10
b) Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5.
1. Schakel de afwasmachine uit en druk op de aan/uit toets.
Het controlelampje einde programma knippert
(programmeerstand). In geval zout of glansmiddel moet
worden bijgevuld, gaat het corresponderende
controlelampje branden.
Wanneer een van de programmalampjes brandt, dan
betekent dit dat een afwasprogramma is ingesteld. De
instelling moet worden geannuleerd: druk gedurende ca. 3
seconden op de toets programmakeuze/annuleren; het
controlelampje van het ingestelde programma gaat uit en
het controlelampje einde programma knippert, wat
aangeeft dat het ingestelde programma is geannuleerd en
dat de machine nu in de programmeerstand staat.
2. Houd de toets programmakeuze/annuleren ingedrukt
totdat het programmacontrolelampje 1 gaat knipperen en het
programmacontrolelampje 2 aangaat en blijft branden.
Wacht totdat het programmacontrolelampje 2 uitgaat, het
programmacontrolelampje 1 gaat knipperen samen met
het controlelampje einde programma.
Dit geeft aan dat u de elektronische functie voor het
instellen van de waterverzachter hebt geactiveerd.
De huidige stand wordt aangegeven door het aantal
knippersignalen van het controlelampje einde programma
gevolgd door een pauze van enkele seconden.
Voorbeeld:
5 knippersignalen pauze 5 knippersignalen pauze enz...
= stand 5
3. Om de stand te veranderen, op de toets
programmakeuze/annuleren drukken.
Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, verandert de
stand. (Voor de kiezen van het nieuwe stand, zie tabel).
Voorbeelden:
Wanneer de huidige stand 5 is, wordt door eenmaal op
de toets programmakeuze/annuleren te drukken stand 6
gekozen.
Wanneer de huidige stand 10 is, wordt door op de toets
programmakeuze/annuleren te drukken stand 1 gekozen.
Het controlelampje einde programma blijft enkele
seconden uit en begint dan te knipperen, wat aangeeft dat
de keuze is ingesteld.
4. Om de instelling in het geheugen op te slaan de machine
uitschakelen door de aan/uittoets in te drukken of wacht
ca. 60 seconden tot de machine automatisch terugkeert
naar de programmeerstand.
Zoutreservoir vullen
Gebruik alleen speciaal zout voor afwasmachines.
Alle andere soorten zout, vooral tafelzout, beschadigen de
waterontharder.
Zout dat tijdens het vullen van het reservoir wordt
gemorst kan corrosie bevorderen. Vul daarom alleen kort
voor het begin van een afwasprogramma zout bij.
Vullen:
1. Draai de dop van het zoutreservoir 90° tegen de wijzers
van de klok in en verwijder de dop.
2. Giet 1 liter water in het zoutreservoir (dat is alleen voor
het eerste gebruik nodig).
3. Vul m.b.v. de trechter het
zoutreservoir.
4. Draai de dop goed vast
en verzeker u ervan dat
er geen zout op de
schroefdraad en
afdichting is gemorst.
De dop is goed dicht
gedraaid wanneer u
een klikgeluid hoort.
Na de eerste vulling hoeft u alleen maar regelmatig zout bij te
vullen.
Om u eraan te herinneren dat u moet bijvullen, brandt het
controlelampje.
Het zout-lampje op het bedieningspaneel blijft, als de
afwasmachine ingeschakeld is, nog 2 à 6 uur branden,
nadat het zout is bijgevuld. Bij gebruik van langzaam
smeltend zout kan het nog langer duren. Dit heeft echter
geen negatieve invloed op de werking van het apparaat.
Het is normaal dat tijdens het zout vullen het water overloopt.