32
Doorschakelen – op kantoor
Op een klein kantoor met meerdere
BeoCom 3-telefoons kunt u uiteraard ook
de instelling gebruiken zoals in het
voorbeeld voor thuisgebruik.
De twee lijnen van de telefoon kunnen
worden toegewezen aan verschillende
medewerkers of zo worden ingesteld dat
kan worden gehoord voor wie een oproep
bestemd is. Ook kunt u aangenomen
gesprekken doorverbinden naar andere
telefoons.
Doorschakelen maakt tevens onderstaande
functies mogelijk, waarmee u degene die
belt een betere service kunt bieden. In het
menu Doorschakelen kunt u doorschakelen
instellen om…
– een oproep automatisch door te schakelen
naar een opgegeven nummer, bijvoorbeeld
als u in vergadering bent of als een manager
of medewerkers niet op kantoor aanwezig
zijn
of
– een gesprek handmatig door te schakelen,
zodat - als een oproep binnenkomt - u kunt
bepalen of u deze wilt aannemen of
doorverbinden naar een vooraf ingesteld
nummer.
Zie pagina 23 voor meer informatie over het
instellen van Doorschakelen.
Een oproep handmatig doorschakelen naar
een andere BeoCom 3-telefoon
Als u hebt gekozen om oproepen
automatisch door te schakelen, hoeft u
niets te doen als er een oproep
binnenkomt. Als u echter gekozen hebt
om gesprekken handmatig door te
schakelen, dient u onderstaande procedure
te volgen.
Op de display staat: ’Binnenkomende
oproep’ en ’Oproep doorschakelen?’
Voordat u op OK drukt om de oproep door te
schakelen, kunt u op Extra drukken om te zien
naar welk nummer u het handmatige
doorschakelen hebt ingesteld.
Oproepen doorverbinden
U kunt oproepen doorverbinden van de
ene BeoCom 3 naar een andere Beocom 3
of naar een andere ISDN-telefoon op
dezelfde aansluiting.
Oproepen doorverbinden…
> Druk op Park om de oproep door te
verbinden en plaats de hoorn in de houder.
> Op de tweede BeoCom 3-telefoon: neem de
hoorn op om de doorverbonden oproep aan
te nemen.
> Plaats de hoorn in de houder om op te
hangen.
Zie pagina 22 voor meer informatie over
doorverbinden.