790824
14
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/40
Next page
8A.51.60.00/10.06 Wijzigingen voorbehouden.
Installatievoorschrift
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
2
Centrale Verwarming aan / uit
Warm Water aan / uit
Pomp-programma aan / uit Reset-toets Ontgrendelen van het
toestel bij een storing
Step-toets bladeren in een hoofdstuk
display
Verklaring van symbolen en tekens van het display
1
2
Geen warmtevraag
Ventilatiefase
Ontstekingsfase
Brander actief op CV
Brander actief op WW
Controle ventilator
Brander uit bij vragende kamerthermostaat
Nadraaifase pomp op CV
Nadraaifase pomp op WW
Brander uit door te hoge aanvoerwatertemperatuur
Automatisch ontluchtingsprogramma
3
4
5
6
7
8
9
A
Waterdruk is te laag (<1,0 bar).
Knipperende FILL wordt afgewisseld met
aanduiding van waterdruk. Toestel-
vermogen tot 50% mogelijk. De installa-
tie moet bijgevuld worden.
Bedrijfsindicatie
(op de eerste positie van het display bij technische weergave)
Waterdruk is te hoog (> 3,5 bar).
HIGH aanduiding blijft continu zichtbaar.
Het toestel wordt uit bedrijf genomen. De
installatiedruk moet verlaagd worden door
water af te tappen.
Waterdruk is te laag (< 0,7 bar).
FILL aanduiding blijft continu zichtbaar.
Het toestel wordt uit bedrijf genomen. De
installatie moet bijgevuld worden.
0
Van Good-weergave naar Technische weergave (en omgekeerd):
- Druk 5 sec. op de STEP-toets.
Mode-toets selecteren van
hoofdstukken
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
3
Inhoud
1 Inleiding........................................................................................................................................ 4
2 Regelgeving ................................................................................................................................. 4
3 Leveringsomvang ......................................................................................................................... 5
4 Ketelbeschrijving .......................................................................................................................... 6
5 Ophangen van de ketel ................................................................................................................ 7
5.1 Maatgegevens .................................................................................................................. 8
6 Aansluiten van de ketel ................................................................................................................ 9
6.1 CV-systeem ...................................................................................................................... 9
6.2 Expansievat .................................................................................................................... 11
6.2.1 Expansievatmodule ......................................................................................................... 11
6.3 Verwarmingssystemen met kunststof leidingen .............................................................. 12
6.4 Gasleiding ....................................................................................................................... 12
6.5 Warmwatervoorziening (Combi) ...................................................................................... 13
6.6 Condensafvoerleiding ..................................................................................................... 13
6.7 Rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem ........................................................................ 14
6.7.1 Dimensionering afvoerkanaal / toevoerkanaal ................................................................ 16
7 Externe boiler ............................................................................................................................. 17
7.1 ATAG Comfort boiler ....................................................................................................... 17
7.2 ATAG ZonLichtBoiler ...................................................................................................... 17
8 Elektrische aansluiting ............................................................................................................... 18
9 Ketelregeling .............................................................................................................................. 20
9.1 Verklaring van de functietoetsen ..................................................................................... 21
10 Vullen en ontluchten van ketel en installatie............................................................................... 22
10.1 Warmwatervoorziening ................................................................................................... 22
11 In werking stellen van de ketel ................................................................................................... 23
11.1 CV-systeem .................................................................................................................... 23
11.2 Warmwatervoorziening ................................................................................................... 23
11.3 Instellingen ...................................................................................................................... 24
11.4 Fabrieksinstelling activeren (groene toetsfunctie) .......................................................... 26
12 Buiten bedrijf stellen .................................................................................................................. 27
13 Onderhoud ................................................................................................................................. 27
13.1 Controle op vervuiling ..................................................................................................... 27
13.2 Controle CO2 .................................................................................................................. 28
13.3 Onderhoudswerkzaamheden .......................................................................................... 29
13.4 Onderhoudsfrequentie .................................................................................................... 30
13.5 Garantie .......................................................................................................................... 30
14 Technische specificaties ............................................................................................................ 31
15 Onderdelen van de ketel ............................................................................................................ 32
16 Installatievoorbeelden ................................................................................................................ 33
16.1 Radiatorinstallatie zonder thermostaatkranen ................................................................. 33
16.2 Radiatorinstallatie en een vloerverwarmingsgroep.......................................................... 34
17 Storingsindicatie ......................................................................................................................... 35
18 Conformiteitsverklaring .............................................................................................................. 36
Werkzaamheden aan het toestel mogen alleen door gekwalificeerd personeel
met gekalibreerde apparatuur plaatsvinden.
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
4
1 Inleiding
Dit installatievoorschrift beschrijft de werking, installatie, bediening en het primaire
onderhoud van de ATAG E CV-ketels.
Dit installatievoorschrift is bedoeld voor erkende installateurs die de ATAG ketels
installeren en in gebruik stellen.
Lees ruim voor aanvang van installatie van de ketel dit installatievoorschrift goed door.
Voor gebruikers van de ATAG E is een aparte gebruikshandleiding bij de ketel
geleverd.
ATAG Verwarming is niet aansprakelijk voor gevolgen die voortvloeien uit ingeslopen
fouten of onvolkomenheden in het installatievoorschrift en de gebruikshandleiding.
Tevens behoudt ATAG Verwarming zich het recht voor om haar producten te wijzigen
zonder voorafgaande mededeling.
Geef de klant bij oplevering van de installatie duidelijke instructies over het
gebruik van de ketel en overhandig daarbij de gebruikshandleiding en
garantiekaart aan de klant.
Elke ketel is voorzien van een typeplaat. Verifieer aan de hand van de gegevens op
deze typeplaat of de ketel voldoet aan de situatie waarin het geplaatst moet worden,
zoals gassoort, netvoeding en afvoerklasse.
Eventuele relevante installatievoorschriften en/of gebruikshandleidingen:
- ATAG ComfortBoiler Boilerprogramma
- ATAG Monopass Rookgasafvoersysteem individueel
- ATAG BrainQ Digitale klokthermostaat
- ATAG MadQ Cascade-/Menggroepregelaar
- ATAG ZonLichtSysteem ZonLichtboiler en collector
2 Regelgeving
Voor installatie van de ATAG E gelden de volgende regels:
- Wetgeving: Bouwbesluit
Het bouwbesluit bevat prestatie-eisen over opstelling, afvoer en uitmonding.
- NEN 2757; bepalingsmethode voor afvoer
- NEN 1087; bepalingsmethode voor ventilatie en prestatie-eisen voor leidingwerk
- NPR 3378 of NTR
- NEN 3028; veiligheidsvoorschriften
- AVWI - NEN 1006;
- Plaatselijk geldende voorschriften.
De ketel moet aangesloten worden volgens dit installatievoorschrift en alle installatie-
technische normen en voorschriften die betrekking hebben op de aan te sluiten
installatie.
Houd rekening met de volgende veiligheidsvoorschriften:
- alle werkzaamheden aan de ketel dienen in een droge omgeving plaats te vinden.
- laat de ATAG ketel niet functioneren zonder mantel, tenzij er controle- en afstel-
werkzaamheden moeten plaatsvinden (zie hoofdstuk 13).
- laat nooit elektrische en elektronische componenten in contact komen met water.
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
5
Voer de volgende handelingen uit bij (onderhouds-) werkzaamheden aan een reeds
aangesloten ketel:
- schakel alle functies uit
- sluit de gaskraan
- trek de stekker uit de wandcontactdoos
- sluit de stopkraan van de inlaatcombinatie in de ketel.
Indien er controle- en afstelwerkzaamheden uitgevoerd moeten worden let dan op het
volgende;
- de ketel moet tijdens deze werkzaamheden kunnen functioneren, dus moeten zowel
de voedingsspanning, de gasdruk alsook de waterdruk op de ketel blijven staan. Zorg
ervoor dat deze tijdens de werkzaamheden geen gevaar kunnen opleveren.
Controleer na (onderhouds-)werkzaamheden aan de ketel altijd alle gas-
voerende delen op dichtheid (d.m.v. lekzoekspray).
Plaats na (onderhouds-)werkzaamheden altijd de mantel terug en borg de
mantel met de schroef.
De volgende (veiligheids-) symbolen kunnen in dit installatievoorschrift, op de verpak-
king en op de ketel voorkomen:
Dit symbool geeft aan dat de ketel vorstvrij opgeslagen moet worden.
Dit symbool geeft aan dat de verpakking en/of inhoud beschadigd kan raken
door onzorgvuldig transport.
Dit symbool geeft aan dat de verpakte ketel beschermd moet worden tegen
weersinvloeden tijdens transport en opslag.
SLEUTEL-symbool. Dit symbool geeft aan dat hier een (de-)montage uitge-
voerd moet worden.
LET OP-symbool. Dit symbool geeft aan dat extra aandacht gevraagd wordt
bij een bepaalde handeling.
Tip, beschrijving van een handigheid.
3 Leveringsomvang
De ketel wordt gebruiksklaar geleverd. Het leveringspakket is als volgt samengesteld:
Ketel met mantel;
Automatische ontluchter (in ketel);
Overstortventiel (in ketel);
Inlaatcombinatie (in Combi-ketel);
Doseerventiel (in Combi-ketel);
Vul- en aftapkraan met T-stuk;
Ophangbeugel;
Bevestigingsmateriaal bestaande uit pluggen en schroeven;
Aftekenmal;
Installatievoorschrift;
Gebruikshandleiding;
Garantiekaart.
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
6
4 Ketelbeschrijving
De ATAG E is een gesloten, condenserend en modulerende CV-ketel al of niet voorzien
van een geïntegreerde warmwatervoorziening.
De ketel is voorzien van een compacte RoestVastStalen warmtewisselaar met gladde
buizen. Een doordacht principe met duurzame materialen.
De CV-ketel verbrandt (aard)gas voor het leveren van warmte. Deze warmte wordt in
de warmtewisselaar overgedragen aan het water in de CV-installatie. Door het sterk
afkoelen van de rookgassen ontstaat condens. Hierdoor wordt juist een zeer hoog
rendement gehaald. Het gevormde condenswater, dat geen negatieve invloed op de
wisselaar en de werking heeft, wordt door de interne sifon afgevoerd.
De ketel is voorzien van een intelligent besturingssysteem (CMS Control Management
System). Elke ketel anticipeert op de warmtebehoefte van de CV-installatie of de
warmwatervoorziening. Hierdoor zal de ketel zijn vermogen afstemmen op de installatie.
Dit betekent dat de ketel langer en op een laag niveau in bedrijf zal zijn.
Indien er een buitenvoeler wordt aangesloten kan de regeling weersafhankelijk functione-
ren. Dit houdt in dat de regeling de buitentemperatuur en de aanvoerwatertemperatuur
meet. Aan de hand van deze gegevens berekent het besturingssysteem de optimale
aanvoerwatertemperatuur in de installatie.
Verklaring van de typeaanduiding: ATAG E32C
E = Type
32 = Nominale belasting in kW
C = Combi (S = Solo)
ATAG ketels hebben allen Gaskeurlabels. De volgende Gaskeurlabels komen bij ATAG
CV-ketels voor:
- HR107 Hoog Rendement 107%. ATAG ketels bereiken zelfs 109,7% op onder-
waarde.
- HRww Hoog Rendement WarmWater. Alle Combi-ketels produceren efficiënt
warmwater op hoog rendement.
- CW Comfortklasse Warmwater. Klasse-indeling van de tapprestaties. De
Combi-ketels vallen in de klassen 3,4 en 5!
- SV Schone Verbranding. De emissies liggen ver onder de norm die hiervoor
gesteld wordt.
Gesloten CV-ketel
Het toestel haalt zijn
verbrandingslucht van buiten
en voert de rookgassen naar
buiten af.
Condenseren
Resultaat van het onttrekken
van veel warmte uit de
rookgassen. Waterdamp zal
als 'water' neerslaan op de
wisselaar.
Moduleren
Harder of zachter branden
afhankelijk van de warmte die
gevraagd wordt.
RoestVastStaal
Superdegelijke staalsoort die
levenslang zijn bijzonder
eigenschappen behoudt. Het
roest en erodeert niet, zoals
aluminium.
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
7
5 Ophangen van de ketel
De opstellingsruimte voor de CV-ketel moet vorstvrij zijn. De mantel van de ATAG E
is spatwaterdicht (IPX4D) in is dus ook geschikt voor montage in een badkamer.
De ketel kan met de ophangbeugel en het meegeleverde bevestigingsmateriaal aan
praktisch elke wand worden bevestigd. De wand moet vlak en zó stevig zijn dat deze
het ketelgewicht met waterinhoud kan dragen.
Let op de minimale afstanden tussen ketel, wanden en plafond ten behoeve van het
plaatsen en verwijderen van de mantel (zie figuur 1).
Met behulp van de bijgeleverde aftekenmal kan de plaats van de ketel bepaald worden.
Verwijder vóór het ophangen van het toestel allereerst de mantel van het toestel. De
mantel is tevens de luchtkast en is achter het deurtje aan de voorzijde met een schroef
(E) vergrendeld en met vier snelsluitingen (A, B, C en D) aan de achterwand bevestigd
(zie figuur 1).
Verwijder eerst de schroef E alvorens de snelsluitingen te ontgrendelen.
Bevestig de schroef weer bij het terugplaatsen van de mantel en borg de
snelsluitingen met de schroeven.
Til het toestel alleen op aan de achterwand.
Het is mogelijk om alle aansluitingen voor de ATAG E voor te bereiden met een
aansluitgroep. Het toestel is, na het verwijderen van de kunststof afdichtdoppen, direct
hierop aan te sluiten door middel van de aanwezige telescoopkoppelingen.
ontgrendeling mantel figuur 1
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
8
5.1 Maatgegevens
Combi Solo
keteltype E22C
E26C
E32C E32S
Ahoogte mm 650 650
B hoogte, incl. exp.vatmodule mm (975) (975)
Cbreedte mm 500 500
Ddiepte mm 395 395
Elinkerzijde / rookgasafvoer mm 335 335
F h.o.h. rookgasafvoer en toevoer mm 120 120
Gachterzijde / rookgasafvoer mm 270 270
H linkerzijde / aanvoerleiding(a) mm 150 150
Jlinkerzijde / warmwaterleiding(w) mm 215
K linkerzijde / gasleiding (g) mm 250 250
Llinkerzijde / koudwaterleiding(k) mm 285
M linkerzijde / retourleiding(r) mm 350 350
Nlinkerzijde / condensleiding(c) mm 405 405
O pijplengte van g mm 19 19
Ppijplengte van c mm 50 50
Q pijplengte van a; r; k en w mm 60 60
Rachterzijde hart leiding c; k en w mm 25 25
S achterzijde hart leiding g: a en r mm 50 50
maatgegevens tabel 1
maatvoeringen (in mm) figuur 2
wand
plafond
minimaal 250mm
minimaal
10 mm
D
F
R
S
C
P
M
Q
HJ
KL
G
O
N
E
BA
Combi Solo
keteltype E22C
E26C
E32C E32S
Verbrandingsluchttoevoer mm 80 80
Rookgasafvoer mm 80 80
Gasleiding - g ½"
binnendr.
½"
binnendr.
Aanvoer CV-leiding - a mm 22 22
Retour CV-leiding - r mm 22 22
Condensafvoerleiding - c mm 22 22
Koudwaterleiding - k mm 15
Warmwaterleiding - w mm 15
aansluitdiameters tabel 2
ketelleidingen/montagepunten figuur 3
54
332
619,5
337
steunpunten
52
135
266
145
280
a w g k r c
aansluitgroep
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
9
Keteltype pomptype waterstroming toestel toelaatbare
installatieweerstand
UPER l/min l/h kPa mbar
Combi
E22C 20-60 14.3 856 36 360
E26C 20-60 16.8 1010 28 280
E32C 20-60 20.7 1243 20 200
Solo E32S 20-60 20.7 1243 20 200
Installatieweerstand tabel 3
6 Aansluiten van de ketel
De ketel beschikt over onderstaande aansluitleidingen:
CV-leidingen.
Deze moeten met knelfittingen aangesloten worden op de installatie;
Gasleiding.
De aansluiting op de ketel is voorzien van binnendraad waarin het staartstuk van
de gaskraan gedraaid kan worden;
Condensafvoerleiding.
Dit is een 22 mm kunststof leiding. Hierop kan door middel van een open verbinding
de afvoerleiding aangesloten worden. Indien nodig kan de leiding worden verlengd
met een ø 32 mm PVC sok;
Rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem.
Deze kunnen als 2x ø80 mm of concentrisch ø80/125 mm aangesloten worden.
Koud- en warmwaterleiding
Alleen Combi-ketels: deze bestaan uit een ø15 mm koperleiding. Deze moeten
met knelfittingen aangesloten worden op de drinkwaterinstallatie.
Het is aan te bevelen alle ketelaansluitleidingen en/of de installatie schoon te
spoelen en/of schoon te blazen alvorens deze aan te sluiten op de ketel.
6.1 CV-systeem
Monteer het cv-systeem volgens de huidige regelgeving.
De ketelleidingen moeten door middel van knelfittingen aangesloten worden op de
installatie. Voor het aansluiten op dikwandige pijp (gelast of gefit), moeten verloop-
stukken worden gebruikt.
Bij het verwijderen van de kunststof afdichtdoppen op de leidingen kan vuil
testwater vrijkomen.
De ketel beschikt over een zelfregelend en zelfbeschermend besturingssysteem voor
de belasting en de pompcapaciteit. Hierbij wordt het temperatuurverschil tussen het
aanvoer- en retourwater gecontroleerd. Tabel 3 geeft de waterverplaatsing weer die
de circulatiepomp kan leveren bij een bepaalde installatieweerstand.
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
11
expansievatmodule figuur 4
6.2 Expansievat
De CV-installatie moet voorzien worden van een expansievat. Het expansievat dat wordt
toegepast moet afgestemd zijn op de waterinhoud van de installatie. De voordruk is
afhankelijk van de installatiehoogte boven het gemonteerde expansievat. Zie tabel 4.
Het expansievat moet in de retourleiding en zo dicht mogelijk bij het toestel aangesloten
worden.
Zorg dat er altijd een open verbinding blijft tussen aanvoer -en retourleiding
om expansie te garanderen, aangezien de driewegklep in de retourleiding
zit. Dit kan op de volgende manieren:
- altijd 1 radiatorkraan geopend houden (geen thermostaatkraan!)
of
- toepassen van een kortsluitleiding in de ketel
(optioneel verkrijgbaar bij ATAG, art.nr. S4478600).
Het toepassen van een drukverschilregelaar is geen oplossing.
6.2.1 Expansievatmodule
De ATAG E kan geleverd worden met een expansievatmodule. Deze module wordt direct
onder het toestel geplaatst en vormt met de afdekkap één geheel met het toestel.
Achter de, naar voren wegneembare, afdekkap ligt het expansievat horizontaal onder het
toestel en kan naar voren gekanteld worden voor een betere bereikbaarheid. Het
expansievat heeft een voordruk van 1 bar en een inhoud van 18 liter.
Indien voor de installatie een groter volume van het expansievat nodig is moet er een
standaard expansievat geplaatst worden in plaats van de module.
keuze expansievat tabel 4
installatiehoogte boven
het expansievat voordruk van het
expansievat
5 m 0,5 bar
10 m 1,0 bar
15 m 1,5 bar
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
13
6.5 Warmwatervoorziening (Combi)
Monteer de drinkwaterinstallatie volgens de huidige regelgeving.
Zie hoofdstuk 7 voor aansluiting op een (ZonLicht)Boiler.
De ATAG E Combi is voorzien van een roestvaststalen platenwisselaar voor bereiding
van warmwater. Het toestel heeft geen warmwatervoorraad en zal bij warmwatervraag
het doorstromende water direkt verwarmen.
In gebieden met een waterhardheidswaarde hoger dan 15°D dient de platen-
wisselaar frequenter van kalkaanslag ontdaan te worden.
Indien er zich problemen voordoen bij toepassing van sanitair water met een
hoger chloridegehalte dan 150 mg/l kan er geen aanspraak gemaakt worden
op de garantievoorwaarden.
De hardheid van het water loopt in Nederland uiteen. De waterleidingmaatschappij kan
hieromtrent exacte informatie verschaffen.
De ketelleidingen van de warmwatervoorziening moeten door middel van een
knelfitting aangesloten worden op de installatie. De ketel is voorzien van een
inlaatcombinatie met een veiligheidsventiel van 8 bar. Deze is samen met de
condensafvoer en de afvoer van het CV-veiligheidsventiel (3 bar) aangesloten op één
rioolaansluitleiding.
Voor de inlaatcombinatie is in de koudwaterleiding een doseerventiel gemonteerd. Het
doseerventiel zorgt ervoor dat er een hoeveelheid water geleverd wordt die een
gegarandeerde temperatuur van 60°C heeft (uitgaande van een koudwater-
temperatuur van 10°C). De hoeveelheid water wordt nagenoeg niet beïnvloed door de
waterdruk.
Bij een waterdruk lager dan 1,5 bar adviseren wij het binnenwerk van het doseerventiel
te verwijderen.
Controleer na installatie het tapdebiet. Indien het tapdebiet onvoldoende blijkt,
adviseren wij het standaard ingebouwde doseerventiel te vervangen door een instel-
baar doseerventiel (levering door derden) . Stel het tapdebiet af volgens de waarde
in tabel 7 op pagina 31.
6.6 Condensafvoerleiding
De ATAG CV-ketels produceren condenswater. Dit condenswater moet afgevoerd
worden, anders zal de ketel niet meer functioneren.
De gezamenlijke condensafvoerleiding dient door middel van een open verbinding
aangesloten te worden op de riolering. Hiermee wordt voorkomen dat eventuele
rioolgassen in de ketel terecht komen. De rioolaansluiting moet een minimale diameter
van 32 mm hebben.
Monteer de condensafvoerleiding volgens de huidige regelgeving.
Op de gezamenlijke condensafvoerleiding zijn de volgen-de componenten aangesloten:
- Condensafvoer;
- Overstortventiel;
- Inlaatcombinatie (alleen Combi-ketels).
Het afvoeren van het condenswater op de hemelwaterafvoer is, met het oog
op bevriezingsgevaar, niet toegestaan.
Vul vóór het in bedrijf nemen van de ketel de sifon met water.
inlaatcombinatie en
doseerventiel figuur 5
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
14
6.7 Rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem
Met het rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem wordt bedoeld:
- De rookgasafvoerleiding;
- De luchttoevoerleiding;
- Dak- of geveldoorvoer.
De rookgasafvoer- en luchttoevoerinstallatie moet voldoen aan:
- Afvoersysteem aangegeven op de typeplaat van de ketel (Afvoerklasse)
- Wetgeving: Bouwbesluit
Het bouwbesluit bevat prestatie-eisen over opstelling, afvoer en uitmonding.
- NEN 2757; bepalingsmethode voor afvoer
- NEN 1087; bepalingsmethode voor ventilatie en prestatie-eisen voor leidingwerk
- NPR 3378 of NTR
- Plaatselijk geldende voorschriften;
- Voorschriften uit het installatievoorschrift ATAG Monopass
Open opstelling
Gesloten opstelling
RVS
PP
RVS
PP
PP
RVS
PP
Gesloten en open opstelling figuur 6
PP
PP/MW PP/MW PP/MW
Alle Monopass rookgasafvoerdelen die
zich buiten de schacht of brandwerende
omkokering bevinden moeten uitgevoerd
zijn in RVS.
Toestelklasse: C
Toegestaan mits
aanzuiging en
uitmonding in
hetzelfde drukvlak.
Toestelklasse: B
Uitmondingsgebied 1
(vrij uitmondingsgebied)
Luchtfilter
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
15
De ketelaansluitdiameter is ø 80 mm. Hierop kan het rookgasafvoer- en luchttoevoer-
systeem gemonteerd worden al dan niet voorzien van bochten. Zie tabel 5 voor de
maximaal toepasbare leidinglengte.
Wij adviseren een eenvoudig rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem samen te
stellen uit de componenten uit tabel 5. Voor nadere informatie omtrent het leverings-
programma van het afvoer- en toevoersysteem verwijzen wij u naar de Prijswijzer
Monopass Rookgasafvoerprogramma.
Monopass is uitsluitend bedoeld en geschikt voor toepassing op ATAG CV-ketels op
aardgas of propaan. De maximale rookgastemperaturen van de ATAG CV-ketels
liggen beneden 70°C (vollast bij 80/60°C).
De goede werking kan nadelig beïnvloed worden door veranderingen of aanpassingen
van het bedoelde gebruik.
Eventuele garantieaanspraken vervallen als gevolg van dergelijke wijzigingen of het
onjuist opvolgen van de regelgeving en de installatievoorschriften.
De afvoersystemen die in dit document zijn beschreven zijn uitsluitend geschikt in
combinatie met ATAG CV-ketels met Gaskeurlabel HR, Gastec toestelkeurings-
certificaat nr: 0063BR3405, 0063BQ3021, 0063AS3538 en 0063AU3110.
Stel het afvoersysteem samen met uitsluitend de onderdelen uit het Monopass
programma. Combinaties met andere merken of systemen zijn, zonder schriftelijke
goedkeuring van ATAG Verwarming, niet toegestaan.
Indien voor ander rookgasafvoer- en luchttoevoermateriaal gekozen wordt, moet het
materiaal voorzien zijn van het KOMO label.
Het afvoersysteem dient bij horizontale delen altijd onder afschot (50 mm/m) naar de
ketel aangebracht te worden, zodat zich geen condenswater in het afvoersysteem
kan verzamelen. Door het teruglopen van het condenswater naar de ketel is de kans
op ijspegelvorming aan de dakdoorvoer minimaal. Bij horizontale uitmondingen dient
het toevoersysteem onder afschot naar buiten geplaatst te worden om inregenen te
voorkomen. Het plaatsen van een extra condensopvanginrichting in het afvoer-
systeem is overbodig.
De ketel produceert, wanneer het in bedrijf is, een witte condenspluim. Deze
condenspluim is onschadelijk maar kan, met name bij uitmondingen in de
gevel, als hinderlijk ervaren worden. Daarom verdient een bovendakse uit-
monding de voorkeur.
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
19
elektrisch aansluitschema figuur 9
Indien van toepassing
Anticipatieweerstand
Tapsensor
(T3)
Driewegklep
Ionisatie
Ontsteking
Flowswitch (alleen NZ)
Gasklep
24V=
Retoursensor (T2)
Waterdruksensor (P1)
Rookgassensor (T5) (Optie)
Aanvoersensor (T1)
Ventilator 24V~
Pomp PWM 230V~
Control Management System (CMS)
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
20
9 Ketelregeling
De ketel is voorzien van een zelfsturende regeling, het zogenaamde Control Management
System (CMS). Deze regeling neemt een groot deel van de handmatige instellingen over,
waardoor het in bedrijf nemen sterk is vereenvoudigd.
Na het insteken van de stekker in de wandcontactdoos zal de ketel geen bedrijfsactie
ondernemen en zal geen enkel bedrijfslampje gaan branden, totdat één van de
functietoetsen wordt bediend. Het display zal de betreffende status weergegeven. Bij
een lege installatie toont het display FILL.
Het uitlezen van de status kan op twee manieren.
Good-weergave of standaard weergave
De eerste manier toont een eenvoudige displayweergave. De ketel toont tijdens
normaal bedrijf: 'Good'. Indien er een melding (storing o.i.d) noodzakelijk is zal deze
in plaats van Good worden weergegeven op het display.
Technische weergave De tweede manier toont een technische weergave. Getoond wordt, onder andere:
links de bedrijfsstatus waarin de ketel actief is;
rechts de aanvoerwatertemperatuur;
de waterdruk van de CV-installatie.
Indien er een melding (storing o.i.d) noodzakelijk is zal deze in plaats van technische
weergave worden getoond op het display.
Van Good-weergave naar Technische weergave (en omgekeerd):
- Druk 5 sec. op de STEP-toets.
Na het vullen van de installatie wordt het automatisch ontluchtingsprogramma pas
geactiveerd, door de CV, WW- of pompfunctietoets ( , of ) te bedienen.
Het automatisch ontluchtingsprogramma duurt 17 minuten en stopt automatisch.
Hierna zal de ketel voor de ingeschakelde functie in werking treden (Zie verder 'Vullen
en ontluchten van ketel en installatie').
Bij een warmtevraag, die ontstaat voor CV of WW, zal een watertemperatuur berekend
worden. Deze berekende watertemperatuur wordt de T-set waarde genoemd en
hierop zal het ketelvermogen gestuurd worden. Bij een pas ingeschakelde ketel is de
opbouwvertraging van de T-set waarde actief. Dit heeft hoofdzakelijk als doel te
voorkomen dat de ketel op vol vermogen in bedrijf gaat, waardoor hinderlijke geluiden
en onnodige temperatuurpieken kunnen ontstaan. Bij warmtevraag op de warm-
watervoorziening wordt de T-set waarde op de CV-retourwatertemperatuur geregeld.
Afhankelijk van de hoeveelheid sanitairwater dat aan de boiler wordt onttrokken zal de
CV-retourwatertemperatuur variëren waarop de belasting van de ketel wordt ge-
stuurd.
Geschikt voor verwarming per kamer met
SmartHome
slimme thermostaat
Installatievoorschrift ATAG E-Serie
24
11.3 Instellingen
Wanneer de ketel geïnstalleerd is, is het in principe gereed om in gebruik genomen te
worden. Alle instellingen van de besturing zijn reeds geprogrammeerd voor een
verwarmingsinstallatie met radiatoren/convectoren met een aanvoertemperatuur van
85°C. De instellingen zijn beschreven in het Parameter-hoofdstuk op pagina 26.
Er kunnen gevallen zijn dat er instellingen gewijzigd moeten worden, bijvoorbeeld bij:
- Lagere aanvoertemperatuur
Neem daarom het Parameter-hoofdstuk door om het toestel op de situatie in te stellen.
Neem bij twijfel contact op met ATAG Verwarming.
Om een instelling te wijzigen moet u als volgt handelen:
Instellingen wijzigen
Druk 5 seconden op de MODE-toets.
Het display toont COdE gevolgd door een willekeurig getal;
Selecteer door middel van de + of de - toets de code C123;
Druk op de STORE-toets om de code te bevestigen (code knippert 1 x).
U heeft nu toegang tot het installateursniveau. Er zijn 4 hoofdstukken:
PARA Parameters
INFO Informatiehoofdstuk (geen wijzigingen mogelijk)
SERV Servicehoofdstuk
ERRO Error-hoofdstuk (geen wijzigingen mogelijk)
De hoofdstukken worden op de volgende pagina's beschreven.
Druk kort op de MODE-toets om een van de 4 hoofdstukken te selecteren, bv. PARA;
Druk 1 of meerdere malen kort op de STEP-toets om een parameter te selecteren
(parameter is links zichtbaar, waarde rechts) ;
Verstel de waarde, indien gewenst / mogelijk, door middel van de + of de - toets
Druk kort op de STORE-toets om de nieuwe instelling te bevestigen.
Indien u meerdere waarden wilt wijzigen, herhaal dan vanaf stap 5
Druk één of meerdere malen op de MODE-toets tot StBY of Good getoond wordt:
Na enige seconden zal de tekst StBY worden vervangen door de technische
of Good- weergave (Afhankelijk vanuit welke weergave de toegangscode
is ingegeven).
Om vanuit een willekeurige weergave terug te keren naar de oorspronkelijke display-
weergave drukt u één of meerdere malen op de MODE-toets tot StBY getoond wordt.
Als gedurende 20 minuten geen enkele toets is gebruikt verschijnt automatisch de
Good- of technische weergave op het display.
STAP 1
STAP 2
STAP 3
STAP 4
STAP 5
STAP 6
STAP 7
STAP 8
14


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for ATAG E26C at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of ATAG E26C in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 1.48 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info