De ventilatorsnelheid zal afnemen naar 1200 omwentelingen
per minuut, wat wordt aangeduid doordat ‘12’ op het LCD-
display gaat knipperen.
Controleer de CO
²
-waarde, die 9,0% ± 0,2% moet zijn.
Als aanpassing van het CO
²
-percentage nodig blijkt, draai
dan de potentiometer linksom tegen de klok in op zoge-
noemd "3 uur", zodat de ketel op laaglast (minimum) gaat
branden. het volgende: de afstelling van de CO
²
bij de mini-
mum-snelheid is zeer grof, dus stel de CO
²
voorzichtig af
met de offsetafstelling op 9,0% (zie figuur 25).
Draai de servicepotentiometer volledig in de richting van de
klok en controleer nogmaals de verbranding bij maximum-
snelheid, welke 9,0% ± 0,2% moet zijn.
Draai de servicepotentiometer na het controleren van de ver-
branding volledig tegen de richting van de klok in, zodat het
display de watertemperatuur aanduidt.
Plaats de dop weer op het testpunt en breng het achter-
paneel van het bedieningspaneel weer aan.
12.7 Filter in de koudwatertoevoer
Als de doorstroomhoeveelheid van het water door het appa-
raat is afgenomen, kan het nodig zijn het filter in de water-
toevoer schoon te maken of te vervangen.
Schakel de netvoeding naar de ketel uit.
Zie paragraaf 12.10 en laat het warmwatercircuit leeglopen.
Schuif de borgbeugel die het filter in de behuizing aan de
linkerkant van de pomp vasthoudt naar buiten en verwijder
het filter om het schoon te maken of indien nodig te vervan-
gen (zie figuur 27).
Plaats het filter weer in de behuizing en plaats de borg-
beugel terug.
Open de inlaatcombinatie van de koudwaterleiding en test
de aansluitingen van het warmwatercircuit.
Controleer op lekkages.
Vul en ontlucht het verwarmingscircuit en breng het op druk.
Zie paragraaf 11.2.
Controleer op lekkages.
12.9 Leeg laten lopen van het verwarmingscircuit van
de ketel
Bevestig een stuk slang aan het afvoerpunt en open de aftap-
klep (zie figuur 29).
Na het onderhoud of vervangen van onderdelen, sluit u de
aftapklep en verwijdert u de slang. Vul en ontlucht het ver-
warmingscircuit en breng het op druk.
Zie paragraaf 11.2.
Controleer het systeem op lekkages.
17
12.8 Centrale verwarmingsfilter
Schakel de netvoeding naar de ketel uit.
Zie paragraaf 12.9 en laat het verwarmingscircuit van de
ketel leeglopen.
Verwijder de klembeugel van het filter en trek het uit de be-
huizing. Reinig of vervang het filter indien nodig (zie figuur 28).
Breng het filter weer in de juiste richting aan. Plaats de hori-
zontale boring in het filter zoals getoond in figuur 28.
Zet het vast met de klembeugel.
12.10 Leeg laten lopen van het warmwatercircuit van
de ketel
Sluit de inlaatcombinatie op de koudwaterleiding en open
een of meerdere warmwaterkranen om het warmwatercircuit
leeg te laten lopen.
Na het onderhoud of vervangen van onderdelen opent u de
inlaatcombinatiekraan van de koudwaterleiding en opent u
langzaam een warmwaterkraan om het systeem te ontluch-
ten. Sluit de warmwaterkraan en controleer of er lekkages
zijn.