven
(
Route wrg.).
Door indrukken van de toets naast
de gewenste bijzondere bestemming kunt
u de extra beschikbare informatie m.b.t.
de bestemming weergeven.
Bijzondere bestemming in de omgeving
van de bestemming
> Druk op
POI nabij.
De beschikbare categorieën bij de bestem-
ming verschijnen.
> Kies zoals onder 'Bijzondere bestem-
ming in de omgeving' op pagina 40 be-
schreven de gewenste bijzondere
bestemming.
Bijzondere bestemming rechtstreeks
invoeren
> Druk op
POI‘s op naam zoeken.
> Voer de gewenste bijzondere bestem-
ming of een deel van de naam in.
Opmerking:
Als u al eerdere een adres hebt ingevoerd,
verschijnt dit adres al meteen.
Opmerking:
U kunt ook op
POI selecteren drukken.
Daarna verschijnt er een invoermenu en
u kunt rechtstreeks de naam van een bij-
zondere bestemming invoeren en bevesti-
gen.
42
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
> Druk op de toets .
De Traffic Assist toont in een lijst alle bij-
zondere bestemmingen die met de inge-
voerde naam overeenkomen in een lijst.
> Selecteer de gewenste bestemming in de
lijst.
Er verschijnt nu nadere informatie m.b.t.
de gekozen bestemming.
> Druk op de toets
Start om de navigatie
naar de bijzondere bestemming meteen
te starten.
U kunt de gekozen bijzondere bestem-
ming echter ook op de kaart laten verschij-
nen (
Op kaart), in de snelkoppeling op-
slaan (
Opslaan) of de route naar de
bijzondere bestemming laten weergeven
(
Route wrg.).
Telefoonnummers van bijzondere be-
stemmingen bellen*
U kunt telefoonnummers die in de
informatie over een bijzondere
bestemming worden vermeld, direct
bellen.
Voorwaarde hiervoor is dat een mobiele
telefoon via Bluetooth met de Traffic
Assist verbonden is.
> Druk in de informatie over de bijzonder
bestemming op de toets
Bellen in het
onderste gedeelte.
Het nummer wordt gebeld.
Bestemming vanuit de kaart se-
lecteren
U kunt een bestemming rechtstreeks in de
kaartweergave selecteren.
> Druk in de snelkoppeling op
Bestemming invoeren.
> Druk op de toets
Op kaart selecteren.
Op het display verschijnt de kaartweerga-
ve.
Opmerking:
De zoekradius is beperkt tot 200
kilometer rondom de huidige positie.
Opmerking:
Met de zoomtoets en en
moet u evt. nog het bereik vergroten om
het gewenste punt te vinden. U kunt de
kaart ook door verplaatsen op het ge-
wenste punt zetten.
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
43
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
> Druk op het scherm licht op het ge-
wenste punt.
Op deze plek verschijnt een pulserende
rode cirkel.
> Druk op de toets
Details.
Er verschijnt nu voorzover beschikbaar
het adres van het gekozen punt.
> Druk op de toets
Start om de navigatie
naar de gekozen bestemming meteen te
starten.
U kunt ook in de omgeving van het geko-
zen punt met de toets
POI’s nabij naar bij-
zondere bestemmingen zoeken.
U kunt het gekozen punt echter ook in de
snelkoppeling opslaan (
Opslaan) of de
route naar de bijzondere bestemming la-
ten weergeven (
Route wrg.).
Coördinaten invoeren
U kunt uw bestemming ook invoeren met
geografische coördinaten.
> Druk in de snelkoppeling op
Bestemming invoeren.
> Druk in het navigatiemenu op de toets
Geo-coördinaten invoeren.
> Kies met behulp van de toets en de
betreffende waarde die u wilt wijzigen.
> Kies met behulp van de beide toets en
bij de gewenste richting van de geo-
grafische lengte en breedte (oost/west
resp. noord/zuid).
Opmerking:
Door indrukken van de toets Terug n
GPS
kunt u weer uw huidige positie laten
verschijnen.
1
2
3
2
1
44
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
> Voer daarna de gewenste waarden met
de toets en tot en met in.
U kunt coördinaten op drie verschillende
schrijfwijzen invoeren.
De volgende schrijfwijzen zijn mogelijk:
Graad Minuut Seconde Decimaalse-
conde, bijv. 42°52’46.801“
Graad Minuut.Decimaalminuut, bijv.
48° 53.56667'
Graad Decimaal, bijv. 48,89277778
> Druk op de toets .
Voor zover mogelijk verschijnt er een
adres met de desbetreffende coördinaten.
U kunt de bestemming op de kaart bekij-
ken, de route naar de bestemming weerge-
ven of de navigatie meteen starten.
Route plannen
Het menu Route plannen biedt de moge-
lijkheid individuele routes samen te stel-
len en te kiezen. Voer hiertoe de afzonder-
lijke bestemmingen van de gewenste route
in. Deze punten kunnen achter elkaar
zonder invoer van verdere gegevens wor-
den bereikt. Ook kunt u de ingevoerde be-
stemmingen optimaliseren en daardoor de
volgorde wijzigen.
> Druk in de snelkoppeling op
Bestemming invoeren.
> Druk op de toets
Route plannen.
In het routemenu kunt u met de toets
Nieuwe route maken een nieuwe route
aanmaken. In de onderliggende lijst wor-
den de tot nu tot opgeslagen routes weer-
gegeven.
Opgeslagen routes doorbladeren
> Druk op de pijltoets en
rechts om door de opgeslagen routes te
bladeren.
Opgeslagen routes bewerken
U kunt aan een opgeslagen route nog
meer etappes toevoegen, de naam van de
route wijzigen of een route wissen.
> Druk op de toets vóór de route die
u wilt bewerken.
Aanwijzingen:
De ingevoerde coördinaten moeten
overeenkomen met WGS84 (World
Geodetic System 1984 ).
Door op de toets wordt uw huidige
geografische positie in de velden inge-
voerd.
3
Opmerking:
Als er nog geen route is opgeslagen, is het
routemenu leeg.
45
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
U kunt nu door te drukken op
Plaats
toevoegen
een etappe aan de route toe-
voegen.
Na het indrukken van Route hernoemen
kunt u een nieuwe naam aan de route toe-
kennen.
Door te drukken op
Route wissen kunt u
de route uit de opgeslagen routes wissen.
Route selecteren en starten
> Door op het desbetreffende keuzevlak
te drukken kiest u een route.
De route wordt geladen en in het etappe-
menu weergegeven.
> Druk op de bovenste knop.
> Kies het startpunt of de huidige positie
als startpunt voor de navigatie.
De afzonderlijke etappes worden bere-
kend.
Vervolgens verschijnt een kaart met de
etappes.
> Druk op de toets
Start om de navigatie
van de route te starten.
Met de toets
Opties kunt u de routeopties
oproepen.
Met de toets
Optimaliseer kunt u de volg-
orde van de diverse etappes optimaliseren.
Met de toets of kunt u de gehele
route langzamer of sneller simuleren.
Door aantippen van het scherm kunt u de
simulatie beëindigen.
Op de onderste regel kunt u met de toets
en en de afzonderlijke etappes
van de route doorbladeren. Bij het blade-
ren verschijnt dan de desbetreffende etap-
pe.
Opmerking:
U kunt ook een etappe van de route
kiezen. De route wordt dan vanaf deze
etappe gestart.
Opmerking:
Als een startpunt wordt gekozen, dient
dit alleen om een route te bekijken.
46
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Nieuwe route aanmaken
> Druk in het routemenu op
Nieuwe
route maken
.
U kunt dan, zoals onder 'Het menu Be-
stemmingen invoeren' op pagina 33 be-
schreven (
Adres invoeren, POI
selecteren
, Op kaart selecteren of Geo-
coördinaten invoeren
), beschreven een
tussenstop invoeren. Ook kunt u met de
toets
Uit laatste best. selecteren een be-
stemming in de snelkoppeling kiezen.
> Druk in de invoermenus op de toets
Toevoegen om de desbetreffende etap-
pe over te nemen.
> Druk op de toets
Plaats toevoegen om
nog meer etappes, zoals bovenstaand
omschreven over te nemen.
> Druk op de toets
Klaar als u alle etappes
hebt ingevoerd.
> Voer een zelfgekozen naam voor de rou-
te in.
Het etappemenu van de nieuwe route ver-
schijnt.
Route bewerken
> Kies de te bewerken route.
> Druk op de toets ór de etappe die
u wilt bewerken.
Op het display verschijnt het menu voor
het bewerken. U hebt de volgende moge-
lijkheden:
Keuze Betekenis
Details
weergeven
De gegevens m.b.t. de
etappe worden weergege-
ven. Vanuit dit scherm
kunt u de etappe op de
kaart weergeven.
Omhoog De etappe wordt een po-
sitie naar voren verscho-
ven.
Omlaag De etappe wordt een po-
sitie naar achteren ver-
schoven.
Plaats wissen De etappe wordt uit de
route gewist.
Plaats
vervangen?
U kunt de gekozen etap-
pe door een andere etap-
pe vervangen.
47
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Route optimaliseren
Na het invoeren van meerdere bestem-
mingen van een route kunt u de Traffic
Assist opdracht geven de bestemmingen
op het traject te optimaliseren. De
opgeslagen route blijft echter ook na het
optimaliseren behouden.
Roep de kaartweergave van de etappes op.
> Druk op de toets
Optimaliseer.
De route wordt geoptimaliseerd en op-
nieuw berekend.
De geoptimaliseerde route verschijnt.
Navigatie-instellingen
In de navigatie-instellingen bevinden zich
alle voor de navigatiefuncties relevante in-
stellingen.
> Druk in het hoofdmenu op
Instell..
> Druk op de toets
Navigatie-inst..
U komt in het menu voor de navigatie-in-
stellingen:
Structuur
In het menu staan u verschillende pagina’s
met de functies ter beschikking:
U komt op de volgende cq. Vorige pagina
van de instellingen met de toets en
en .
Opmerking:
Alle instellingen moeten worden beves-
tigd door op de toets
OK te drukken. Met
de toets kunt u op elk gewenst mo-
ment het huidige menu verlaten zonder
iets te hebben gewijzigd.
48
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De toets Reisinfo
In het venster Reisinfo kunt u instellen,
welke extra informatie tijdens de navigatie
wordt weergegeven.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Reisinfo.
Het venster Reisinfo wordt weergegeven.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Info hoofdbestemming
Tonen van de vermoedelijke aankomst-
tijd (ETA) de resterende afstand en
tijdsduur tot aan de aankomst op de
hoofdbestemming.
Info volgende bestemming
Tonen van de vermoedelijke aankomst-
tijd (ETA) de resterende afstand en
tijdsduur tot aan de aankomst op de
tussenstop.
Landinfo
na het activeren van deze functie ont-
vangt u automatisch algemeen geldende
verkeersinformatie over het desbetref-
fende land, bij het passeren van de
landsgrens (b. v. snelheidslimieten).
> Schakel de gewenste functie door te
drukken op het desbetreffende veld in
of uit .
> Bevestig uw keuze door het indrukken
van de toets
OK.
De toets Routeopties
In het instellingenmenu Routeopties
kunt u uw rijprofiel instellen. De hier ge-
maakte instellingen hebben invloed op de
routekeuze en de berekening van de ver-
moedelijke rittijden.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Routeopties.
Het venster Routeopties wordt weergege-
ven.
> Kies na het drukken op het veld naast
Voertuig de manier waarop u zich ver-
plaatst.
Deze instelling beïnvloedt de berekening
van de vermoedelijke aankomsttijd en
blokkeert bijv. voor de fiets de snelwegen.
49
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
> Kies na het drukken op het veld naast
Soort route één van de volgende opties:
Verschillende routetypes weergeven
U kunt door de Traffic Assist de eerder
omschreven routes op een scherm laten
weergeven.
> Druk op
Soort route op kaart.
Na korte tijd verschijnt de kaart. De af-
zonderlijke routes worden achter elkaar
berekend en op de kaart ingetekend.
Rechts ziet u de verschillende kleuren voor
de diverse routes, van elk het af te leggen
traject en de vermoedelijke duur van de
reis.
Optie Betekenis
Optimale
route
Bij deze optie wordt de
met het oog op de beno-
digde tijd en de af te leg-
gen afstandoptimale rou-
te berekend.
Snelste route Bij deze optie wordt de,
met het oog op de beno-
digde tijd, snelste route
berekend.
Kortste route Bij deze optie wordt de,
met het oog op de beno-
digde tijd en de af te leg-
gen afstand, kortste route
berekend.
Gemakkelijks
te route
Bij deze optie wordt een
route met zo min moge-
lijk manoeuvres bere-
kend. Dit heeft eventueel
grotere omwegen tot ge-
volg.
Verkeerspatr
onen
gebruiken
Als deze functie
ingeschakeld is ( ),
wordt voor zover
beschikbaar (momenteel
alleen Duitsland en
Groot-Brittannië) bij de
routeberekening
rekening gehouden met
informatie (uit het
verleden) over de
mogelijke snelheid op
bepaalde trajecten op
bepaalde tijden. Op basis
van deze gegevens kan de
aankomsttijd
nauwkeurig worden
berekend of kan een
andere route worden
gekozen.
Optie Betekenis
Opmerking:
Deze functie is alleen beschikbaar als er al
een navigatie actief is of de instelling van
de routeopties vanuit een venster voor het
invoeren van bestemmingen is opge-
vraagd.
50
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Kies de gewenste route door op een van de
toets en te drukken.
Mijden van soorten wegen
Na het drukken op het veld naast
Vermijden kunt u verschillende soorten
wegen (bijv.
snelwegen, veren en
tolwegen van de routeberekening uitslui-
ten.
U kunt voor deze types een van de volgen-
de opties instellen.
> Bevestig uw keuze door het indrukken
van de toets
OK.
De toets Afslaginfo
In het instellingenvenster Afslaginfo kunt
u de beschikbare hulpmiddelen voor com-
plexe richtingswijzigingen in- of uitscha-
kelen, zoals bij snelwegverkeerspleinen of
bepaalde wegen met meer dan een rijbaan.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets Afslaginfo.
Het venster Afslaginfo wordt weergege-
ven.
Opmerking:
Bedenk dat in veel gevallen een eenvoudi-
ge of optimale route door de snelste route
wordt verborgen.
Optie Betekenis
Toegestaan Bij deze optie wordt het
desbetreffende type weg
in de berekening van de
route opgenomen.
Vermijden Bij deze optie wordt het
desbetreffende type weg
zo mogelijk vermeden.
Verboden Bij deze optie wordt het
desbetreffende type weg
niet in de berekening van
de route opgenomen.
Optie Betekenis
Instelling Betekenis
Rijstrookinfo Bij geactiveerde functie
wordt u, bij wegen met
meerdere rijstroken door
een kleine pijl, geadvi-
seerd over de te volgen
rijstrook.
51
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
> Druk op de gewenste vermelding op de
desbetreffende functie in of uit te
schakelen .
> Bevestig uw keuze door het indrukken
van de toets
OK.
De toets TMC
In het instellingenvenster TMC kunt u de
ontvangst van de verkeersmeldingen in-
stellen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
TMC.
Het venster TMC wordt weergegeven.
> Bevestig uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
Wegwijzers Bij geactiveerde functie
krijgt u informatie over
de borden die u moet
volgen.
Opmerking:
De informatie kan alleen worden weerge-
geven als deze in het kaartmateriaal aan-
wezig is.
Instelling Betekenis
Instelling Betekenis
Zender
autom. inst.
Geef aan of automatisch
de zender met de beste
ontvangst moet worden
gezocht (functie inge-
schakeld ).
Door drukken op de pijl-
toets en wordt de auto-
matische zenderzoek-
functie geactiveerd. De
TMC-zender die nu
wordt ontvangen, wordt
in het veld daarnaast ge-
toond. Het instellen is al-
leen mogelijk als de func-
tie
Zender autom. inst.
uitgeschakeld is.
Herberek. Met dit keuzevlak kunt u
kiezen of een routeveran-
dering
Nooit,
Automatisch of Handm.
plaatsvindt. (Zie 'Reke-
ning houden met berich-
ten voor de routebereke-
ning' op pagina 59.) De
instelling
Nooit komt
overeen met het uitscha-
kelen van de TMC-func-
tionaliteit.
Instelling Betekenis
52
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De toets Kaartinfo
In het instellingenvenster Kaartinfo kunt
u de extra informatie in de kaartweergave
instellen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Kaartinfo.
Het venster Kaartinfo wordt weergege-
ven.
> Druk op de gewenste vermelding op de
desbetreffende functie in of uit te
schakelen .
U kunt ook vastleggen of en welke symbo-
len voor bijzondere bestemmingen op de
kaart moeten worden weergegeven.
> Druk op de toets
POI-categ.
selecteren
.
Door selectie van
Alle POI‘s weergeven
verschijnen alle bijzondere bestemmingen
op de kaart.
Door selectie van
Geen POI‘s weergeven
verschijnen er geen bijzondere bestem-
mingen.
Door selectie van
Gebruikersvoorkeuren
en het vervolgens indrukken van de toets
POI‘s selecteren kunt u in het daaropvol-
gende menu voor elke categorie bijzonde-
re bestemmingen zelf bepalen of bijzonde-
re bestemmingen van deze categorie wel of
niet op de kaart moeten verschijnen.
> Bevestig al uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
Instelling Betekenis
Straatnamen
2D
Bij het inschakelen van
de vermelding verschij-
nen op de kaart alle
straatnamen in de twee-
dimensionale modus.
Straatnamen
3D
Na het inschakelen van
de vermelding verschij-
nen op de kaart alle
straatnamen in de driedi-
mensionale modus.
Infobox
(hoogte,
snelh.)
Na het inschakelen van
de vermelding
verschijnen op de kaart
de snelheid, een kompas
en de hoogte boven
zeeniveau.
53
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De toets Snelheidsinfo
In het instellingenvenster Snelheidsinfo
kunt u parallel aan de navigatie snelheids-
beperkingen laten weergeven. Bovendien
kunt u bij het overschrijden van de snel-
heid een akoestische waarschuwing instel-
len.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Snelheidsinfo.
Het venster Snelheidsinfo wordt weerge-
geven.
De volgende instellingen zijn mogelijk.
Druk voor de instelling altijd op het veld
naast de instelling die u wilt wijzigen.
> Bevestig uw keuze door het indrukken
van de toets
OK.
Opmerking:
Deze informatie kan alleen worden weer-
gegeven als deze in het kaartmateriaal
aanwezig is.
!Gevaar voor ongevallen!
De informatie op het kaartmateriaal kan
vanwege kortstondige wijzigingen (bij-
voorbeeld wegwerkzaamheden) onjuist
zijn.
De verkeerssituatie en de borden ter
plaatse hebben prioriteit boven de infor-
matie van het navigatiesysteem.
Instelling Betekenis
Borden
weerg.
Geef aan of snelheidsbe-
perkingen nooit, altijd of
alleen bij een snelheids-
overschrijding moeten
worden weergegeven.
In beb. kom Kies vanaf welke snel-
heidsoverschrijding u bin-
nen de bebouwde kom
akoestisch wilt worden ge-
waarschuwd.
Buiten beb.
kom
Kies vanaf welke snel-
heidsoverschrijding u bui-
ten de bebouwde kom
akoestisch wilt worden ge-
waarschuwd.
54
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De toets Stem
In het instellingenvenster Stem kunt u in-
stellen welke spreker voor de ingestelde
taal de navigatieaanwijzingen moet uit-
spreken.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Stem.
Het venster Stem wordt weergegeven.
> Selecteer de gewenste spreker.
Er klinkt een korte voorbeeldaanwijzing.
> Bevestig uw keuze door het indrukken
van de toets
OK.
De toets Volume
Met het instellingenvenster Volume kunt
u het volume van de verbale aanwijzingen
standaard voor elke start van Traffic Assist
instellen of de verbale aanwijzingen hele-
maal uitschakelen. Afhankelijk van de si-
tuatie kunt u deze instelling in de kaart-
weergave aanpassen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Volume.
Het venster Volume wordt weergegeven.
> Kies met de toets en en
het gewenste volume.
> Druk op de toets om de verbale
aanwijzingen helemaal uit te schakelen.
> Bevestig uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
De toets Straten aankond.
Met de knop Straten aankond. kunt u het
melden van straatnamen waarheen u wilt
afbuigen in- of uitschakelen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Straten aankond..
Naargelang de vorige instelling schakelt u
de functie in of uit.
Linker pictogram: functie ingeschakeld
Rechter pictogram: functie uitgescha-
keld
Opmerking:
Deze functie is niet voor alle talen/spre-
kers beschikbaar. Als de functie niet be-
schikbaar is, is de knop geen optie.
55
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De toets Aankomst aankon.
Met de toets
Aankomst aankon. kunt u
de automatische melding van de geschatte
aankomsttijd in- en uitschakelen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Aankomst aankon..
Naargelang de vorige instelling schakelt u
de functie in of uit.
Linker pictogram: functie ingeschakeld
Rechter pictogram: functie uitgescha-
keld
De toets Formaat
In het instellingenvenster Formaat kunt u
instellen welke welk formaat en welke
maateenheden voor tijdstippen en afstan-
den moeten worden gebruikt.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Formaat.
Het venster Formaat wordt weergegeven.
Druk op het veld naast
Tijd om tussen de
12-uurs- en de 24-uurs-weergave om te
schakelen.
Druk op het veld naast
Afstand om tussen
kilometers en miles om te schakelen.
> Bevestig uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
De toets Tijd
In het instellingenvenster Tijd kunt u de
voor uw woonplaats geldende tijdzone in-
stellen. Deze instelling is belangrijk voor
het juist berekenen van vermoedelijke
aankomsttijden.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Tijd.
Het venster Tijd wordt weergegeven.
Met de toets naast
Tijdzone kunt u instel-
len of de tijdzone wel of niet automatisch
door de Traffic Assist moet worden inge-
steld (automatisch aan automatisch
uit ).
56
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Na het uitschakelen van de automatische
functie kunt u door te drukken op de toets
onder
Tijdzone de gewenste tijdzone kie-
zen.
Door te drukken op de knop onder
Zomertijd kunt u aangeven of de zomer-
tijd automatisch door de Traffic Assist
moet worden ingesteld of dat u de zomer-
tijd zelf in- of uitschakelt.
De toets Resetten
U kunt alle navigatie-instellingen op de
fabrieksinstellingen terugzetten.
Hierbij worden de instellingen teruggezet.
De gegevens van de snelkoppeling, opge-
slagen routes en het huisadres blijven be-
houden.
> Druk op de toets Resetten.
> Druk op de toets
Ja.
De navigatie-instellingen worden op de
fabrieksinstellingen teruggezet.
Verkeersberichten via TMC
Uw Traffic Assist kan, wanneer de
laadkabel voor de sigarettenaansteker met
geïntegreerde TMC-antenne is
aangesloten, verkeersinformatie (TMC-
meldingen) ontvangen van radiostations.
De verkeersberichten worden via het
TMC-kanaal (Traffic Message Channel)
van radiozenders tegelijk met het radio-
programma uitgezonden en door het navi-
gatiesysteem ontvangen en verwerkt. De
ontvangst van deze verkeersberichten is
kosteloos.
Opmerking:
TMC is niet in alle landen beschikbaar
(op het ogenblik alleen in België, Duits-
land, Denemarken, Frankrijk, Italië, Ne-
derland, Oostenrijk, Zweden, Zwitser-
land en Spanje).
57
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Door Traffic Assist wordt voortdurend
gecontroleerd of er relevante verkeersbe-
richten voor de ingestelde route zijn. Op
de kaartweergave worden alle ontvangen
verkeersopstoppingen weergegeven.
Wordt daarbij geconstateerd dat een ver-
keersbericht voor de navigatie van belang
is, dan kan door het apparaat automatisch
een nieuwe route naar de bestemming
worden berekend (zie 'De toets TMC' op
pagina 51).
Weergave van TMC-berichten op
de wegenkaart
Actuele TMC-meldingen worden op de
kaart grafisch weergegeven. Zo worden
weggedeelten waarop zich een verkeersbe-
lemmering bevindt, blauw gemarkeerd.
Verder geven pijlen de richting van de
rijstrook met de verkeersopstopping aan.
De kleurmarkering wordt aangevuld met
een gevaarteken bij het desbetreffende
weggedeelte.
TMC gebruiken
Als u de TMC-antenne hebt aangesloten,
ontvangt uw Traffic Assist actuele ver-
keersberichten, waardoor het mogelijk
wordt een dynamische route (filevermij-
ding) te berekenen. U kunt ook verkeers-
berichten direct bekijken.
Instellingen voor TMC kunt u, zoals on-
der 'De toets TMC' op pagina 51 beschre-
ven configureren.
> Druk in het hoofdmenu op
TMC.
De lijst met meldingen verschijnt.
Opmerking:
Omdat de verkeersinformatie door radio-
zenders wordt uitgezonden, kunnen wij
de volledigheid en juistheid van deze be-
richten niet garanderen.
Oostenrijk: De locatie- en eventcode
wordt door de ASFINAG en de BMVIT
ter beschikking gesteld.
58
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Met de pijltjestoets en aan de
rechterkant van het beeldscherm kunt u
door de lijst bladeren.
Bij ieder verkeersbericht wordt het weg-
nummer (snelweg, autoweg of lokale
weg), de afstand hemelsbreed van de hui-
dige positie berekend, eventueel het weg-
gedeelte met de rijrichting alsmede de
aard van de belemmering aangegeven.
Bij een TMC-melding op uw route wordt
de melding door het teken aangege-
ven.
Melding lezen
> Druk op de gewenste melding in de
lijst.
De melding wordt weergegeven.
> Druk op de pijltoets en om
door de meldingen te bladeren.
> Druk op de toets om terug te gaan
naar de lijst met meldingen.
Om het meldingenscherm te actualiseren
drukt u op toets .
Als er zoals in dit voorbeeld een melding
op uw route ligt, kunt u door indrukken
van
Bericht toepassen aangeven hoe het
systeem de melding moet verwerken.
Als u de route opnieuw wilt berekenen,
drukt u op de toets
Ja.
De route wordt opnieuw berekend en in-
dien van toepassing een omleiding bere-
kend.
Als u de wijziging eventueel weer onge-
daan wilt maken, kunt u de bijbehorende
melding weer opvragen en vervolgens op
de knop
Bericht negeren drukken.
Er volgt dan weer een vraag die u met
Ja
moet beantwoorden. De route wordt dan
zonder met de bijbehorende melding re-
kening te houden opnieuw berekend.
Betreffende straat in de kaart weerge-
ven
> Druk in de melding op de toets .
De betreffende straat verschijnt op de
kaart.
Door op de toets
Lijst te drukken kunt u
weer naar het meldingenscherm gaan.
Op de onderste regel kunt u met de toets
en en alle meldingen in het mel-
dingenoverzicht doorbladeren en op de
kaart weergeven.
Met de toets
Toepassen kunt u voor elke
melding vastleggen of het gemelde traject
bij een routeberekening moet worden ver-
meden.
Als u een traject hebt geblokkeerd,
(
Toepassen) kunt u met de toets
Negeren deze blokkering ongedaan ma-
ken.
59
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Rekening houden met berichten
voor de routeberekening
Uw Traffic Assist kan bij het berekenen
van een route rekening houden met ver-
keersmeldingen. Of dat automatisch,
handmatig of nooit gebeurt, kunt u met
'De toets TMC' op pagina 51 instellen.
Automatisch een nieuwe route bereke-
nen
Als er een verkeersopstopping op uw route
is, wordt door de Traffic Assist
gecontroleerd of de opstopping via een
zinvolle omleiding kan worden omzeild.
Als dit het geval is, wordt een uitwijkroute
berekend en wordt u via deze uitwijkroute
geleid.
Handmatig een nieuwe route berekenen
Als een verkeersbericht uw route betreft,
verschijnt er een venster met gedetailleer-
de informatie over de melding.
Als u een omleiding van de verkeersbelem-
mering wilt berekenen, drukt u op
Bericht toepassen, zo niet, dan op
Bericht negeren.
U kunt de gekozen instelling te allen tijde
weer in het meldingenoverzicht wijzigen.
Als de Traffic Assist na het kiezen van
Bericht toepassen heeft vastgesteld dat
een zinvolle uitwijkroute mogelijk is,
verschijnt het volgende scherm.
Het scherm geeft een overzicht van de
berekende uitwijkroute.
Het rood of bij een opstopping blauw
gemarkeerde traject toont de
oorspronkelijke route. Het geel
gemarkeerde traject toont de berekende
uitwijkroute.
In het rechtergedeelte van het display
wordt aangegeven in hoeverre de nieuwe
route gewijzigd is ten opzichte van de
oorspronkelijke route en hoeveel tijdwinst
u naar verwachting behaalt door de
uitwijkroute te nemen.
> Druk nu op de toets om de
uitwijkroute te gebruiken of op de toets
om toch de oorspronkelijke route
te volgen.
Opmerking:
Bij de keuze Bericht toepassen wordt
niet altijd een uitwijkroute berekend. Dit
gebeurt alleen als dit tijdwinst oplevert en
het te rijden traject zinvol is.
Opmerking:
Dit scherm kan ook worden weergegeven
als bijvoorbeeld een traject met een
eerdere verkeersopstopping nu weer vrij
is.
60
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De kaartweergave
De kaartweergave wordt op de eerste
plaats voor de navigatie gebruikt. U kunt
via de kaartweergave echter ook zonder
navigatie altijd uw huidige positie nagaan
en bijv. bij snelheidsovertredingen een
waarschuwing doen uitgaan.
Kaartweergave oproepen
Bij het starten van een navigatie wordt de
kaartweergave automatisch opgeroepen.
Zonder navigatie kunt u de kaartweergave
via het hoofdmenu oproepen.
> Druk in het hoofdmenu op
Toon kaart.
Nu verschijnt de kaartweergave en geeft
deze, voor zover er GPS-ontvangst aanwe-
zig is, de huidige positie aan.
Als er reeds een navigatie actief is, ver-
schijnt de kaart met navigatiefunctie.
Opbouw van kaartweergave
De opbouw verschilt al naar gelang de
instellingen onder 'Weergave
omschakelen' op pagina 69 en of er wel of
geen navigatie actief is.
Kaartweergave zonder navigatie
Als de navigatie niet actief is, neemt de
kaart bijna het gehele oppervlak van het
touchscreen in.
Maximumsnelheid voor de straat
waarop u nu rijdt (aanduiding niet
voor alle straten beschikbaar)
Zoomknoppen
Infobox met kompas, snelheid en
hoogte boven zeeniveau van de auto
Indicator laadtoestand/
ontvangstkwaliteit van telefoon*
Knop voor het opvragen van de opties
Positie van auto
Huidige straat
Kaartweergave met navigatie
Maximumsnelheid voor de straat
waarop u nu rijdt (aanduiding niet
voor alle straten beschikbaar)
Zoomknoppen
Infobox met kompas, snelheid en
hoogte boven zeeniveau van de auto
Indicator laadtoestand/
ontvangstkwaliteit van telefoon*
Knop voor het opvragen van de opties
1
2
3
6
4
7 5
1
2
3
4
5
6
7
1
2
7
6
11
3
8
12
5
10
4
9
1
2
3
4
5
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
61
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Rijstrookadvies (alleen bij bepaalde
wegen met meerdere rijstroken te
zien, zwarte pijlen = aanbevolen
rijstroken)
Positie van auto
Huidige straat of straat waar de vol-
gende rijmanoeuvre naartoe leidt
Afstand tot de volgende rijmanoeuvre
Indicator TMC-status
Volgende rijmanoeuvre
Verwachte aankomsttijd, resterende
reistijd en resterende afstand tot aan
de bestemming
Als de navigatie actief is, toont de kaart via
het pictogram Positie de actuele positie.
Links op het scherm ziet u de informatie
(vermoedelijke aankomsttijd, resterende
reistijd en resterende afstand tot de be-
stemming/tussenstop) m.b.t. de
hoofdbestemming en naar de
tussenstop Weergeven of verbergen.
De verborgen informatie staat links op het
scherm.
De infobox rechts op het scherm toont
een kompas, uw huidige snelheid en
hoogte van de positie van de auto boven
zeeniveau. Het weergaven van de infobox
kan in de instellingen, zoals onder 'De
toets Kaartinfo' op pagina 52 beschreven,
worden in-/uitgeschakeld.
Verder wordt in de hoek linksonder de
vooraankondiging met bijbehorende in-
formatie getoond.
Daarbij wordt het verdere verloop van de
reis via een pijl, met daaronder de reste-
rende afstand, getoond. Bij twee aanstaan-
de rijmanoeuvres korte tijd achter elkaar
verschijnt boven de eerste nog een kleinere
pijl voor de tweede rijmanoeuvre.
Als u de preview inschakelt, kunt u het vo-
lume voor de navigatieaanwijzingen in-
stellen (zie 'Volume van aankondigingen
veranderen' op pagina 64). Ook kunt u
van de navigatie met kaartweergave op de
pijlweergave omschakelen.
Opmerking:
Als u het rijstrookadvies opvolgt, kunt u
de volgende rijmanoeuvre uitvoeren zon-
der van rijstrook te hoeven wisselen.
6
7
8
9
10
11
12
1
2
2
1
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
62
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
In het vooraankondigingsgedeelte wordt
aan de linkerrand informatie over de
TMC-functie getoond. Er zijn vier ver-
schillende TMC-toestanden mogelijk.
Als het eerste pictogram wordt
weergegeven, werkt het TMC naar
behoren.
Als het tweede pictogram wordt
weergegeven, werden TMC-meldingen
ontvangen.
Als het derde pictogram wordt
weergegeven, bevindt zich een
verkeersopstopping op de route.
Als het vierde pictogram wordt
weergegeven, is de TMC-ontvangst
gestoord en kunnen geen TMC-berichten
worden ontvangen.
Gedeeld beeldscherm met navigatie
Maximumsnelheid voor de straat
waarop u nu rijdt (aanduiding niet
voor alle straten beschikbaar)
Zoomknoppen
Positie van auto
Indicator laadtoestand/
ontvangstkwaliteit van telefoon*
Knop voor het opvragen van de opties
Rijstrookadvies (alleen bij bepaalde
wegen met meerdere rijstroken te
zien, zwarte pijlen = aanbevolen
rijstroken)
Volgende rijmanoeuvre
Infobox met kompas, snelheid en
hoogte boven zeeniveau van de auto
Huidige straat of straat waar de
volgende rijmanoeuvre naartoe leidt
Afstand tot de volgende rijmanoeuvre
Balk voor visualisatie van de afstand
tot aan de volgende rijmanoeuvre
Indicator TMC-status
Verwachte aankomsttijd, resterende
reistijd en resterende afstand tot aan
de volgende bestemming
Opmerking:
Als u het rijstrookadvies opvolgt, kunt u
de volgende rijmanoeuvre uitvoeren
zonder van rijstrook te hoeven wisselen.
1
9
13
11
3
5
2
4
7
8
6
10
12
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
63
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Navigatie met pijlen
Vanuit de navigatie met kaartweergave
kunt u de navigatie met pijlen starten.
> Druk op de previewoptie.
> Druk op de toets met het pijltje erop.
Het display schakelt over naar de pijlweer-
gave.
Huidige tijd
Indicator TMC-status
Verwachte aankomsttijd, resterende
reistijd en resterende afstand tot aan
de volgende bestemming
Indicator laadtoestand/
ontvangstkwaliteit van telefoon*
Overschakelen op kaartweergave
Volgende rijmanoeuvre
Rijstrookadvies (alleen bij bepaalde
wegen met meerdere rijstroken te
zien, zwarte pijlen = aanbevolen
rijstroken)
Rijmanoeuvre na volgende rijma-
noeuvre
Huidige straat of straat waar de
volgende rijmanoeuvre naartoe leidt
Maximumsnelheid voor de straat
waarop u nu rijdt (aanduiding niet
voor alle straten beschikbaar)
Afstand tot de volgende rijmanoeuvre
Balk voor visualisatie van de afstand
tot aan de volgende rijmanoeuvre
Infobox met kompas, snelheid en
hoogte boven zeeniveau van de auto
Door te drukken op de toets of
kunt u de pijlweergave weer verlaten.
Opmerking:
De navigatie met pijlen kan ook worden
ingeschakeld zoals onder 'Weergave
omschakelen' op pagina 69 wordt
beschreven.
Opmerking:
Als u het rijstrookadvies opvolgt, kunt u
de volgende rijmanoeuvre uitvoeren
zonder van rijstrook te hoeven wisselen.
1
9
10
3
5
2
4
6
7
8
13
11
12
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
5
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
64
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Kaartweergave bedienen
Laatste aankondiging herhalen
Tijdens de navigatie ontvangt u belangrij-
ke informatie, b. v.de volgende afslag. De
laatste aankondiging kan met geactuali-
seerde gegevens worden herhaald.
> Druk tijdens actieve navigatie op het
veld met de vooraankondiging.
De laatste aankondiging wordt herhaald
met geactualiseerde gegevens. Bovendien
wordt het geluidsvolume getoond.
Volume van aankondigingen veranderen
Het volume van de aankondigingen kan
worden veranderd.
> Druk tijdens actieve navigatie en gede-
activeerde toolbar op het veld met de
vooraankondiging.
Balken visualiseren het volume.
> Druk op de toets of om het
volume te verhogen of te verlagen.
> Druk op toets om het geluid
voor aankondigingen te onderdrukken.
De toets is nu rood omkaderd.
> Druk opnieuw op de toets om
de geluidsonderdrukking op te heffen
Als er geen toets wordt ingedrukt, ver-
dwijnen de balken na korte tijd van het
scherm.
Kaart in-/uitzoomen
Met de zoomtoets en kunt u stapsgewijs
op de kaart in- of uitzoomen.
> Druk op Inzoomen om op de
kaart in te zoomen en meer details te
zien.
> Druk op Uitzoomen om op de
kaart uit te zoomen voor een beter over-
zicht.
!Let op!
Stel het geluidsvolume zo in dat u de
omgevingsgeluiden goed kunt
waarnemen.
65
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Kaart verschuiven
U kunt de kaart op een willekeurig punt
verschuiven.
> Druk hiervoor kort op de kaart.
> Druk op een willekeurig punt op de
kaart en verschuif deze onmiddellijk in
de gewenste richting.
De kaart wordt nu ook in dezelfde rich-
ting verschoven.
U kunt ook zoals onder 'Bestemming van-
uit de kaart selecteren' op pagina 42 be-
schreven een punt als bestemming kiezen.
Opties voor de kaartweergave
In de opties voor de kaartweergave kunt u
instellingenvenster voor de navigatie, voor
het weergeven van de kaart en voor de
route configureren.
Druk in de kaartweergave op de knop
rechtsonder.
Het menu Opties voor de kaartweergave
verschijnt.
U kunt nu tussen de knoppen
Geleiding,
Kaart en Route kiezen. Door het keizen
van deze menuopties verschijnen er meer
knoppen waarmee u de verschillende in-
stellingen kunt opvragen.
Ook kunt u met de knop het display
in de nachtmodus en weer terug zetten.
*Met de toets kunt u de
telefoonfunctie oproepen.
toets
Geleiding:
U kunt kiezen uit de volgende mogelijk-
heden:
De navigatie afbreken.
Een tussenstop invoeren/wissen.
De gehele route weergeven.
Bij meerdere bestemmingen (route-
planning) een overzicht bestemmingen
weergeven of de volgende bestemming
overslaan.
toets
Kaart:
U kunt kiezen uit de volgende mogelijk-
heden:
Op de kaart tussen 2D- en 3D-weerga-
ve omschakelen.
De zoompercentages en de kaarthoek in
de 3D-modus wijzigen.
Opmerking:
Door indrukken van de toets
Terug n
GPS
kunt u weer uw huidige positie laten
verschijnen.
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
66
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Oriëntatie van de kaart en de
zoompercentages in de 2D-modus
wijzigen.
In de 3d-modus het weergeven van ge-
bouwen in-/uitschakelen.
De huidige positie weergeven.
toets
Route:
U kunt kiezen uit de volgende mogelijk-
heden:
Een bijzondere bestemming op de route
kiezen.
TMC-meldingen op de route weerge-
ven.
Een vóór u liggend deel van het traject
blokkeren.
De routeopties wijzigen.
Navigatie afbreken
U kunt een actieve navigatie afbreken.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Geleiding.
> Druk op de toets
Stop geleiding.
De navigatie naar alle bestemmingen
wordt afgebroken.
Tussenstop invoeren/wissen.
U kunt met deze functie een tussenstop
invoeren of een ingevoerde tussenstop
weer wissen.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Geleiding.
> Druk op de toets
Tuss. toev..
U kunt dan, zoals onder 'Het menu Be-
stemmingen invoeren' op pagina 33 be-
schreven (
Adres invoeren, POI
selecteren
, Op kaart selecteren of Geo-
coördinaten invoeren
), beschreven een
bestemming als tussenstop invoeren. Ook
kunt u met de toets
Uit laatste best.
selecteren
een bestemming in de snel-
koppeling kiezen.
Na het invoeren van de gewenste tus-
sentop wordt de route opnieuw berekend.
De ingevoerde tussenstop wordt op de
kaart met een geel vlaggetje aangegeven.
Tussenstop wissen
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Geleiding.
> Druk op de toets
Tuss. wissen.
> Druk op de toets
Ja.
De tussenstop wordt gewist.
67
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Gehele route weergeven
U kunt de gehele route naar de bestem-
ming op de kaart laten weergeven. Ook
kunt u een complete routebeschrijving be-
kijken.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Geleiding.
> Druk op de toets
Route wrg..
De gehele route wordt weergegeven.
Door indrukken van de toets
Opties kunt
u de routeopties instellen.
Met de toets of kunt u de gehele
route langzamer of sneller simuleren.
Door aantippen van het scherm kunt u de
simulatie beëindigen.
Op de onderste regel kunt u met de toets
en en de gehele routebeschrijving
doorbladeren.
Routebeschrijving
> Druk met de gehele route op het scherm
op de toets .
Het eerste punt van de routebeschrijving
verschijnt op de kaart.
Met de toets en en kunt u door
de gehele routebeschrijving heen blade-
ren.
Door het kiezen van
Blokkeren kunt u af-
zonderlijke delen van het traject laten
blokkeren. De Traffic Assist berekent dan
een nieuwe zinvolle omleiding om het ge-
blokkeerde weggedeelte heen.
U kunt de routebeschrijving ook als lijst
opvragen. Druk hiervoor op de toets
Lijst.
> Druk op de pijltoets en
rechts op het scherm om in de lijst te
bladeren.
Als u op een vermelding in de routebe-
schrijving drukt, verschijnt deze op de
kaart.
Opmerking:
Bij een traject van meer dan 10 km kunt
u in een submenu aangeven of het gehele
traject of slechts een deel van het traject
moet worden geblokkeerd.
68
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Overzicht bestemmingen weergeven
Als er een geplande route met meerdere
bestemmingen actief is, kunt u het gehele
traject met alle bestemmingen op de kaart
als een lijst laten verschijnen.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Geleiding.
> Druk op de toets .
De geplande route verschijnt op de kaart.
Met de toets of kunt u de gehele
route langzamer of sneller simuleren.
Door aantippen van het scherm kunt u de
simulatie beëindigen.
Op de onderste regel kunt u met de toets
en en de afzonderlijke etappes
van de route doorbladeren. Bij het blade-
ren verschijnt dan de desbetreffende etap-
pe.
Door het kiezen van
Form. wis. kunt u de
desbetreffende etappe laten blokkeren.
Druk op
Lijst om de etappes van de route
als een lijst weer te geven.
De afzonderlijke etappes van de route ver-
schijnen in de vorm van een lijst. Met de
bovenste de toets kunt u weer naar naviga-
tie van de route terugkeren.
Als u een van de etappes wilt bewerken,
drukt u op de toets vóór de desbetref-
fende etappe.
U hebt dan de volgende opties:
•Met
Details weergeven informatie
m.b.t. de gekozen etappe weergeven.
•Met
Omhoog en Omlaag de volgorde
van de etappes wijzigen.
•Met
Plaats wissen de gekozen etappe
wissen.
•Met Geleiding starten die navigatie
voor de gekozen etappe starten.
Bestemming overslaan
Als er een geplande route met meerdere
bestemmingen actief is, kunt u de actuele
bestemming van de route wissen.
Vervolgens wordt de navigatie naar de
volgende bestemming gestart.
Dit kan noodzakelijk worden wanneer u
niet rechtstreeks naar een bestemming
bent gereden. De Traffic Assist probeert u
anders nog steeds naar de huidige
bestemming te leiden.
> Roep het optiemenu voor de
kaartweergave op.
> Druk op de toets
Geleiding.
> Druk op de toets .
De navigatie naar de volgende
bestemming wordt gestart.
69
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Weergave omschakelen
U kunt de kaartweergave tussen 3D- of
2D-weergave, een gedeeld beeldscherm
met 3D- of 2D-weergave of de
pijlweergave omschakelen.
> Roep het optiemenu voor de
kaartweergave op.
> Druk op de toets
Kaart.
> Druk op de toets
Kaartvenster.
> Selecteer de gewenste weergave.
De volgende afbeeldingen tonen voor elke
keuze het bijbehorende resultaat.
1 3 5
2 4
1
2
3
4
5
70
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Zoompercentages en kaarthoek wijzi-
gen
U kunt instellen op welke zoompercenta-
ges de kaart bij het naderen van een ma-
noeuvre moet overgaan. Ook kunt u de
kaarthoek bij 3D-weergave instellen.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Kaart.
> Druk op de toets
Oriëntatie.
Afhankelijk van de huidige weergave (3D
of 2D ) zijn er verschillende inste-
lopties.
Na het configureren van instellingen wor-
den deze door het indrukken van toets
OK
opgeslagen.
Door op de toets
Standaardbereik te
drukken kunt u de geconfigureerde instel-
lingen weer op de basisinstelling terugzet-
ten.
Druk op de toets om het instellingen-
menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Instelopties
U kunt instellen naar welke gebieden u op
de getoonde kaart wilt inzoomen. Het in-
stellen is alleen mogelijk als de functie Au-
tozoom ingeschakeld is.
> Stel door het indrukken van toets
het laagste gewenste zoompercentage
in.
> Druk op de toets om de instelling
op te slaan.
> Stel door het indrukken van toets
het hoogste gewenste zoompercentage
in.
> Druk op de toets om de instelling
op te slaan.
In de 3D-weergave kunt u de hellingshoek
van de kaartweergave instellen. Het instel-
len is alleen mogelijk als de functie Auto-
zoom ingeschakeld is.
> Stel met de pijltoets en de gewenste
maximale hellingshoek in.
> Druk op de toets om de instelling
op te slaan.
> Stel met de pijltoets en de gewenste
minimale hellingshoek in.
> Druk op de toets om de instelling
op te slaan.
1
2
1 2
1
1
1
1
1
1
71
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Oriëntatie van de kaart (2D) wijzigen
U kunt kiezen of de kaart altijd in de rij-
richting moet wijzen of op het noorden
moet worden weergegeven.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Kaart.
> Druk op de toets
Noorden boven of op
Rijricht. boven.
De kaart verandert navenant aan de geko-
zen instelling.
3D-gebouwen in-/uitschakelen
U kunt instellen of in 3D-weergave in ste-
den beschikbare 3D-gebouwen wel of niet
moeten worden weergegeven.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Kaart.
> Druk op toets
3D-gebouwen en schakel
de functie in of uit .
> Kaart met geactiveerde 3D-gebouwen.
Actuele positie weergeven
U kunt uw huidige positie laten weerge-
ven en deze positie opslaan. Ook kunt u
informatie over de huidige GPS-ont-
vangst en het huidige land laten weerge-
ven.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Kaart.
> Druk op de toets
Positie-info.
De huidige positie wordt weergegeven.
Indien mogelijk verschijnt er een adres bij.
Als er voor de huidige positie geen adres
beschikbaar is, verschijnen de geografische
coördinaten.
Met de toets
Op kaart kunt u weer naar de
kaart gaan.
Na het kiezen van
Opslaan kunt u de hui-
dige positie in de snelkoppeling opslaan.
Opmerking:
Deze instelling is alleen bij 2D-weergave
beschikbaar.
Opmerking:
Deze instelling is alleen bij 3D-weergave
beschikbaar.
72
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Na het indrukken van
Landinfo kunt u
landspecifieke informatie, zoals bijv. de
toegestane maximumsnelheid voor het
land waar u zich op dat moment bevindt
laten weergeven.
Na het indrukken van
GPS-info ver-
schijnt er informatie over de GPS-ont-
vangst.
U kunt nagaan hoeveel satellieten er wor-
den ontvangen en of er voldoende satellie-
ten voor de navigatie worden ontvangen.
Ook verschijnen de actuele tijd en de geo-
grafische positie.
Bijzondere bestemming op de route
Tijdens de navigatie kunt u bijzondere be-
stemmingen die op de route liggen laten
weergeven. U kunt hierbij de categorieën
bijzondere bestemmingen vastleggen.
Ook kunt u kiezen of u alleen de onmid-
dellijk volgende bijzondere bestemmin-
gen, de bijzondere bestemmingen van de
gehele route of alleen bijzondere bestem-
mingen in de buurt van de bestemming
wilt bekijken.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Route.
> Druk op de toets
POI’s op route.
De volgende bijzondere bestemmingen
van de drie ingestelde categorieën ver-
schijnen. De eerste kilometeraanduiding
geeft de afstand tot de bijzondere bestem-
ming aan. De gegevens aan de rechterkant
toont de omweg die ontstaat als u naar de
bijzondere bestemming begint te rijden.
Aan de hand van de symbolen aan de
rechterrand kunt u in één oogopslag zien
of de omleiding naar de betreffende
bijzondere bestemming klein ( ),
gemiddeld ( ) of groot ( ) is.
Door op een van de bijzondere bestem-
mingen te drukken wordt de navigatie er-
heen gestart. Door te drukken op de knop
bij een bijzondere bestemming kunt u
informatie over de bijzondere bestem-
ming laten weergeven.
Categorieën vastleggen
> Druk op de toets
Categorieën:.
> Druk op de toets met de te wijzigen ca-
tegorie.
> Selecteer vervolgens de gewenste cate-
gorie.
> Bevestig uw wijzigingen keuze door het
indrukken van de toets
OK.
73
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Bijzondere bestemming in de buurt van
de bestemming/op de gehele route
> Druk in het menu Bijzondere bestem-
mingen op de route voor bijzondere be-
stemmingen in de buurt van de
bestemming op toets of voor
bijzondere bestemmingen op de gehele
route op toets .
> Selecteer de gewenste categorie.
> Selecteer vervolgens de gewenste bijzon-
dere bestemming.
De navigatie naar de gekozen bijzondere
bestemming wordt gestart.
TMC op de route
U kunt TMC-meldingen die op uw route
liggen bekijken en bewerken.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Route.
> Druk op de toets
TMC op route.
De TMC-meldingen die op uw route lig-
gen, verschijnen.
Na het kiezen van een melding kunt u
bijv. beïnvloeden of u wel of niet om de
verkeersopstopping heen wordt geleid.
Neem hiervoor de beschrijvingen onder
'Verkeersberichten via TMC' op
pagina 56 in acht.
Traject blokkeren
U kunt een vóór u liggend deel van het
traject blokkeren. U legt hierbij een be-
paald traject vast waar u niet wilt rijden.
De Traffic Assist probeert daarna een om-
leiding te berekenen.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Route.
> Druk op de toets
Blokkeren.
> Kies met de toets en en het ge-
wenste te blokkeren traject.
Door indrukken van
Resetten kunt u het
blokkeren weer uitschakelen.
> Bevestig uw keuze door het indrukken
van de toets
OK.
De route wordt opnieuw berekend.
Opmerking:
Ook de TMC-meldingen die tot een
wijziging van de route hebben geleid
worden weergegeven.
74
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Routeopties wijzigen
U kunt de routeopties (o.a. keuze van de
route) tijdens de navigatie beïnvloeden..
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Route.
> Druk op de toets
Opties.
> Stel, zoals onder 'De toets Routeopties'
op pagina 48 beschreven de routeopties
in.
Na een wijziging wordt de route opnieuw
berekend.
75
TELEFOONFUNCTIE* >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
TELEFOONFUNCTIE*
U kunt uw Traffic Assist verbinden met
een mobiele telefoon die over Bluetooth®
wireless technology beschikt.
Uw Traffic Assist fungeert dan als uiterst
comfortabele handsfree-installatie.
Telefoonfunctie oproepen
De telefoonfunctie kan vanuit het
hoofdmenu of de kaartweergave met
weergegeven optiemenu worden
opgeroepen.
> Druk op de toets
Telefoon in het
hoofdmenu om de telefoonfunctie op te
roepen.
of
> Druk op de toets in de
kaartweergave met weergegeven
optiemenu.
Als Bluetooth is ingeschakeld en Traffic
Assist al met een mobiele telefoon
verbonden is, wordt het telefoonmenu
weergegeven.
Als Bluetooth bij het oproepen van de
telefoonfunctie nog niet is ingeschakeld,
wordt u gevraagd Bluetooth in te
schakelen.
> Druk op de toets
Ja om Bluetooth in te
schakelen.
Opmerkingen:
Bij sommige met Bluetooth® wireless
technology uitgevoerde mobiele
telefoons zijn bepaalde functies
mogelijk niet beschikbaar.
Bij de onderstaande beschrijvingen
wordt aangenomen dat Bluetooth op
de telefoon ingeschakeld is. Hoe u
Bluetooth op de mobiele telefoon
activeert, vindt u in de
gebruiksaanwijzing van de mobiele
telefoon.
1
2
1
2
76
>>> TELEFOONFUNCTIE*
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Traffic Assist probeert nu een verbinding
tot stand te brengen met de mobiele
telefoon waarmee het laatst een
verbinding tot stand is gekomen. Zodra
de verbinding tot stand is gebracht,
verschijnt korte tijd het telefoonmenu.
Als nog geen verbinding met een mobiele
telefoon bestaat of als het laatst verbonden
toestel niet beschikbaar is, verschijnt de
volgende melding.
> Druk op de toets
Ja om mobiele
telefoons met Bluetooth te zoeken zoals
wordt beschreven onder 'Mobiele
telefoons zoeken' op pagina 82.
Telefoonmenu
Vanuit het telefoonmenu kunt u het
volgende doen:
telefoonnummers kiezen,
het telefoonboek oproepen,
nummerlijsten oproepen,
naar Bluetooth-telefoons zoeken,
de verbinding met een mobiele telefoon
verbreken.
Als Bluetooth is ingeschakeld en Traffic
Assist al met een mobiele telefoon
verbonden is, wordt na het oproepen van
de telefoonfunctie het telefoonmenu
weergegeven.
In het bovenste gedeelte van het
telefoonmenu worden, voor zover
beschikbaar, de ontvangststerkte, de
laadtoestand en de naam van de mobiele
telefoon en de naam van de
netwerkexploitant weergegeven.
Nummer kiezen
U kunt u een telefoonnummer invoeren
en het bellen van dit nummer starten.
> Druk in het telefoonmenu op het
keuzeveld
Kiezen.
> Gebruik de weergegeven toetsen om het
gewenste telefoonnummer in te voeren.
> Druk op de toets
Kiezen.
De Traffic Assist probeert nu een
verbinding tot stand te brengen met het
ingevoerde telefoonnummer. Meer
informatie over de verdere bediening
vindt u onder 'Telefoongesprekken' op
pagina 83.
Opmerking:
Druk op de toets om een
ingevoerd teken te wissen.
77
TELEFOONFUNCTIE* >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Telefoonboek
In het telefoonboek worden de van de
SIM-kaart en uit het geheugen van de
mobiele telefoon geladen
telefoonboekvermeldingen weergegeven.
Na het kiezen van de gewenste vermelding
kunt u het desbetreffende
telefoonnummer bellen.
> Druk in het telefoonmenu op het
keuzeveld
Telefoonboek.
Bij meer dan 10 vermeldingen in het
telefoonboek verschijnt er een
invoermenu. Wanneer er minder dan 10
vermeldingen zijn, wordt er rechtstreeks
een lijst met de vermeldingen
weergegeven.
> Kies in het invoermenu de beginletter
van de gezochte vermelding.
> Druk op toets als de gewenste
naam op de bovenste regel wordt
weergegeven.
Als het telefoonboek 5 of minder
vermeldingen met de ingevoerde
lettercombinatie bevat, worden deze
automatisch in een lijst weergegeven.
Opmerkingen:
De overdracht van het telefoonboek
kan enkele minuten duren.
Als verbinding wordt gemaakt met de
mobiele telefoon waarvan het
telefoonboek al is overgedragen, wordt
het telefoonboek niet opnieuw
geladen. Als in de tijd dat geen
verbinding met de mobiele telefoon
bestond, vermeldingen zijn gewijzigd
of toegevoegd, moet het telefoonboek
van de Traffic Assist handmatig
worden geladen om het telefoonboek
bij te werken. Zie 'Telefoonboek
bijwerken' op pagina 87.
Opmerkingen:
Als u bijvoorbeeld de letters 'M' en 'I'
hebt ingevoerd, worden vermeldingen
weergegeven waarvan de achternaam of
voornaam met 'MI' begint.
Zoals bijvoorbeeld 'Miller John' of
'Bauer Michael'.
U kunt de beginletter van de
achternaam gevolgd door een spatie
(toets ) en vervolgens de beginletter
van de voornaam invoeren.
78
>>> TELEFOONFUNCTIE*
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
> Selecteer de gewenste vermelding in de
lijst.
Wanneer de geselecteerde vermelding
meerdere telefoonnummers heeft, kunt u
nu het gewenste nummer kiezen.
De verschillende telefoonnummers
worden met pictogrammen aangegeven.
> Kies het gewenste telefoonnummer.
De Traffic Assist probeert nu een
verbinding tot stand te brengen met het
gekozen telefoonnummer. Meer
informatie over de verdere bediening
vindt u onder 'Telefoongesprekken' op
pagina 83.
Nummerlijsten
In de nummerlijsten worden de laatst
gekozen, aangenomen of niet-
aangenomen nummers of namen in
chronologische volgorde weergegeven.
Voor zover mogelijk worden in de diverse
lijsten ook de telefoonnummers of de
namen van de in de mobiele telefoon
opgeslagen lijst weergegeven.
> Druk in het telefoonmenu op het
keuzeveld
Laatste oproepen.
Via de toetsen
Gemist, Aangenomen en
Gekozen kunt u de van de mobiele
telefoon geladen lijsten oproepen.
De nummerlijst met de op de Traffic
Assist laatst gekozen, aangenomen of niet-
aangenomen nummers of namen wordt in
de regels daaronder weergegeven.
Opmerking:
U kunt ook al eerder een lijst met
vermeldingen die overeenkomen met de
ingevoerde lettercombinatie laten
weergeven. Druk hiervoor in het
invoermenu op de toets .
Pictogram Betekenis
Privételefoonnummer
Zakelijk telefoonnummer
Mobiel telefoonnummer
79
TELEFOONFUNCTIE* >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Elke regel van de nummerlijst is in twee
velden opgedeeld. Elk lijstveld is als toets
weergegeven. Op de rechtertoets wordt
het nummer/de naam weergegeven en
met het linkerpictogram worden de
eigenschappen van de vermelding
weergegeven.
Gebruikte pictogrammen
In de nummerlijst worden de volgende
pictogrammen gebruikt.
In de nummerlijst bladeren
Met de toetsen kunt u in de
desbetreffende pijlrichting in de
nummerlijst bladeren.
Bestaande nummers kiezen
De nummers/namen in de nummerlijst
kunnen rechtstreeks worden gekozen.
> Druk op de toets met de gewenste
vermelding om het bellen te starten.
De vermelding wordt gebeld.
Vermeldingen weergeven of bewerken
Elke vermelding in de nummerlijst kan
worden weergegeven of bewerkt.
> Druk op het toetsenpaneel links naast
de gewenste vermelding.
Op het display verschijnt een keuzemenu.
Aanwijzingen:
In de nummerlijst worden automatisch
de laatste 100 nummers/namen
opgeslagen. Als het geheugen 100
nummers bevat, wordt voor een nieuw
nummer het oudste automatisch
gewist. Belangrijke nummers kunnen
echter worden beveiligd.
Vermeldingen in de nummerlijst
verwijzen altijd uitsluitend naar de tijd
gedurende welke de mobiele telefoon
met Bluetooth® wireless technology
met de Traffic Assist verbonden was.
Via de toetsen
Gemist, Aangenomen
en
Gekozen kunt u de van de mobiele
telefoon geladen lijsten, voor zover
beschikbaar, oproepen.
Pictogram Betekenis
Deze vermelding is een
standaardvermelding zonder
bijzonderheden.
Deze vermelding is beveiligd.
Als de nummerlijst vol is,
wordt deze vermelding niet
automatisch gewist. U kunt
dit indien gewenst handmatig
doen.
Bij een beveiligde vermelding
kunt u de positie ook in de
snelkoppeling vastleggen.
Keuze Betekenis
Details
weergeven
De gegevens voor de
vermelding worden
weergegeven (indien
aanwezig nummer en
naam, gesprekstijd en
gespreksdatum).
80
>>> TELEFOONFUNCTIE*
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Van de mobiele telefoon geladen lijsten
> Roep in de nummerlijst de
desbetreffende lijst op via de toetsen
Gemist, Aangenomen en Gekozen.
Met de toetsen kunt u in de
desbetreffende pijlrichting in de lijst
bladeren.
> Druk op de toets met de gewenste
vermelding om het bellen te starten.
Bluetooth-telefoons aansluiten
U kunt met de Traffic Assist telefoneren
door een mobiele telefoon die over
Bluetooth® wireless technology beschikt
met de Traffic Assist te verbinden. In het
volgende gedeelte worden de verschillende
mogelijkheden voor het tot stand brengen
van een verbinding beschreven.
Apparaatlijst oproepen
> Druk in het telefoonmenu op het
keuzeveld
Telefoons.
De apparaatlijst wordt weergegeven.
Vanuit deze lijst kunt u mobiele telefoons
zoeken of een verbinding met mobiele
telefoons tot stand brengen.
Invoer
beveiligen
De vermelding wordt
tegen automatisch
verwijderen beveiligd
(alleen bij onbeveiligde
vermeldingen
beschikbaar).
Beveil.
opheffen
De beveiliging van de
vermelding wordt
opgeheven (alleen bij
onbeveiligde
vermeldingen
beschikbaar).
Omhoog /
Omlaag
De vermelding wordt een
positie naar voren/
achteren verschoven.
Invoer wissen De vermelding wordt uit
de nummerlijst
verwijderd.
Alle invoer
wissen
Alle vermeldingen (ook
de beveiligde) worden uit
de nummerlijst
verwijderd.
Keuze Betekenis
Opmerking:
Door op de toets voor een vermelding
te drukken, worden de gegevens van de
vermelding weergegeven (indien
aanwezig nummer en naam, gesprekstijd
en gespreksdatum).
Opmerking:
Als u tot nu toe nog geen verbindingen
met mobiele telefoons hebt opgebouwd,
is de lijst leeg.
81
TELEFOONFUNCTIE* >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
De apparaatlijst toont per regel alle
mobiele telefoons die tot nu toe met de
Traffic Assist gekoppeld waren.
Elke regel van de apparaatlijst is in twee
velden opgedeeld. Elk lijstveld is als toets
weergegeven. Op de rechtertoets wordt
het apparaat weergegeven en met het
linkerpictogram worden de
eigenschappen ervan weergegeven.
Door op het pictogram te drukken, kunt
u een menu oproepen waarin u bijv.
het apparaat kunt beveiligen.
Automatische verbinding
Uw Traffic Assist probeert na het
inschakelen een verbinding tot stand te
brengen met de mobiele telefoon waarmee
het laatst een verbinding tot stand is
gekomen.
Onder 'Automatische verbinding' op
pagina 86 wordt beschreven hoe u deze
functie kunt in- of uitschakelen.
Voorwaarden voor een succesvolle
verbinding zijn:
Op uw Traffic Assist is Bluetooth®
ingeschakeld. (Zie 'Bluetooth in-/
uitschakelen' op pagina 86.)
De mobiele telefoon is ingeschakeld,
bevindt zich binnen bereik en
Bluetooth® is geactiveerd.
Pictogram Betekenis
Dit apparaat is een
standaardapparaat zonder
bijzonderheden.
Dit apparaat is beveiligd. Als
de apparaatlijst vol is, wordt
dit apparaat niet automatisch
verwijderd. U kunt dit indien
gewenst handmatig doen.
Bij een beveiligde vermelding
kunt u de positie ook in de
apparaatlijst vastleggen.
Dit apparaat is de mobiele
telefoon die momenteel
verbonden is.
Keuze Betekenis
Invoer
beveiligen
Het apparaat wordt
tegen automatisch
verwijderen beveiligd
(alleen bij onbeveiligde
apparaten beschikbaar).
Beveil.
opheffen
De beveiliging van het
apparaat wordt
opgeheven (alleen bij
onbeveiligde apparaten
beschikbaar).
Omhoog /
Omlaag
Het apparaat wordt een
positie naar voren/
achteren verschoven.
Wissen Het apparaat wordt uit
de apparaatlijst
verwijderd.
Alles Wissen Alle apparaten (ook de
beveiligde) worden uit de
lijst gewist.
Opmerking:
De verbinding met de laatst verbonden
mobiele telefoon wordt alleen tot stand
gebracht als in de apparaatlijst geen
beveiligd apparaat vóór dit apparaat staat.
82
>>> TELEFOONFUNCTIE*
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Mobiele telefoons zoeken
> Roep de apparaatlijst op.
> Druk op de toets
Bluetooth-telefoons
zoeken
.
Het zoeken begint.
Tijdens het zoeken worden eventueel
gevonden apparaten weergegeven. U kunt
een zoekopdracht afbreken door op de
toets
Zoeken stoppen te drukken.
Na het zoeken of na het indrukken van de
toets
Zoeken stoppen verschijnt een lijst
met de gevonden apparaten.
> Druk nu op de naam van de mobiele
telefoon die u wilt verbinden.
De Traffic Assist probeert nu de
verbinding tot stand te brengen. De
mobiele telefoon moet nu om de invoer
van een wachtwoord vragen. Dit
wachtwoord wordt door de Traffic Assist
bepaald.
> Voer het weergegeven wachtwoord op
de mobiele telefoon in.
De verbinding wordt tot stand gebracht.
Bij een succesvolle verbinding verschijnt
het telefoonmenu.
Vanuit de apparaatlijst verbinden
Vanuit de apparaatlijst kunt een
verbinding met een mobiele telefoons tot
stand brengen. Als al een verbinding met
een mobiele telefoon bestaat, wordt deze
automatisch verbroken en wordt de
verbinding met het nieuwe apparaat tot
stand gebracht.
> Roep de apparaatlijst op.
> Druk op de gewenste mobiele telefoon
in de lijst.
De verbinding met de geselecteerde
mobiele telefoon wordt tot stand
gebracht. Bij een succesvolle verbinding
verschijnt het telefoonmenu.
Opmerking:
Schakel vóór het zoeken Bluetooth® in
op de mobiele telefoon die u zoekt.
83
TELEFOONFUNCTIE* >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Verbinding met telefoon
verbreken
U kunt de verbinding met de momenteel
via Bluetooth verbonden mobiele telefoon
verbreken.
> Druk op de toets
Verbreken.
De verbinding met de momenteel
verbonden mobiele telefoon wordt
verbroken.
Telefoongesprekken
Onder het gedeelte Telefoongesprekken
vindt u een overzicht van de
bedieningsopties voor het tot stand
brengen van een gesprek, het aannemen
van een oproep en het beëindigen van een
gesprek.
Gesprek tot stand brengen
> Voer een telefoonnummer in of kies een
vermelding uit de nummerlijst of het
telefoonboek.
Het nummer wordt gekozen.
Zodra de oproep aan de andere kant van
de lijn wordt beantwoord, verandert het
scherm en bent u met uw gesprekspartner
verbonden.
Oproep aannemen
Bij een binnenkomende oproep hoort u
een beltoon. Bovendien verschijnt het
volgende display.
Indien beschikbaar verschijnen het
telefoonnummer en de naam van de
beller.
U hebt bij binnenkomende oproepen
meerdere bedieningsopties:
Keuze Betekenis
Aannemen Het gesprek wordt
aangenomen. Het
gespreksscherm
verschijnt.
Weigeren Het gesprek wordt
geweigerd. De beller
hoort de bezettoon. Het
laatste actieve display
verschijnt.
84
>>> TELEFOONFUNCTIE*
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Als u zoals onder 'Automatisch
aannemen' op pagina 87 beschreven het
automatisch aannemen van oproepen
inschakelt, verschijnt bij de toets
Aannemen bovendien de tijd tot aan het
aannemen van de oproep.
Gesprek beëindigen
U kunt een actief gesprek beëindigen.
> Druk in het gespreksscherm op de toets
Einde oproep.
Het gesprek wordt beëindigd. Het laatste
actieve display verschijnt.
Tijdens een gesprek
Tijdens een gesprek hebt u de
verschillende bedieningsopties.
In het bovenste gedeelte van het
gespreksscherm worden, voor zover
beschikbaar, de ontvangststerkte, de
laadtoestand en de naam van de mobiele
telefoon en de naam van de
netwerkexploitant weergegeven.
Daaronder worden de gesprekstijd en,
voor zover beschikbaar, het
telefoonnummer en/of de naam van de
gesprekspartner weergegeven.
Als de navigatie actief is, verschijnen de
pijlen van de navigatieaanwijzingen in het
gespreksscherm.
Negeren De beltoon wordt
uitgeschakeld. Het
laatste actieve display
verschijnt. Het gesprek
wordt beëindigd als de
beller ophangt.
Keuze Betekenis
Opmerking:
Het gesprek wordt ook beëindigd als de
gesprekspartner ophangt. Ook dan
verschijnt het laatste actieve display.
Opmerking:
Als u tijdens een gesprek nog een oproep
ontvangt, wordt dit niet met een signaal
weergegeven. Het nummer van de beller
verschijnt wel in de nummerlijst.
85
TELEFOONFUNCTIE* >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
> Druk op de toets
Opties om het
optiemenu van het gespreksscherm op
te roepen.
Volume
Door op de toets Volume te drukken,
kunt u de volume-instelling oproepen.
Zie 'Volume van de telefoon' op
pagina 87.
Microfoon uit/Microfoon aan
Voor een privégesprek in de auto kunt u
de microfoon van de Traffic Assist
uitschakelen. De gesprekspartner aan de
telefoon hoort dan niets.
Druk op de toets
Microfoon uit om de
microfoon uit te schakelen. Druk op de
toets
Microfoon aan om de microfoon
weer in te schakelen.
Privémodus/Handsfree
U kunt een gesprek weer op de mobiele
telefoon zelf voeren. De handsfree-
functie wordt dan beëindigd.
Na het beëindigen van het gesprek
wordt de verbinding met de mobiele
telefoon automatisch weer tot stand
gebracht.
Druk op de toets
Privémodus. De
handsfree-functie wordt beëindigd.
Druk op de toets
Handsfree om weer
via de Traffic Assist te telefoneren
voordat het gesprek wordt beëindigd.
DTMF-beltonen
U kunt tijdens een gesprek DTMF-
tonen verzenden (bijv. om het
antwoordapparaat af te luisteren).
Druk op de toets
DTMF-beltonen.
Voer in het weergegeven menu met de
gewenste toets de bijbehorende toon in.
Telefooninstellingen
In de telefooninstellingen bevinden zich
alle voor de telefoonfunctie relevante
instellingen.
> Druk in het hoofdmenu op
Instell..
> Druk op de toets
Telefooninstellingen.
Opmerking:
Alle instellingen moeten worden
bevestigd door op de toets OK te
drukken. Met de toets kunt u op elk
gewenst moment het huidige menu
verlaten zonder iets te hebben gewijzigd.
86
>>> TELEFOONFUNCTIE*
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
U komt in het menu voor de
telefooninstellingen.
Structuur
In het menu staan u verschillende pagina’s
met de functies ter beschikking:
U komt op de volgende c.q. vorige pagina
van de instellingen met de toetsen en
.
Bluetooth in-/uitschakelen
Met de toets Bluetooth kunt u Bluetooth
in- of uitschakelen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Bluetooth.
Naargelang de vorige instelling schakelt u
Bluetooth in of uit.
Linker pictogram: functie ingeschakeld
Rechter pictogram: functie
uitgeschakeld
Automatische verbinding
Met de toets Autoconnect kunt u in- of
uitschakelen of na het inschakelen van de
Traffic Assist automatisch wordt
geprobeerd verbinding te maken met een
mobiele telefoon.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Autoconnect.
Naargelang de vorige instelling schakelt u
de functie in of uit.
Linker pictogram: functie ingeschakeld
Rechter pictogram: functie
uitgeschakeld
Zichtbaarheid
Met de toets Zichtbaarheid kunt u in- of
uitschakelen of andere Bluetooth-
apparaten de Traffic Assist bij een
zoekopdracht wel of niet herkennen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Zichtbaarheid.
Naargelang de vorige instelling schakelt u
de functie in of uit.
Linker pictogram: functie ingeschakeld
Rechter pictogram: functie
uitgeschakeld
87
TELEFOONFUNCTIE* >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Automatisch aannemen
Met deze functie kunt u instellen of en na
hoeveel tijd een binnenkomende oproep
automatisch wordt aangenomen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Autom.aangen..
> Kies of binnenkomende gesprekken na
3, 5 of 10 seconden automatisch
moeten worden aangenomen.
Door het kiezen van de optie
Uit wordt de
functie uitgeschakeld.
De momenteel gekozen instelling is met
een vinkje ( ) gemarkeerd.
> Bevestig uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
Volume van de telefoon
U kunt met deze functie het
beltoonvolume en het gespreksvolume
instellen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Volume.
> Kies met de toetsen en het
gewenste volume.
> Druk op de toets om het geluid te
onderdrukken.
> Bevestig uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
Telefoonboek bijwerken
Met deze functie kunt u de opgeslagen
telefoonboekvermeldingen in de Traffic
Assist bijwerken en opnieuw overdragen.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Verversen.
Het laden van het telefoonboek kan
enkele minuten duren.
88
>>> TELEFOONFUNCTIE*
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
Bluetooth-naam
Met deze functie kunt u voor uw Traffic
Assist een naam opgeven. Deze
toegekende naam wordt door andere
Bluetooth-apparaten weergegeven.
> Druk in het instellingenmenu op de
toets
Bluetooth-naam.
> Voer de gewenste naam in.
> Bevestig de ingevoerde naam door op de
toets
OK te drukken.
89
TOETS EXTRA >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
toets Extra
Onder Extra vindt u de volgende functies:
MP3-speler
Picture Viewer
•Videoplayer
Via het hoofdmenu gaat u naar het menu
Extra.
> Druk in het hoofdmenu op
Extra’s.
Het menu Extra wordt weergegeven.
> Kies met een van de knoppen de ge-
wenste functie.
Mp3-speler
Met de mp3-speler kunt u de mp3-titels
op een aangebrachte micro-SD-geheugen-
kaart afspelen.
Druk op de toets
Muziek.
Als de weergave al loopt, verschijnt met-
een het weergavemenu.
Als de weergave niet actief is, verschijnt
het keuzemenu.
Titel kiezen
Titels kunnen via het keuzemenu worden
gekozen.
U kunt in het keuzemenu kiezen uit 6 op-
ties voor het kiezen van titels.
Artiesten
Na het kiezen van Artiesten worden de
titels op de geheugenkaart gesorteerd op
uitvoerend artiest ter keuze aangebo-
den.
Opmerking:
Om via de categorieën
Artiesten, Genres
en Albums titels te selecteren, moet bij
mp3-titels de ID3-tag verzorgd zijn.
Via de categorie
Afspeellijsten kunnen
alleen titels worden gekozen als er ook
playlists op het opslagmedium staan.
90
>>> TOETS EXTRA
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Genres
Na het kiezen van Genres worden de ti-
tels op de geheugenkaart gesorteerd op
genres (bijv. rock, pop) ter keuze aange-
boden.
Albums
Na het kiezen van Albums worden de
titels op de geheugenkaart gesorteerd op
albums ter keuze aangeboden.
Mappen
Na het kiezen van Mappen kunt u de ti-
tel van de geheugenkaart aan de hand
van de mappenstructuur op de geheu-
genkaart kiezen.
Nummers
Na het kiezen van Nummers worden
alle titels op de geheugenkaart op alfa-
betische volgorde in een lijst ter keuze
aangeboden.
Afspeellijsten
Na het kiezen van Afspeellijsten wor-
den de playlists op de geheugenkaart ge-
sorteerd op albums ter keuze aangebo-
den.
Als voorbeeld wordt hier het kiezen via
(
Mappen) beschreven. De andere keuze-
mogelijkheden hebben een soortgelijke
functionaliteit.
> Druk op de toets
Mappen.
De directory’s op de geheugenkaart wor-
den weergegeven.
Door het indrukken van toets
Alle
mappen afspelen
kunt u alle titels van het
huidige directoryniveau weergeven.
Met de pijltjestoets en rechts
op het scherm kunt u in het huidige direc-
toryniveau bladeren.
Door indrukken van de toets kunt
u in de directorystructuur altijd naar een
niveau hoger gaan.
> Kies de gewenste map of andere sub-
mappen.
> Kies de gewenste titel of druk op
Alle
nummers afspelen.
om alle titels in de
gekozen map weer te geven.
Op het display verschijnt het weergaveme-
nu.
91
TOETS EXTRA >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Het weergavemenu
In het weergavemenu kunt u de weergave
van de mp3-titels aansturen.
Verstreken speeltijd van een nummer
Titellijst opvragen
Gebruiksmodus Navigatie oproepen
Omschakelen tussen shuffle en titel-
herhaling
Weergave starten/pauzeren
Overzicht mappen openen
Instellen van het volume
Weergave/toets voor volgend num-
mer
Huidig nummer
Weergave/toets voor vorig nummer
Grafische weergave van speeltijd/snel
vooruit/achteruit spoelen
Titelsprong
Boven resp. onder de actuele muziektitel
wordt de vorige resp. volgende titel met
bijbehorende naam getoond.
> Druk op een muziektitel.
De muziektitel wordt in de titelregel gela-
den.
Als de afspeelknop niet ingedrukt is,
wordt de titel nog niet afgespeeld.
Als er op dat moment net muziek
klinkt, wordt deze afgebroken en klinkt
het begin van een nieuwe titel.
Afspelen
De muziekstukken vanaf de muziektitel in
de titelregel worden met de volgende toets
afgespeeld:
> Druk op de toets met het pictogram Af-
spelen.
De mp3-speler start de weergave. De
weergave van de toets schakelt over op het
pictogram Pauze.
Rechtsboven op het scherm ziet u de ver-
streken tijd. Bovendien verschijnt de ver-
streken tijd in de vorm van een balk. Door
te drukken op en het verschuiven van de
pijltjes aan het einde van de balk kunt u de
afspeelpositie van de huidige titel wijzi-
gen.
Weergave onderbreken
U kunt de weergave te allen tijde onder-
breken en weer voortzetten.
> Druk op de toets met het pictogram
Pauze.
Het weergeven wordt onderbroken. De
huidige titel blijft op de titelregel staan.
De weergave van de toets schakelt over op
het pictogram Afspelen. Bij nogmaals in-
drukken van de toets zet het systeem de
weergave voort.
1
5
7
3
2
10
9
8
4
6
11
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
Opmerking:
De weergegeven tijden kunnen al naar
gelang de toegepaste bitsnelheid (com-
pressie) van het mp3-stuk van de werke-
lijke tijd afwijken.
92
>>> TOETS EXTRA
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Titelherhaling/shuffle
U kunt een nummer steeds laten herhalen
of de nummers in een willekeurige volgor-
de laten afspelen.
> Druk steeds op de knop met het pijltje
totdat de gewenste functie is ingescha-
keld.
Het weergegeven pictogram verandert al
naar gelang de gewenste functie.
Pictogram functies zijn uitge-
schakeld
Pictogram shuffle ingeschakeld
Pictogram titelherhaling inge-
schakeld
Volume instellen
U kunt het volume van de mp3-weergave
instellen.
> Druk in het weergavemenu op .
> Druk op de toets of om het
volume te verhogen of te verlagen.
> Druk op toets om het geluid van
de muziek te onderdrukken.
> Druk opnieuw op de toets om de
geluidsonderdrukking op te heffen.
mp3-speler beëindigen
Door indrukken van de toets wordt de
mp3-speler beëindigd en verschijnt het
mediamenu.
!Let op!
Stel het geluidsvolume zo in dat u de om-
gevingsgeluiden goed kunt waarnemen.
Opmerking:
Let erop dat ondanks het verlaten van het
weergavemenu de muziekweergave nog
steeds doorgaat. Om de muziekweergave
te beëindigen drukt u op het pictogram
Pauze. (Siehe “Weergave onderbreken”
auf Seite 91.)
93
TOETS EXTRA >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Picture Viewer
Met de Picture Viewer kunt u de afbeel-
dingen op een aangebrachte micro-SD-
geheugenkaart bekijken.
De indelingen jpg en bmp worden onder-
steund.
Druk op de toets
Afbeeldingen.
U wordt gemeld dat de Picture Viewer on-
derweg niet mag worden gebruikt. Neem
deze melding in acht.
> Bevestig de melding door het indruk-
ken van de toets
OK.
Op het display verschijnt het menu Pictu-
re Viewer.
Het Picture Viewer-menu
In het Picture Viewer-menu kunt u af-
beeldingen selecteren, een diapresentatie
starten en de instellingen opvragen.
Map met afbeeldingen
Thumbnails van de afbeeldingen in
de huidige map
Vorige pagina met afbeeldingen/
mappen oproepen
Naar een niveau terug in de directo-
rystructuur gaan
Volgende pagina met afbeeldingen/
mappen oproepen
Opmerking:
U kunt de Picture Viewer niet tijdens de
navigatie opvragen.
2
3
1
2
2
2
2
54
1
2
3
4
5
94
>>> TOETS EXTRA
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Afbeelding selecteren
> Kies in het Picture Viewer-menu de ge-
wenste map en vervolgens de gewenste
afbeelding.
Met de toets en en kunt u de an-
dere pagina’s met afbeeldingen en map-
pen opvragen.
De geselecteerde afbeelding wordt samen
met een afbeeldingenmenu weergegeven.
Met de knoppen van het menu kunt u de
afbeelding roteren, vergroten of informa-
tie bekijken.
Druk op de knoppen rechts en links naast
de afbeelding om naar de volgende resp.
vorige afbeelding te gaan.
Druk midden op de afbeelding om het af-
beeldingenmenu te verbergen.
Druk op de rechts en links op het scherm
om naar de volgende resp. vorige afbeel-
ding te gaan.
Druk midden op de afbeelding om het af-
beeldingenmenu weer te geven.
Afbeelding vergroten
> Laat het afbeeldingenmenu verschijnen.
> Druk op de toets
Zoomen.
> Schuif de regelaar rechts op het scherm
op het gewenste vergrotingsniveau.
U kunt de afbeelding nu verschuiven.
Druk midden op de afbeelding om de ver-
groting ongedaan te maken.
Afbeelding draaien
> Laat het afbeeldingenmenu verschijnen.
> Druk steeds op de toets Draai totdat de
afbeelding in de gewenste stand staat.
Druk midden op de afbeelding om het af-
beeldingenmenu weer te verbergen.
95
TOETS EXTRA >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Afbeeldinginformatie weergeven
> Laat het afbeeldingenmenu verschijnen.
> Druk op de toets
EXIF.
Er verschijnt informatie over de huidige
afbeelding.
> Druk op de toets om de informatie
af te sluiten.
Diavoorstelling
Tijdens de diavoorstelling verschijnen af-
beeldingen van het huidige mapniveau au-
tomatisch achter elkaar.
> Druk in het Picture Viewer-menu op de
toets
Diashow.
De weergave schakelt over op volledig
scherm en het systeem start de voorstelling
op basis van de geconfigureerde instellin-
gen met de eerste afbeelding uit het huidi-
ge mappenniveau.
Als alle afbeeldingen zijn getoond, wordt
de voorstelling beëindigd.
U kunt de voorstelling voortijdig afbreken
door op de toets te drukken.
Instellingen
In de instellingen kunt u vastleggen met
welke snelheid de afbeeldingen moeten
verschijnen, of de nieuwe afbeeldingen
met speciale effecten moet verschijnen en
of de afbeeldingen met een hoge kwaliteit
moeten worden geladen.
> Druk in het Picture Viewer-menu op de
toets
Diashow-instellingen.
> Stel bij
Interval de gewenste weergave-
duur in.
> Kies bij
Effecten het gewenste verberge-
ffect van de afbeeldingen.
> Kies bij
Afb. in hoge res. laden
(langzamer)
of afbeeldingen wel of niet
met een hoge resolutie ( ) moeten
worden geladen ( ).
Bij het laden van de afbeeldingen met een
hoge resolutie verschijnen deze langzamer.
> Bevestig uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
96
>>> TOETS EXTRA
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Videoplayer
Met de videospeler kunt u de video’s op
een aangebrachte micro-SD-geheugen-
kaart bekijken.
De Traffic Assist ondersteunt het mpeg4
part2 videoformaat met de extensie .avi.
Druk op de toets
Films.
U wordt gemeld dat de videospeler onder-
weg niet mag worden gebruikt. Neem
deze melding in acht.
> Bevestig de melding door het indruk-
ken van de toets
OK.
Het keuzemenu wordt nu getoond.
In het keuzemenu verschijnen alle map-
pen van de geheugenkaart waarop video’s
staan.
> Kies in het keuzemenu de gewenste map
en vervolgens de gewenste video.
De geselecteerde video wordt op het volle-
dige scherm weergegeven.
Opmerking:
U kunt de videoplayer niet tijdens de na-
vigatie opvragen.
U mag de videoplayer onderweg niet ge-
bruiken.
97
TOETS EXTRA >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Videomenu weergeven
In het videomenu kunt u de weergave van
de video aansturen.
> Druk tijdens een video in de volledige-
schermmodus op het scherm.
Op het display verschijnt het videomenu
Verstreken speeltijd van een nummer
Huidige video
Volgende video in map oproepen
Vorige video in map oproepen
Weergave starten/pauzeren
Overzicht mappen openen
Instellen van het volume
Grafische weergave van speeltijd/snel
vooruit/achteruit spoelen
Na korte tijd zonder actieve handelingen
wordt het videomenu weer automatisch
afgesloten.
Afspelen
De weergegeven video wordt met de vol-
gende toets afgespeeld:
> Druk op de toets met het pictogram Af-
spelen.
De videoplayer start de weergave. De
weergave van de toets schakelt over op het
pictogram Pauze.
Rechtsboven op het scherm ziet u de ver-
streken tijd. Bovendien verschijnt de ver-
streken tijd in de vorm van een balk. Door
te drukken op en het verschuiven van de
pijltjes aan het einde van de balk kunt u de
afspeelpositie van de huidige video wijzi-
gen.
Weergave onderbreken
U kunt de weergave te allen tijde onder-
breken en weer voortzetten.
> Druk op de toets met het pictogram
Pauze.
Het weergeven wordt onderbroken. De
huidige titel blijft op de titelregel staan.
De weergave van de toets schakelt over op
het pictogram Afspelen. Bij nogmaals in-
drukken van de toets zet het systeem de
weergave voort.
1
5
7
3
2
4
6
8
1
2
3
4
5
6
7
8
98
>>> TOETS EXTRA
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Volume instellen
U kunt het volume van de mp3-weergave
instellen.
> Druk in het weergavemenu op .
> Druk op de toets of om het
volume te verhogen of te verlagen.
> Druk op toets om het geluid van
de muziek te onderdrukken.
> Druk opnieuw op de toets om de
geluidsonderdrukking op te heffen.
!Let op!
Stel het geluidsvolume zo in dat u de om-
gevingsgeluiden goed kunt waarnemen.
99
INSTELLINGEN >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Instellingen
Systeeminstellingen selec-
teren
U kunt verschillende elementaire instel-
lingen voor alle toepassingen van de Traf-
fic Assist configureren.
> Druk in het hoofdmenu op
Instell..
> Druk op de toets
Systeeminst..
Het menu van de systeeminstellingen
wordt opgeroepen.
Het menu Systeeminstellingen
Het menu Systeeminstellingen biedt de
keuze uit de verschillende instelopties.
Bediening
Keuzemogelijkheden
De gewenste keus volgt door indrukken
van de desbetreffende toets . De functie
van de toets en is - afhankelijk van de keu-
ze - verschillend en wordt onder 'De af-
zonderlijke menuopties' op pagina 100
beschreven.
U komt op de volgende cq. Vorige pagina
van de instellingen met de toets en en
.
Menu instellingen sluiten
Door te drukken op wordt het menu
Instellingen afgesloten.
100
>>> INSTELLINGEN
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
De afzonderlijke menuopties
Accu
Uw Traffic Assist kan met een externe
stroomvoorziening of met de ingebouwde
accu werken.
U kunt de energievoorziening en de toe-
stand ervan op een statusscherm bekijken.
Voedingsniveau weergeven
Met de volgende toets kunt u het status-
scherm opvragen:
> Druk op de toets
Batterij.
De het statusscherm verschijnt en u ziet
het voedingsniveau.
Het laadniveau verschijnt op basis van de
peilindicator. In dit voorbeeld is de accu
nog voor ca. twee derde geladen.
Het opladen wordt door een steker op het
statusscherm aangegeven.
Statusscherm afsluiten
Door indrukken van de toets
OK wordt
het statusscherm afgesloten en verschijnt
het menu Instellingen.
Dag-/nachtmodus
U kunt het scherm van de Traffic Assist
op de dagmodus, de nachtmodus of op
automatisch instellen.
Bij de instelling Automatisch wordt al
naar gelang het tijdstip, de huidige positie
en het seizoen automatisch tussen de dag-
en de nachtmodus overgeschakeld.
Met de volgende toets kunt u de instelling
opvragen:
> Druk op de toets
Dag / Nacht.
> Kies tussen
Automatisch, Dag en
Nacht.
De gewenste functie is geactiveerd en de
systeeminstellingen worden op het beeld-
scherm weergegeven.
Opmerking:
Bij het werken met accu is de actuele la-
dingstoestand belangrijk. Als er nog maar
weinig energie ter beschikking staat,
kan. B. de navigatie niet meer tot aan de
bestemming worden volgehouden.
101
INSTELLINGEN >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Kalibrering
Als het touchscreen niet goed op het aan-
tippen van velden reageert, moet u het sys-
teem kalibreren.
Kalibreren starten
Met de volgende toets kunt u het kalibre-
ren starten:
> Druk op de toets
IJken.
Het kalibreren wordt gestart. Aanwijzin-
gen op het scherm leiden u door de proce-
dure.
Helderheid
U kunt de helderheid van het display voor
de dag- en nachtweergave apart instellen.
Met de volgende toets kunt u de instelling
opvragen:
> Druk op de toets
Helderheid.
> Stel met de toetsen en de
gewenste helderheid voor de dag- en
nachtweergave in.
> Bevestig uw instellingen door op de
toets
OK te drukken.
Taal
De teksten op het touchscreen kunnen in
verschillende talen worden weergegeven.
Taalkeuze oproepen
Met de volgende toets kunt u tussen ver-
schillende talen kiezen:
> Druk op de toets
Taal.
Op het display verschijnt de taalkeuze.
De taalkeuze toont de beschikbare talen
als een lijst met meerdere pagina’s. Elk
lijstveld is als veld weergegeven. Op de af-
zonderlijke velden staan de taalcode en de
bijbehorende nationale vlag.
102
>>> INSTELLINGEN
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Bladeren
Met de toets en kunt u in de
desbetreffende pijlrichting in de lijstweer-
gave bladeren.
Taal selecteren
> Druk op het keuzeveld van de gewenste
taal.
> Bevestig uw keuze door de knop
OK in
te drukken.
Er verschijnt een melding dat de software
opnieuw wordt gestart en de vraag of u de
taal inderdaad wenst te wijzigen.
> Bevestig de boodschap met
Ja.
Taalkeuze afbreken
Door indrukken van de toets wordt de
taalkeuze afgebroken en verschijnt het
menu Instellingen.
Automatisch aan/uit
Traffic Assist kan automatisch in de slaap-
stand schakelen als het contact van de auto
wordt uitgeschakeld.
Voorwaarden hiervoor:
Traffic Assist is op de sigarettenaanste-
ker van de auto aangesloten (zie ook pa-
gina 17).
De sigarettenaansteker is na het uitscha-
kelen van het contact stroomloos.
De desbetreffende functie is op Traffic
Assist ingeschakeld.
Functie in- en uitschakelen
> Druk op de toets
Autom. aan/uit.
Naargelang de vorige instelling schakelt u
de functie in of uit. De huidige instelling
wordt weergegeven door het pictogram.
Linker pictogram: de functie is inge-
schakeld, Traffic Assist schakelt auto-
matisch uit.
Rechter pictogram: de functie is uitge-
schakeld, Traffic Assist schakelt niet au-
tomatisch uit.
Tonen
U kunt de signaaltonen van de Traffic As-
sist in- en uitschakelen. Daaronder valt
ook het aanklikken van de schermknop-
pen.
> Druk op
Toetsgeluiden.
Naargelang de vorige instelling schakelt u
de signaaltonen in of uit.
Linker pictogram: tonen ingeschakeld
Rechter pictogram: tonen uitgeschakeld
103
INSTELLINGEN >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Fabrieksinstellingen
U kunt de fabrieksinstellingen voor de
Traffic Assist herstellen.
Hierbij worden de volgende gewijzigde
gegevens gewist: opgeslagen bestemmin-
gen, opgeslagen routes, het huisadres, op
het interne geheugen opgeslagen afbeel-
dingen, video’s enz.
> Druk op de toets
Reset fabr.inst..
> Druk op de toets
Ja.
De fabrieksinstellingen van de Traffic As-
sist worden hersteld.
Informatie
Via de volgende knop kunt u informatie
over de Traffic Assist bekijken.
> Druk op de toets
Informatie.
Op het display verschijnt het informatie-
scherm.
Let met name op de productaanduiding
en de specificaties van de softwareversie.
Vermeld bij verzoeken aan de serviceafde-
ling van Harman/Becker steeds deze spe-
cificaties.
Via de toets
Kaartversie-informatie kunt
u informatie m.b.t. de geïnstalleerde
kaartgegevens bekijken.
104
>>> TERMINOLOGIE
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Terminologie
GMT
(Greenwich Mean Time)
Midden-Europese tijd
De tijd op de lengtegraad 0 (de lengte-
graad die over Greenwich, Groot-Brittan-
nië loopt). Deze tijd wordt wereldwijd als
standaardtijd voor de synchronisatie van
dataregistratie gebruikt.
Bluetooth*
Draadloze datacommunicatietechniek
voor afstanden tot ca. 10 meter.
GPS
(Global Positioning System)
GPS bepaalt m.b.v. van satellieten uw ac-
tuele geografische positie. Dit wordt ge-
daan d.m.v. 24 satellieten, die rond de aar-
de cirkelen en daarbij een signaal
uitzenden. De GPS-ontvanger ontvangt
deze signalen en berekent aan de hand van
de tijdsverschillen die de signalen nodig
hebben, de afstand tot de afzonderlijke sa-
tellieten en daarmee de actuele positie in
geografische lengte en breedte. Voor de
positiebepaling zijn de signalen van mini-
maal drie satellieten nodig, vanaf de vierde
satelliet kan tevens de hoogte waarop de
satellietontvanger zich bevindt worden
bepaald.
ID3-tag
"Inhoudsopgave" van een MP3-titel. Be-
vat informatie als titel, vertolker, album,
jaar en genre.
JPG/JPEG
(Joint Photographic Experts Group)
Bij JPEG gaat het om het meest gangbare
opslagformaat voor beeldcompressie
waarbij verliezen optreden. D.w.z. dat tij-
dens de compressie beelddetails verloren
gaan. Levert ondanks het comprimeren
een goede beeldkwaliteit, de compressie-
niveau's kunnen afzonderlijk worden in-
gesteld. Meest gangbare formaat voor het
weergeven en uitwisselen van foto's via in-
ternet.
MP3
Speciale compressietechniek voor
audiodata (bijv. muziek).
SD-kaart
(Secure Digital)
De SecureDigital-kaart is in 2001 door
SanDisk op basis van een oudere MMC-
standaard ontwikkeld. Een SD-kaart is
een herschrijfbare wisselgeheugenkaart.
Stylus
Een stylus is een invoerstift, die voor de
bediening van touchscreens, mobiele
telefoons of PDA's wordt gebruikt.
De stylus is meestal een kunststof stift met
een zachtere kunststof kern. Het omhulsel
is hard en ligt gemakkelijk in de hand, de
zachte kern mondt uit in een punt en is
bedoeld, om het scherm zo voorzichtig
mogelijk (dus zonder gevaar voor krassen)
aan te raken.
De stylus is nauwkeuriger dan de vingers,
omdat alleen de dunne punt het scherm
aanraakt. Bovendien wordt zodoende de
verontreiniging van het scherm door vin-
gerafdrukken voorkomen.
*Geldt alleen voor Traffic Assist Z203 met Bluetooth®
105
TERMINOLOGIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
TMC
(Traffic Message Channel)
Verkeersberichten die door sommige FM-
zenders via RDS worden ovegebracht. Ba-
sis voor de dynamische navigatie.
USB
(Universal Serial Bus)
De Universal Serial Bus (USB) is een bus-
systeem om een computer aan te sluiten
op externe USB-randapparatuur, voor het
uitwisselen van data.
106
>>> TREFWORDEN
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Numerics
3D-gebouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71
A
Aankomsttijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61
Adres invoeren
. . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Automatisch aannemen
. . . . . . . . . . 87
Automatisch verbinden
. . . . . . . . . . 86
Automatische verbinding
. . . . . . . . . 81
B
Beperkingen
Snelwegen
. . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Tolwegen
. . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Veerboten
. . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Bestemming invoeren
. . . . . . . . . . . . 33
Bestemming kiezen
Adres invoeren
. . . . . . . . . . . . . 35
Bestemming vanuit kaart
. . . . . . . . . 42
Bestemmingen
beveiligde
. . . . . . . . . . . . . . 32, 81
invoeren
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
opslaan
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Standaard-
. . . . . . . . . . . . . . . . . 32
standaard-
. . . . . . . . . . . . . . . . . 81
Bestemmingsgeheugen
doorbladeren
. . . . . . . . . . . . . . . 32
wijzigen
. . . . . . . . . . . . . . . . 32, 79
Bijzondere bestemmingen
bellen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
bij een adres
. . . . . . . . . . . . . . . 41
in de omgeving
. . . . . . . . . . . . . 40
in de omgeving van de
bestemming
. . . . . . . . . . . . . . . . 41
op de route
. . . . . . . . . . . . . . . . 72
rechtstreeks invoeren
. . . . . . . . . 41
Blokkering
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73
Bluetooth
. . . . . . . . . . . . . . . . . 80, 104
in-/uitschakelen
. . . . . . . . . . . . . 86
C
Content Manager . . . . . . . . . . . . . . . 27
Installeren
. . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Starten
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Coördinaten invoeren
. . . . . . . . . . . . 43
D
Diavoorstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
DTMF-tonen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 85
Dwarsstraat
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
E
Eenvoudige route . . . . . . . . . . . . . . . 49
F
Fabrieksinstellingen . . . . . . . . . . . . . 56
foto
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
G
Gebouwen in 3D . . . . . . . . . . . . . . . 71
Geheugenkaart
. . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Geografische coördinaten
. . . . . . . . . 43
Gesprek
aannemen
. . . . . . . . . . . . . . . . . 83
beëindigen
. . . . . . . . . . . . . . 83, 84
negeren
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 83
weigeren
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 83
Gesprekslijst
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
GMT
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104
GPS
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104
GPS-ontvangst
. . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Trefworden
107
TREFWORDEN >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
H
HDOP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .104
Hoofdmenu
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Huidig nummer herhalen
. . . . . . . . . 92
Huidige positie
. . . . . . . . . . . . . . . . . 71
Huisadres
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Huisnummer
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
I
ID3-tag . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89, 104
Instellingen
Navigatie
. . . . . . . . . . . . . . . . . .47
Systeem
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .99
telefoon
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .85
J
JPG/JPEG . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .104
K
Kaart
vergroten
. . . . . . . . . . . . . . .42, 64
verkleinen
. . . . . . . . . . . . . . .42, 64
weergeven
. . . . . . . . . . . . . . . . . .60
Kaarthoek
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .70
Kaartscherm
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .52
Kaartweergave
. . . . . . . . . . . . . . . . . .60
Kiezen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .76
Korte route
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49
L
Laatste aankondiging . . . . . . . . . . . . .64
Land kiezen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
Landspecifieke informatie
. . . . . . . . .48
Lijsten
Lijst met steden
. . . . . . . . . . . . .36
Overzicht bestemmingen
. . . . . .31
Stratenlijst
. . . . . . . . . . . . . . . . .37
telefoonnummers
. . . . . . . . . . . .78
M
Maateenheden . . . . . . . . . . . . . . . . . .55
Menu Bestemming invoeren:
. . . . . . .33
Structuur
. . . . . . . . . . . . . . . . . .34
Microfoon aan/uit
. . . . . . . . . . . . . . . 85
MP3
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89, 104
Mp3-speler
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89
afspelen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .91
beëindigen
. . . . . . . . . . . . . . . . .92
Titelsprong
. . . . . . . . . . . . . . . . .91
Weergave onderbreken
. . . . . . . .91
N
Navigatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
afbreken
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .66
starten
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Nieuwe bestemming
. . . . . . . . . . . . .33
Nummer kiezen
. . . . . . . . . . . . . . . . .76
Nummerlijst
bewerken
. . . . . . . . . . . . . . . . . .79
doorbladeren
. . . . . . . . . . . . . . .79
Nummer kiezen
. . . . . . . . . . . . .79
Nummerlijsten
. . . . . . . . . . . . . . . . .78
O
Optimale route . . . . . . . . . . . . . . . . .49
Oriëntatie van de kaart
. . . . . . . . . . .71
Overzicht bestemmingen
. . . . . . . . . .31
P
Picture Viewer . . . . . . . . . . . . . . . . . .93
Pijlweergave
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .63
Plaats selecteren
. . . . . . . . . . . . . . . . .36
Positie weergeven
. . . . . . . . . . . . . . . .43
108
>>> TREFWORDEN
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
R
Reglementair gebruik . . . . . . . . . . . . . 5
Reistijd
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61
Route plannen
. . . . . . . . . . . . . . 34, 44
Route weergeven
. . . . . . . . . . . . 38, 67
Routebeschrijving
. . . . . . . . . . . . . . . 67
Routeopties
. . . . . . . . . . . . . . . . 48, 74
Routetypes
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
S
Satellieten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
SD-kaart
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Snelheidsbeperking
. . . . . . . . . . . . . . 53
Snelheidslimiet
. . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Snelkoppeling
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Pictogrammen
. . . . . . . . . . . . . . 32
pictogrammen
. . . . . . . . . . . . . . 79
Snelle route
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Snelwegen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Spreker
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Stad invoeren
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Straat selecteren
. . . . . . . . . . . . . . . . 37
Straatnamen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Straten melden
. . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Stylus
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104
Systeeminstellingen
. . . . . . . . . . . . . 99
T
Telefoon verbinden . . . . . . . . . . . . . 80
Telefoon zoeken
. . . . . . . . . . . . . . . . 82
Telefoonboek
. . . . . . . . . . . . . . . 76, 77
bijwerken
. . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Telefoonfunctie
. . . . . . . . . . . . . . . . 75
Telefoonmenu
. . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Tijdformaat
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Tijdzone
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Titelherhaling
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
TMC
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51, 56
Berekening van een
nieuwe route
. . . . . . . . . . . . . . . 59
op de route
. . . . . . . . . . . . . . . . 73
Weergave op de kaart
. . . . . . . . 57
Tolwegen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Traffic Assist inschakelen
. . . . . . . . . 21
Traject blokkeren
. . . . . . . . . . . . . . . 73
Tussenstop
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66
verwijderen
. . . . . . . . . . . . . . . . 66
U
USB . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105
V
Veerboten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Veiligheidsvoorschriften
. . . . . . . . 5, 30
Verkeersinformatie
. . . . . . . . . . . . . . 48
Videoplayer
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96
afspelen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Weergave onderbreken
. . . . . . . 97
Volume instellen
. . . . . .64, 87, 92, 98
W
Waarschuwingen
Snelheidslimiet
. . . . . . . . . . . . . 53
Weergave
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 91, 97
Willekeurig afspelen
. . . . . . . . . . . . . 92
Z
Zichtbaarheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . 86
Zomertijd
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56
Zoompercentages
. . . . . . . . . . . . . . . 70
109
TECHNISCHE SPECIFICATIES >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Technische specificaties
Afmetingen:
Gewicht:
Processor:
Beeldscherm:
4,3 inch
touchscreen met 24 bit kleuren
16,7 Mio Kleuren
Reflectie-arm
Geheugen:
4 GB Flash-geheugen
128 MB SD-RAM
Micro SD-kaartlezer:
Ondersteuning tot 4 GB
FAT 32 formatteerd
USB-interface:
USB Client 2.0
MINI USB
Hoofdtelefoonuitgang:
3,5 mm stereobus
1 Interne luidsprekers:
2 watt max.
Voedingsspanning:
LPS (Limited Power Source)
5 volt / 1 ampère via USB-poort
AC-adapter (niet meegeleverd):
110 - 240 volt
0,2 ampère
50 - 60 Hz
Uitgangsspanning 5 volt
(b x h x d) in mm 125 x 82,5 x 18,7
197 gram
400 MHz-processor CISC-architectuur
110
>>> NORMEN EN RICHTLIJNEN
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
NORMEN EN RICHTLIJNEN
Geachte klant,
Dit apparaat mag volgens de geldende EG-richtlijn door iedereen worden gebruikt. Dit toe-
stel voldoet aan de op dit moment geldende Europese en geharmoniseerde nationale richtlij-
nen. Het kenmerk biedt u de garantie, dat aan de voor het apparaat geldende specificaties
m.b.t. elektromagnetische compatibiliteit is voldaan. Dat betekent, dat storingen bij andere
elektrische/elektronische apparaten door uw radio, alsmede storende invloeden op uw radio
door andere elektrische/elektronische apparaten zo veel mogelijk worden voorkomen.
De door Luxemburg verleende EG-typegoedkeuring (E13) conform de Europese
EMC-richtlijn inzake motorvoertuigen, zoals laatstelijk gewijzigd in ECE-R10, staat
inbouw en gebruik in voertuigen (categorie L, M, N en O) toe.
EG-conformiteitsverklaring
Harman/Becker Automotive Systems GmbH verklaart dat Traffic Assist voldoet aan de fun-
damentele vereisten van de toepasselijke EG-richtlijnen en in het bijzonder aan de fundamen-
tele vereisten en de andere relevante voorschriften van de R&TTE-richtlijn 1999/5/EG.
Een uitgebreide EG-conformiteitsverklaring vindt u op de website
http://www.mybecker.com bij het betreffende product onder 'Downloads'.
Z203/Z202
Z905
111
NORMEN EN RICHTLIJNEN >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Afvoer van het apparaat
Informatie voor de klant m.b.t. de afvoer van elektrische en elektronische apparatuur
(privéhuishoudens)
Overeenkomstig de zelf voorgeschreven bedrijfsprincipes van Harman/Becker Automotive
Systems GmbH werd dit product uit hoogwaardige en recyclebare materialen en componen-
ten ontwikkeld en vervaardigd.
Dit symbool op het product en/of de begeleidende documenten betekent, dat elektrische en
elektronische producten aan het eind van hun levensduur gescheiden van het huisvuil moeten
worden afgevoerd. Lever deze producten voor verdere verwerking of recycling kosteloos in bij
de gemeentelijke inzamelpunten of milieuparken.
Door een juiste afvoer van het product wordt het milieu ontzien en worden mogelijk schade-
lijke gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu verhinderd.
Voor meer informatie over het dichtstbijzijnde inzamelpunt kunt u contact opnemen met het
gemeentehuis in uw woonplaats.
Voor zakelijke klanten binnen de Europese Unie
Neem contact op met de dealer of leverancier als u deze elektrische/elektronische apparatuur
wilt afvoeren.
Informatie over de afvoer in landen buiten de Europese Unie
Dit symbool geldt alleen binnen de Europese Unie.
112
>>> NORMEN EN RICHTLIJNEN
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Afvoer van de accu
Informatieplicht conform het Besluit verwijdering batterijen
Batterijen en accu's horen niet in de vuilnisbak. De consument is wettelijk verplicht afgedankte batterijen en accu's in te leveren. U
kunt deze op alle plaatsen waar batterijen worden verkocht en bij de verzamelpunten van uw gemeente inleveren. Hiermee levert u
een concrete bijdrage aan de bescherming van het milieu.De leveranciers en fabrikanten zijn wettelijk verplicht deze batterijen en accu's
kosteloos in te nemen en volgens de voorschriften te recyclen of als chemisch afval af te voeren. Uw batterijen en accu's kunt u bij ons
inleveren door deze voldoende gefrankeerd naar het volgende adres te sturen:
Fa.
Harman/Becker Automotive Systems GmbH
- Batterieverwertung -
Becker-Göring-Str. 16
D- 76307 Karlsbad- Ittersbach
Op de ingebouwde lithium-ion-accu van de Traffic Assist staat het hiernaast afgebeelde sym-
bool van een afvalcontainer met een kruis erdoor en het soort accu.
Accu uitbouwen
Voordat u uw afgedankte apparaat weggooit, moet de accu uit het apparaat worden verwijderd.
Opmerking:
Bij de hier beschreven instructies voor het uitbouwen van de accu kan uw apparaat onherstelbaar beschadigd raken.
Bouw de accu alleen uit als u het apparaat daarna wilt weggooien.
Li-ion
113
NORMEN EN RICHTLIJNEN >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
> Zorg ervoor dat de accu helemaal ontladen is (apparaat zonder externe voeding ingeschakeld laten tot het vanzelf uitschakelt).
> Draai de 4 schroeven met een kleine kruiskopschroevendraaier uit de behuizing.
> Wip met een sleufschroevendraaier (bij de sleuven aan de zijkanten van de behuizing ) de achterkant van de behuizing eraf.
> Wip met een sleufschroevendraaier de op de printplaat gelijmde accu eraf.
> Trek de stekker van de aansluitkabel van de accu eruit.
Opmerking:
Sluit het door u geopende apparaat niet opnieuw op de voeding aan.
2
3
1
1
2
3
3


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Becker traffic assist z 203 at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Becker traffic assist z 203 in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 4,56 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info