Watt 14 of 18 Rev. 03
18. Stove Parameters “Fijn afstelling”
De twee parameters welke de vlamhoogte bepalen, per vermogen instelling, kunnen procentueel verhoogt of
verlaagd worden.
Dit houdt in dat de pellet toevoer en/of de lucht toevoer over alle vermogenstanden in de opgegeven
procenten hoger of lager zullen zijn.
• cPELL = Pellet toevoer verhogen of verlagen naar -5 tot +5. Iedere punt verhoging betekend 5 %
meer of minder pellets toevoer
• cASP = Het toerental van de uitlaatgas ventilator verhogen of verlagen naar -5 tot +5 . Iedere punt
verhoging betekend 5% meer of minder toeren van de uitlaatgas ventilator
Procedure;
1. Bedien toets 1 (“Set” verschijnt in het display) en dan toets 3. Er zal “UT01” en “Day X” of “OFF” in
het display verschijnen.
2. Bedien toets 3 totdat wisselend UT04 en 00 in het display verschijnt
3. Bedien toets 1 of 2 totdat C9 in het display verschijnt (Loop snel door 1 tot 100 door toets ingedrukt
te houden en ga door A1, A2. totdat C9 verschijnt)
4. Bedien toets 3 om bij de parameter regel te komen welke aangepast dient te worden. Maak keuze uit
cPELL (pellet toevoer) of cASP (lucht toevoer) of cFAN (Kamer ventilator)
5. Verander met toets 1 (+) of toets 2 (-) de setting. Het menu wordt na enkele seconden automatisch
verlaten.
19. Stove parameters “grof afstelling”
Toegang tot parameters;
Let Op ! :
• Ga nooit in het programma als de kachel in de opstartfase is. Dit kan leiden tot overdruk in de brander
haard (Er komt gas vrij zodra pellets verwarmen maar nog niet ontbranden). Zodra de temperatuur dan
stijgt kan het gas ontvlammen en overdruk genereren).
• Bepaal van tevoren welke programma regels aangepast moeten worden alvorens men het programma
betreedt.
• Maak de wijzigingen bij voorkeur als de kachel niet brandt
• Indien de wijzigingen worden uitgevoerd bij een brandende kachel, dient het verblijf in het programma zo
kort mogelijk te zijn.
Procedure
1. Bedien toets 1 (“set” zal in het display verschijnen) en dan toets 3. Wisselend “UT01” en “Day X” of
“OFF” zal in het display verschijnen.
2. Bedien toets 3 totdat wisselend UT04 en 00 in het display verschijnt
3. Bedien toets 1 of 2 totdat A9 in het display verschijnt (Loop snel door 1 tot 100 door toets ingedrukt
te houden en ga door A1, A2. totdat A9 verschijnt)
4. Bedien toets 3 om bij de parameter regel te komen welke aangepast dient te worden.