702664
5
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/26
Next page
Kode: MPI232V2 - II /v227p
Datum: 12-08-98
MPI 232V2
Interface
Handleiding
Software versie: V2.27
COPYRIGHT
SLC BV 1996. All rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgebracht, opgeslagen in een
opslagsysteem of doorgegeven in welke vorm of op welke manier ook - elektronisch, fotokopiëren, opnames of andere - zonder schriftelijke
voorafgaande toestemming van SLC BV.
GARANTIEBEPERKINGEN
SLC BV biedt geen enkele garantie met betrekking tot de inhoud van onderhavig document, meer bepaald wat betreft de verkoopbaarheid of
geschiktheid voor bepaalde toepassingen. Bovendien behoudt SLC BV zich het recht voor om deze uitgave te herzien en te gepasten tijde
wijzigingen in de inhoud aan te brengen zonder verplichting voor SLC BV om wie ook in kennis te stellen van dergelijke
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 3
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
I
NHOUDSOPGAVE
M
ONTAGE VAN DE
MPI 232V2.............................................................................5
Aansluitingen, instellingen en led’s.......................................................................................................... 6
Aansluitingen ..................................................................................................................................... 7
Instellingen......................................................................................................................................... 7
LED’S ................................................................................................................................................ 8
Aansluiten op de TDI 2801...................................................................................................................... 9
De RS232 aansluitingen.......................................................................................................................... 9
P
ROGRAMMERING
..............................................................................................11
Terug naar fabrieksinstellingen ............................................................................................................. 11
Hoe te programmeren........................................................................................................................... 11
Instellingen voor HyperTerminal onder Windows 95......................................................................... 11
Instellingen voor Telix versie 3.x...................................................................................................... 12
Instellingen voor Windows Terminal 3.x ........................................................................................... 13
De MPI 232 programmeren................................................................................................................... 14
Menu 1. Central station menu .......................................................................................................... 14
Menu 2. Report options.................................................................................................................... 15
Menu 3. Protocol options.................................................................................................................. 18
D
IRECTE
U
P
/D
OWNLOAD
...................................................................................22
S
TORINGEN OPLOSSEN IN DE
MPI 232 ...............................................................24
G
EBRUIK MET DE
TDI 2801 ...............................................................................26
Pagina 4 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
I
NLEIDING
De MPI 232 is een interface tussen CD-controlepanelen en apparatuur welke niet rechtstreeks kan worden
aangesloten op deze panelen, zoals bijvoorbeeld de TDI 2801. De MPI 232 maakt gebruik van de gegevens
welke ook door de RD6201 kiezer worden gebruikt en zet deze om in een RS 232 signaal.
SIA beschrijft zowel het dataformaat als het protocol met frequenties en timing. Een RS 232 uitgang kan
niet kan voldoen aan de frequenties en de timing. Uit de RS232 uitgang komt dus geen SIA, maar de data
heeft wel het SIA formaat.
Om de MPI 232 te kunnen toepassen in hoog risico objecten, is het van belang dat de verbinding tot aan de
aangesloten overdrager gecontroleerd wordt. De MPI maakt hierbij gebruik van een polling die door de
overdrager bevestigd dient te worden. Is dit niet het geval, dan zal het CD-paneel een alarm genereren.
(kiezerfout).
Deze handleiding zal verder ingaan op de programmering en de aansluiting.
Overige handleidingen:
CD9501/15001 programmeerhandleiding Overzicht van de programmering van de CD9501/ CD15001
RD6201 programmeerhandleiding Overzicht van de programmering van de RD6201
TDI 2801 handleiding Handleiding van de TDI 2801
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 5
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Montage van de MPI 232V2
De MPI 232V2 heeft dezelfde afmetingen als de RD 6201. Daardoor kan de MPI 232V2 in plaats van de
RD6201 worden gemonteerd. Wordt de RD6201 gebruikt als back-up, dan kunnen de kiezer en de MPI
boven elkaar worden gemonteerd met behulp van de bij de MPI geleverde studs.
De RD6201 is niet verplicht, maar kan worden toegepast voor back-up via een andere (analoge) telefoonlijn
of voor programmering op afstand met behulp van Up/Download. De studs welke bij de MPI232 worden
geleverd worden in de montagegaten van de RD6201 geplaatst. De lange studs worden gebruikt om de
RD6201 te bevestigen op de MPI 232.
Figuur 1.
Montage van MPI232 en RD6201
Figuur 2.
Montage in de CD9501/15001
Pagina 6 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Aansluitingen, instellingen en led’s
Figuur 3.
Aansluitingen op de MPI 232
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 7
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Aansluitingen
BU1 O -
Niet gebruikt
O +
Niet gebruikt
I -
Niet gebruikt
I +
Niet gebruikt
COM -
V31bis aansluiting
COM +
V31bis aansluiting
OUT -
GND aansluiting
+12V/OUT
12V uitgang voor extern gebruik. Niet gebruiken.
IN -
GND aansluiting
+12V/IN
+12V ingang voor extern gebruik. Niet gebruiken.
BU3
Aansluiting van de flatcable naar het controlepaneel.
BU5
Aansluiting van de flatcable naar de RD6201 kiezer.
Instellingen
BU2 1 , 4, 6, 7 en 8
NIET WIJZIGEN. MOGEN NIET GEMAAKT ZIJN
2, 3 en 4
NIET WIJZIGEN. MOETEN GEMAAKT ZIJN
BU6 1 - DCD
Data Carrier Detect
2 - RxD
Receive Data
RS232 3 - TxD
Transmit Data
4 - DTR
Data Terminal Ready
5 - SG
Signal Ground
6 - DSR
Data Set Ready
7 - RTS
Request To Send
8 - CTS
Clear To Send
9 - niet gebruikt
BU7 LOW
5 mA stroom door V31bis lus
HIGH
15 mA stroom door V31 bis lus
BU11 LOW
5 mA stroom door V31bis lus
HIGH
15 mA stroom door V31 bis lus
BU7 en BU11 MOETEN altijd dezelfde instelling hebben !
Pagina 8 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
SW1 1 - MPI/RD ON -
RD6201 kan geprogrammeerd worden (via
bediendeel of CD9006 geheugenkaart.
OFF -
MPI 232 kan via de CD9006
geheugenkaart geprogrammeerd worden.
2 - STD.PROG ON -
Normale werking
OFF -
MPI 232 terug naar standaard fabrieks-
instellingen na opstarten
DIPSWITCH 3 - PC. prog ON -
Normale werking
OFF -
Programmering MPI 232 via PC na
opstarten
4 - U/D start ON -
Up/Download starten via het MPI 232 na
invoer U/D gebruikerskode
OFF -
Up/Download starten via de RD6201 na
invoer U/D gebruikerskode
5 - CLID
(nummer-
presentatie)
ON -
Wanneer via MPI 232 wordt aangebeld en
een geldige CLID wordt meegegeven, belt
de kiezer terug voor het starten van U/D.
CLID moet geprogrammeerd zijn
OFF -
Wanneer via MPI 232 wordt aangebeld en
een geldige CLID wordt meegegeven,
wordt direct een U/D verbinding
opgebouwd. CLID moet geprogrammeerd
zijn
6 - Direct U/D ON -
Normale werking
OFF -
MPI 232 emuleert een modem via voor
U/D na opstarten MPI. Start U/D door
invoer U/D kode
7 - Vrij
Gereserveerd voor toekomstig gebruik
8 - Test ON -
Normale werking
OFF -
Start testmode na opstarten.
Niet gebruiken
Standaardinstelling is alle dipswitches op ON.
LED’S
CL
V31bis poort actief. Altijd AAN indien de poort niet gebruikt wordt
TXD
Er wordt data verzonden via de RS232 poort (BU6). Bij normale
werking (dipswitch 3 en 6 op
‘ON’
) wordt iedere 8 sec.
‘AT’
verzonden naar de aangesloten apparatuur. Iedere 8 sec. dient de
TXD daarom even op te lichten
RXD
Er wordt data ontvangen via de RS232 poort (BU6). Bij normale
werking (dipswitch 3 en 6 op
‘ON’
) wordt iedere 8 sec.
‘AT’
verstuurd. Dit dient door de aangesloten apparatuur (bijv. een TDI
2801) te worden bevestigd, waarbij de RXD zal oplichten.
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 9
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Aansluiten op de TDI 2801
Wordt de TDI 2801 aangesloten op de MPI232, maak dan gebruik van een zelfde aansluitkabel zoals ook
voor de programmering van de TDI 2801 of TDI 7001 wordt gebruikt. Wanneer de TDI 2801
geprogrammeerd wordt met een getwiste aansluitkabel, dan moet de aansluiting naar de MPI232 ook
worden getwist (alleen TDI 2801 met label 850510/P/02). Een lossen aansluitkabel is te bestellen als
PP7001.
De TDI 2801 behoeft geen speciale programmering wanneer een MPI 232 wordt aangesloten.
De RS232 aansluitingen
Voor het programmeren van de MPI 232 is een RS232 kabel noodzakelijk waarvan minimaal de RXD, de
TXD en de Signal Ground zijn doorverbonden. Dit zijn de aansluitpennen 2, 3 en 5 op BU6/MODEM van de
MPI 232.
Voor aansluiting op een modem zijn de RXD, TXD, Signal Ground, DTR, DCD en RTS aan te sluiten. Dit
zijn respectievelijk de aansluitpennen 2, 3, 5, 4, 1 en 7 op de MPI 232.
Wordt ‘Directe Up/Download’ toegepast, dan moeten alle aansluitingen uit figuur 5/tabel 1 gebruikt worden
Figuur 4.
Aansluiten van de MPI232 op de TDI 2801
Pagina 10 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Figuur 5.
RS232 aansluitingen
MPI232, DB9 PC / MODEM DB9 DB25
1 & 6 DCD & DSR
DTR 4 20
2 RXD
TXD 3 2
3 TXD
RXD 2 3
4 DTR
DCD & DSR 1 & 6 6 & 8
5 SG
SG 5 7
7 RTS
CTS 8 5
8 CTS
RTS 7 4
9 niet gebruikt
Tabel 1.
Overzicht van de RS232 aansluitingen
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 11
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
P
ROGRAMMERING
De MPI 232 wordt geprogrammeerd via een laptop of PC door gebruik te maken van de RS232 poort.
Programmering via het bediendeel is niet mogelijk. Via het bediendeel kan alleen een op de MPI 232
aangesloten kiezer worden geprogrammeerd of een handmatige testmelding worden uitgevoerd. Hiervoor
dient dipswitch SW1-1 op
‘ON’
te staan.
Terug naar fabrieksinstellingen
Maak de MPI 232 spanningsloos, bijv. door verwijderen van de flatcable naar het controlepaneel (BU3). Zet
dipswitch SW1-2 op
‘OFF’
. Breng weer spanning aan. De MPI 232 is nu terug naar fabrieksinstelling. Zet
dipswitch SW1-2 terug naar
‘ON’
.
Hoe te programmeren
Het programmeren van de MPI 232 gebeurt met behulp van een PC welke via de RS232 poort wordt
aangesloten. Zie hiervoor ook figuur 3, figuur 5 en tabel 1.
De instellingen van de MPI 232 voor programmering via de PC zijn vastgelegd op 9600 Bps, 8 databits,
geen pariteit en 1 stopbit.
Gebruik een programma zoals Telix, Windows Terminal of Hyperterminal om de MPI 232 te programmeren.
Stel het gebruikte programma dus ook in op 9600, 8N1.
Instellingen voor HyperTerminal onder Windows 95
COM2 is hier als voorbeeld gebruik. Vul hier de juiste
COM-poort in.
Pagina 12 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Ga nu naar
‘Bestand’
,
‘Eigenschappen’
. Kies bij
eigenschappen voor
‘Instellingen’
.
Instellingen voor Telix versie 3.x
Kies
[ALT]
-
[O]
voor instellen
Kies
‘Terminal Options
Toets
[ENTER]
Bewaar de instellingen door
[W]
in te geven
Verlaat de instellingen met
[E]
Gebruik Telix in Chat mode door intoetsen van
[ALT]
-
[Y]
.
A - Port
COM2
Baud
9600
Parity
None
Data bits
8
Stop bits
1
B - Emulate before translate table
... Off
C - Default terminal type ...........
ANSI
D - Status line .....................
Bottom
E - Local echo ......................
Off
F - Add Line Feeds after CRs ........
Off
G - Strip high bit (incoming data) ..
Off
H - Received Backspace destructive ..
On
I - Backspace key sends .............
BS
J - XON/XOFF software flow control ..
On
K - CTS/RTS hardware flow control ...
Off
L - DSR/DTR hardware flow control ...
Off
M - Compuserve Quick B transfers ....
On
N - Zmodem auto-downloads ...........
On
O - Answerback string (ENQ) .........
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 13
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Instellingen voor Windows Terminal 3.x
Pagina 14 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
De MPI 232 programmeren
Voor het programmeren van de MPI 232 is een PC noodzakelijk met de hiervoor besproken software. Stel
het gebruikte terminal programma in zoals aangegeven.
Ga als volgt te werk om de MPI 232 in programmeerstand te brengen:
Verwijder de spanning van de MPI 232, bijvoorbeeld door verwijderen van de flatcable naar het
controlepaneel (BU3). Zet dipswitch SW1-3 op
‘OFF’
. Sluit de RS232 kabel aan op de PC en de MPI 232.
Start Telix, Terminal of Hyperterminal op uw PC. Breng weer spanning aan op de MPI 232. Op het
beeldscherm verschijnt:
De MPI 232 heeft een hoofdmenu bestaande uit de
volgende sub-menu’s:
1.
Programmering van klantnummers en
aansluitnummers.
2.
Programmering van de rapportage-opties.
3.
Programmering van protocol-opties.
Toets een
‘0’
om de programmering te beëindigen.
Menu 1. Central station menu
Via het
‘Central station
-menu worden de aansluitnummers en klantnummers geprogrammeerd. In dit
menu vindt u de volgende submenu’s:
Er kunnen maximaal 4 aansluitnummers worden
geprogrammeerd en hier is ook het up/download menu te
vinden. De programmering van de aansluitnummers is
gelijk, zodat hier alleen de programmering van
‘Central
station 1’
wordt behandeld. Toets een
‘2’
,
‘3’
of
‘4’
voor de
programmering van de central stations 2, 3 of 4.
Voor aansluiting op de TDI 2801 hoeft alleen
‘Central
station 1’
geprogrammeerd te worden.
Geef een
‘0’
in om terug te gaan naar het hoofdmenu.
Kies
‘1. Central station 1’
, waarna het volgende sub-menu
verschijnt:
MPI V2.24 programming main menu
=============================
1. Central station menu
2. Report options
3. Protocol options
0. Exit MPI programming
Make your choice:
Central station menu
=================
1. Central station 1
2. Central station 2
3. Central station 3
4. Central station 4
5. Up/download menu
0. Back to main menu
Make your choice:
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 15
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
De verschillende
‘Account codes
zijn de klantnummers
welke per systeem worden ingevoerd. Wil men slechts 1
klantnummer gebruiken, dan dient voor ieder geprogram-
meerd systeem in het controlepaneel dezelfde
‘Account
code
ingevoerd te worden. Bedenk wel dat dan voor
iedere in- en uitschakeling dezelfde doormelding
plaatsvind. Men weet dus niet welk systeem in- of
uitgeschakeld is.
Zijn er in het controlepaneel 3 systemen geprogrammeerd
en is een doormelding gewenst van deze 3 systemen, dan
moeten
‘Account code 1
t/m
‘Account code 3
worden
ingevuld.
Het
‘Network address’
is het telefoonnummer dat de MPI
232 dient door te geven aan de aangesloten overdrager.
Voor een correcte werking dienen minimaal een
‘Account
code
en een
‘Network address’
ingevuld te zijn.
Bij aansluiting op een TDI 2801 worden de
‘Account
codes’
doorgemeld als subnummers. Het werkelijke
klantnummer is in de TDI 2801 geprogrammeerd. Het
‘Network address’
wordt niet gebruikt maar moet wel
worden ingevuld. Vul hier dus een fictief nummer in, bijv.
een
‘1’
.
Zijn alle gegevens ingevuld, toets dan een
‘0’
om terug te gaan naar het
‘Central Station menu
.
Sub-menu 5, het
‘Up/Download menu’
heeft de volgende opties:
Het
‘U/D Network address’
is het aansluitnummer waarnaar
de MPI 232 via de overdrager een U/D verbinding probeert
op te bouwen. Dit is gelijk aan het
‘U/D telefoonnummer 1
in de RD6201.
De
‘U/D Account code’
is het U/D klantnummer uit de
RD6201. Verschil met de RD6201 is dat er voor ieder
Network address een Account code heeft.
In combinatie met de TDI 2801 is geen Up/Download
mogelijk via de overdrager.
Menu 2. Report options
Menu 2 biedt de mogelijkheid om uit te splitsen welke gebeurtenissen naar welke Central Station worden
verzonden. Tevens wordt de mogelijkheid tot vertragen van de gebeurtenis geboden. De gebeurtenissen
staan vermeld in een lijst, de rapportage opties.
Na intoetsen van
‘2’
verschijnt het volgende op het beeldscherm:
Central station 1 menu
==================
1. Account code 1 :
2. Account code 2 :
3. Account code 3 :
4. Account code 4 :
5. Account code 5 :
6. Account code 6 :
7. Account code 7 :
8. Account code 8 :
9. Network address:
0. Back to Central Station menu
Make your choice:
Up/Download menu
================
1. U/D Network address 1:
2. U/D Account code 1 :
3. U/D Network address 2:
4. U/D Account code 2 :
0. Back to Central Station menu
Make your choice:
Pagina 16 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
De lijst met rapportage-opties is groter dan de beschikbare ruimte op
het beeldscherm. Daarom is de lijst verdeelt over meerdere pagina’s.
Met behulp van de
‘+’
en de
‘-‘
toets kan gebladerd worden door de
beschikbare schermen.
De getallen 1 t/m 4 staan voor de verschillende Central Stations welke
geprogrammeerd kunnen zijn. Indien deze Central stations zijn
voorzien van minimaal 1
‘Account code’
en een
‘Network address’
,
zal de gebeurtenis worden verzonden. Achter de 4 kan nog een
‘D’
verschijnen als de betreffende gebeurtenis vertraagd wordt
doorgemeld.
Toets het nummer van de te wijzigen gebeurtenis in. Bij ‘1’ verschijnt
dan:
De momentele instelling wordt getoond achter
‘Current Settings:’
.
De optie
‘BB’
is nog niet toegewezen aan een
‘Central Station
en is ook niet vertraagd.
Vervolgens wordt per regel gevraagd welke
instelling gewenst is. Na invoer van
‘Y’
of
‘N’
verschijnt de volgende regel. Na invoer van de
laatste regel wordt automatisch weer de
(aangepaste) lijst met rapportage-opties getoond.
De lijst met rapportage-opties welke beschikbaar zijn is:
1.1
BB
Inbraakzone of in/uitloopzone overbrugd
1.2
BU
Inbraakzone of in/uitloopzone uit overbrugging
1.3
BA
1, 2, 3, 4 Inbraakalarm in zone
1.4
BR
1, 2, 3, 4 Inbraakalarm in zone hersteld
1.5
TB
Sabotage in zone overbrugd
1.6
TU
Sabotage in zone uit overbrugging
1.7
TA
1, 2, 3, 4 Sabotagealarm in zone
1.8
TR
1, 2, 3, 4 Sabotagealarm in zone hersteld
2.1
PA
1, 2, 3, 4 Overvalalarm in zone
2.2
PR
1, 2, 3, 4 Overvalalarm in zone hersteld
2.3
HA
Uitschakeling onder dwang door gebruiker
2.4
HR
Uitschakeling onder dwang door gebruiker hersteld
2.5
FB
Brandzone overbrugd
2.6
FU
Brandzone uit overbrugging
2.7
FA
1, 2, 3, 4 Brandalarm in zone
2.8
FR
1, 2, 3, 4 Brandalarm in zone hersteld
3.1
ZA
1, 2, 3, 4 Technisch alarm in zone
3.2
ZR
1, 2, 3, 4 Technisch alarm in zone hersteld
3.3
MA
Medisch alarm in zone
Report options
============
1. BB: -, -, -, -, -
2. BU: -, -, -, -, -
3. BA: 1, 2, 3, 4, -
4. BR: 1, 2, 3, 4, -
5. TB: -, -, -, -, -
6. TU: -, -, -, -, -
7. TA: 1, 2, 3, 4, -
8. TR: 1, 2, 3, 4, -
0. Back to main menu
+. Next page
-. Previous page
Make your choice:
Report options for BB
==================
Current settings: -, -, -, -, -
Report BB to phone no 1 <Y/N>: n
Report BB to phone no 2 <Y/N>: n
Report BB to phone no 3 <Y/N>: n
Report BB to phone no 4 <Y/N>: n
Report BB delayed <Y/N>: n
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 17
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
3.4
MR
Medisch alarm in zone hersteld
3.5
CF
1, 2, 3, 4 Geforceerd ingeschakeld
3.6
CG
Gedeeltelijk ingeschakeld
3.7
BC
1, 2, 3, 4 Alarm geannuleerd (systeem uitgeschakeld)
3.8
CE
Automatische inschakeling vertraagd (tijdklok)
4.1
OA
Automatische uitschakeling (tijdklok)
4.2
OP
1, 2, 3, 4 Inschakeling door gebruiker/sleutelschakelaar
4.3
CL
1, 2, 3, 4 Uitschakeling door gebruiker/sleutelschakelaar
4.4
CP
Automatische inschakeling (tijdklok)
4.5
OK
Te vroeg uitgeschakeld (tijdklok)
4.6
LB
Controlepaneel in de programmeerstand (installateur)
4.7
OR
1, 2, 3, 4 Uitschakeling na alarm door gebruiker/sleutelschakelaar
4.8
OT
Automatische inschakeling mislukt (tijdklok)
5.1
RS
Up/download beëindigd en gelukt
5.2
RU
Up/download mislukt
5.3
LS
Controlepaneel uit de programeerstand (installateur)
5.4
RB
Up/download begint
5.5
AR
1, 2, 3, 4 230V uitval hersteld
5.6
AT
1, 2, 3, 4 230V uitval
5.7
RP
1, 2, 3, 4 Automatische testmelding
5.8
RR
1, 2, 3, 4 Herstart van controlepaneel
6.1
YC
1, 2, 3, 4 Probleem in vorige doormelding
6.2
YS
1, 2, 3, 4 Probleem in communicatie met controlepaneel
6.3
YR
1, 2, 3, 4 Accustoring hersteld
6.4
YT
1, 2, 3, 4 Accustoring
6.5
ER
Uitval remote hersteld
6.6
ET
Uitval remote
6.7
EE
Uitloopfout door gebruiker
6.8
JS
Automatische inschakeling vertraagd tot
7.1
WP
Looptest gelukt
7.2
WF
Looptest mislukt
7.3
BV
Inbraakalarm verificatie
7.4
BW
Inbraakalarm verificatie hersteld
Alleen bij gebruik in UK
De lijst geeft eerst de pagina met de optie weer, vervolgens de gebeurtenis, de standaardinstelling en een
beschrijving van de gebeurtenis.
Extra gebeurtenissen welke verzonden kunnen worden zijn:
UA,
Onbekende informatie van het controlepaneel
RX,
handmatige testmelding
De opties
EE
,
JS
,
WP
,
WF
en
OK
worden alleen verzonden in combinatie met een versie 6 controlepaneel.
De optie
OE
wordt alleen verzonden in combinatie met een CD9101.
De TDI 2801 kan alle opties verzenden. Pas de rapportage-opties naar wens aan.
Pagina 18 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Menu 3. Protocol options
De
‘Protocol options
zijn extra opties waarmee speciale instellingen mogelijk zijn. Net zoals menu 2
bevat dit menu meerdere pagina’s. Met de
‘+’
en de
‘-‘
kan door de verschillende pagina’s gebladerd
worden.
Onder de
‘Protocol options
zijn onder andere instellingen mogelijk voor commando’s welke de overdrager
een functie laten verrichten, extra instellingen voor het SIA protocol en up/download en tijdsinstellingen.
Als de
‘3’
wordt ingetoetst vanuit het hoofdmenu verschijnt op het beeldscherm:
1. De
‘Modem init string’
wordt verzonden om de
gebruikte overdrager/modem te initialiseren bij het
opstarten of een herstart. Wanneer de verbinding
tussen MPI 232 en overdrager/modem verloren gaat,
probeert de MPI 232 door het zenden van deze string
de verbinding te herstellen. De TDI 2801 negeert deze
string.
2. Geef bij de
‘Modem dial string’
de benodigde string
in waarmee de overdrager/modem de ontvanger gaat
kiezen. De TDI 2801 gebruikt voor deze instelling
‘ATD’
.
3. De
‘Modem hangup string’
wordt verzonden om de
verbinding te verbreken. De TDI 2801 negeert deze
instelling.
4. De
‘Modem connect string’
is het antwoord dat
verstuurd wordt door de aangesloten overdrager. De
strings
‘CON
en
‘CONNECT
worden altijd
geaccepteerd. De TDI 2801 stuurt
‘CONNECT
. Deze
string hoeft daarom niet ingevuld te worden.
5. Transport-PC kan op dezelfde manier tot stand
worden gebracht als bij de RD 6201, maar kan ook
direct bij aanbellen worden gestart. Als met het
belsignaal ook de CLID-string wordt meegegeven, dan wordt direct een U/D verbinding tot stand
gebracht, mits dipswitch SW1-5 op
‘OFF’
staat. Via de TDI 2801 kan geen U/D worden gebruikt, dus hier
niets invullen en dipswitch 1-5 of
‘ON’
laten staan.
6. Zie punt 5
7. Stel hier de snelheid in waarmee de overdrager of de PC (bij directe up/download) communiceert. De
TDI 2801 communiceert met een snelheid van 9600 Bps. Directe up/download communiceert met 300
Bps. Programmeren van de MPI 232 gebeurt met een snelheid van 9600 Bps, ongeacht de hier
gemaakte instelling.
8. De V31bis poort wordt normaal niet gebruikt en kan ook niet tegelijk met de RS-232 poort worden
toegepast. De hier gemaakte instelling voor de snelheid is dus niet van belang.
9. Bepaal of de RS232 (V.24) uitgang of de V.31 uitgang moet worden gebruikt. Slechts één van beide kan
worden toegepast.
Pagina 2 van de
‘Protocol options
biedt een mogelijkheid voor instellingen van het SIA-protocol en
up/download. Wordt
‘Text in SIA
geactiveerd, dan zal van XSIA gebruik worden gemaakt. Hierbij worden
in het CD-controlepaneel geprogrammeerde teksten meegezonden voor de gebeurtenis die hierdoor
optreedt. Bij zones is dit de zonenaam, bij gebruikers de gebruikersnaam (echter niet bij de CD3401).
Protocol options menu Page 1/5
============================
1. Modem init string : ATS0=0
2. Modem dial string : ATD
3. Modem hangup string : ATH
4. Modem connect string :
5. CLID string 1 :
6. CLID string 2 :
7. Baudrate RS-232 port : 9600
8. Baudrate V31bis port : 9600
9. Protocol : V24
0. Back to main menu
+. Next page
-. Previous page
Make your choice:
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 19
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
1.
‘One account per call’
maakt het mogelijk om voor
ieder geprogrammeerd klantnummer een nieuwe
verbinding tot stand te brengen, wanneer voor twee
systemen tegelijk een gebeurtenis door te melden is.
Voor de TDI 2801 mag deze optie op
‘No’
staan.
2. Bij
‘One event per block’
kan men iedere gebeurtenis
in een apart datablok doorgeven. In SIA is het echter
ook mogelijk om datablokken volledig te vullen. Dit kan
bij gebruik met de TDI 2801 en de instelling dient dan
op
‘No’
te staan.
3. In SIA en XSIA worden gebeurtenissen doorgemeld met
daarbij een getal dat aangeeft welke gebruiker of zone
deze gebeurtenis veroorzaakt heeft. Zijn er meer dan
100 gebruikers of zones, dan zullen deze correct
doorgemeld indien
‘Three digit event numbers’
op
‘Yes’
staat. Anders worden nummers boven de 99 als
99 doorgegeven. Voor de TDI 2801 mag hier
‘Yes’
worden ingevuld.
4. XSIA is een aangepast SIA-protocol, waarbij een
gebeurtenis gevolgd kan worden door de zone- of
gebruikersnaam. Uitzondering zijn systeemmeldingen
en gebruikersnamen bij de CD3401 (alleen vanaf
software versie 6.07). Om deze optie toe te kunnen
passen, dient deze optie op
‘Yes’
te staan. De TDI 2801 kan van deze optie gebruik maken.
5. Een overval alarm kan direct worden hersteld na een alarm (
‘Yes’
geprogrammeerd) of bij de
uitschakeling van het alarm (
‘No’
).
6. Normaal zal de doormelding stoppen zodra de melding geaccepteerd is. Is het noodzakelijk dat van alle
geprogrammeerde
‘Central stations’
een acceptatie wordt ontvangen, dan dient
‘Dual reporting’
op
‘Yes’
te staan.
7. Dient het aanbellen beantwoordt te worden voor Up/Download (
‘Yes’
geprogrammeerd) of moet het MPI
232 het gesprek beantwoorden en direct weer afbreken (
‘No’
geprogrammeerd).
8.
‘Auto dial’
is nodig indien de verbinding vanuit de overdrager opgebouwd moet worden. Staat deze
optie op
‘Yes’
, dan zal de verbinding worden opgebouwd zodra de MPI 232 opgestart wordt. De
TDI 2801 heeft deze instelling niet nodig. Laat deze optie op
‘No’
staan.
Pagina 3 biedt instellingen voor wachttijden betreffende de communicatie.
1. De
‘Wait for modem reply’
is de tijd in seconden
dat de MPI 232 wacht op antwoord van alle (AT) of
bevestiging van een verzonden SIA-blok via de
aangesloten overdrager. Gebruik voor de TDI 2801
een instelling van
‘005’
sec.
2. Zodra de MPI 232 een melding probeert te maken en
daarvoor het nummer kiest, wacht de MPI 232 op de
string welke onder
‘Modem connect string’
is
ingevuld (inclusief
‘CON
en
‘CONNECT
). De
maximale wachttijd tot het antwoord wordt hier
ingevoerd. Stel dit voor de TDI 2801 in op
‘010’
sec.
3.
‘Wait for redial’
is de tijd in seconden tussen 2
kiespogingen.
4. Met
‘Max dial attempts/CS’
wordt het aantal
kiespogingen per geprogrammeerd
‘Central station
ingesteld. Is dit aantal pogingen overschreden, dan
wordt getracht de melding via de (optioneel)
aangesloten RD6201 back-up kiezer door te melden.
5. De
‘Max modem command attempts’
instelling is
Protocol options menu Page 2/5
============================
1. One account per call : No
2. One event per block : No
3. Three digit event numbers : Yes
4. Text in SIA : No
5. PA auto-restore : No
6. Dual reporting : No
7. Auto dial : No
8. PC calls : No
0. Back to main menu
+. Next page
-. Previous page
Make your choice:
Protocol options menu Page 3/5
============================
1. Wait for modem reply : 005
2. Wait for modem dial reply : 010
3. Wait for redial : 010
4. Max dial attempts/CS : 015
5. Max modem command attempts : 003
6. Event delay : 020
7. DCD timeout : 255
0. Back to main menu
+. Next page
-. Previous page
Make your choice:
Pagina 20 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
het maximaal aantal pogingen om een AT-commando (uitgezonderd ATD) of een SIA block te zenden.
6. De
‘Event delay’
is de vertraging in seconden voor gebeurtenissen welke bij de
‘Report options’
de
optie
‘D’
voor vertraagd tonen.
7. De
‘DCD timeout
is de tijd in seconden waarna de MPI 232 reageert op verlies van de carrier (zie fig. 5
en tabel 1). De TDI 2801 maakt geen gebruik van de DCD. Zet deze instelling daarom op
‘255’
.
Pagina 4 biedt instellingen voor testmeldingen en mogelijkheden voor enkele speciale aanpassingen:
1. De tijd tussen 2 testmeldingen kan liggen tussen 10
en 255 sec. of tussen 1 en 24 uur. Staat de waarde
op
‘000’
, dan wordt er geen testmelding verzonden.
De TDI 2801 maakt normaal geen gebruik van een
testmelding, maar genereert zelf elke 90 sec. een
testmelding.
2. De tijd tussen twee testmeldingen van optie 1 kan in
uren of seconden worden ingevoerd. Hier wordt
aangegeven of dit uren of seconden moeten zijn.
3. De wachttijd tot de eerste testmelding verzonden
moet worden wordt kan liggen tussen 0 en 23 uur.
Alleen mogelijk wanneer de resolutie uit 2. Op uren
is ingesteld.
4. SIA kent een aantal functies voorgegevensblokken,
waaronder een 6-block (Positive acknowledge and
standby). Als gevolg hierop zal de MPI 232 iedere
‘Zero block poll time
een zg. 0-block zenden.
Staat de instelling op
‘000’
dan worden geen verdere
0-blocks verzonden.
5. Via het kiezermenu van het CD controlepaneel kan
een handmatige testmelding worden verzonden. Om
in het kiezermenu te kunnen komen, dient hier de
kiezerkode ingevoerd te zijn (max. 6 cijfers).
6. Als een
‘MPI program code’
is ingevoerd, dan wordt deze gevraagd voordat de programmering vanuit
de PC mogelijk is. Deze code kan max. 8 cijfers bevatten.
7. Zet men
‘Mixed TPC/Sia’
op
‘Yes’
, dan zal 20 sec. na het opstarten
‘U/D Network address 1’
worden
gekozen en een Up/Download verbinding trachten op te bouwen naar een management systeem. Zowel
SIA als Up/Download is hierna online mogelijk. Voor de TDI 2801
MOET
deze optie op
‘No’
staan.
8.
‘Dump. Eng.mem’
is een instelling voor up/download, waardoor het instellateursgeheugen via
Up/Download wordt gedumpt zodra het geheugen bijna vol is. Voor de TDI 2801 moet deze instelling op
‘No’
staan.
Als laatste is er nog pagina 5 met instellingen voor communicatie met de RD 6201 en radio modems.
1. Met
‘Old Events
worden gebeurtenissen aangegeven die niet doorgemeld zijn geworden. Het is
mogelijk deze door te melden als oude (
‘Yes’
) of als nieuwe gebeurtenissen (
‘No’
).
2. Als er een RD 6201 is aangesloten op de MPI 232, kan deze bij uitval van de verbinding tussen de MPI
en een andere overdrager een
‘YSxxx’
doorgeven. xxx is het geval ingevuld bij RP/YS number. De YS
melding moet in de RD 6201 zijn aangegeven voor doormelding.
3. Als er een RD 6201 is aangesloten op de MPI 232, dan kan de MPI 232 bij uitval van de telefoonlijn op
de RD 6201 een
‘YSxxx’
doorgeven. xxx is het geval ingevuld bij RP/YS number. In de RD 6201 moet
de lijnbewaking zijn geactiveerd.
Protocol options menu Page 4/5
============================
1. Testcall interval (0=none) : 000
2. Testcall resolution : seconds
3. Testcall delay : 000
4. Zero block poll time : 000
5. MPI engineer code : 123456
6. MPI program code :
7. Mixed TPC/Sia : No
8. Dump eng.mem : No
0. Back to main menu
+. Next page
-. Previous page
Make your choice:
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 21
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
4. Als er een lijnfout optreedt vanuit de MPI 232, dan
kunnen extra testmeldingen worden verstuurd via
de RD 6201. De hier ingevulde waarde is de
testinterval in minuten.
5. Als er een lijnfout optreedt vanuit de RD 6201, dan
kunnen extra testmeldingen worden verstuurd via
de MPI 232. De hier ingevulde waarde is de
testinterval in minuten.
6. Het
‘RP/YS number’
is de waarde die wordt
doorgemeld als extensie indien de gebeurtenis uit 2
t/m 5 optreedt.
7. Wil men gebeurtenissen zowel via de MPI 232 als
de RD 6201 versturen, dan moet de optie ‘Dual
reporting’ op ‘Yes’ worden ingesteld. Indien de
gebeurtenissen in de RD 6201 en de MPI bij de
rapportage-opties zijn verwezen naar meldbanken,
dan worden ze ook daadwerkelijk doorgemeld.
8. indien ASCII karakters vanaf 127 correct
doorgemeld moeten worden, dan moet deze optie
op ‘Yes’ staan.
9. Indien gebruik wordt gemaakt van speciale mobiele
modems, zoals noodzakelijk voor Ram Mobile, dan
moet deze optie op ‘Yes’ staan. Alleen dan de MPI
correct controleren of het netwerk nog aanwezig is.
Protocol options menu Page 5/5
============================
1. Old events : No
2. YS MPI via RD : No
3. YS RD via MPI : No
4. RP when Line Fault of MPI : 000
5. RP when Line Fault of RD : 000
6. RP/YS number : 000
7. Dual reporting (MPI + RD) : No
8. RD style XSIA : No
9. Radio Modem : No
0. Back to main menu
+. Next page
-. Previous page
Make your choice:
Pagina 22 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
D
IRECTE
U
P
/D
OWNLOAD
Via de MPI 232 kan up/download worden verricht op verschillende manieren:
1.
Via twee modems. Een modem aan de MPI 232 en een modem aan de PC waarop Transport-PC
draait. De modems dienen beide of analoog of digitaal te zijn.
2.
Via een directe verbinding. De MPI 232 wordt rechtstreeks aangesloten op de seriële poort van de
PC waarop Transport-PC draait.
Bij gebruik van methode 1 kan Transport-PC worden gestart door aanbellen of door invoer van de U/D
gebruikerskode. Past men methode 2 toe, dan kan Transport-PC alleen worden gestart door invoer van de
U/D gebruikerskode.
Directe up/download betekent dat zonder extra hulpmiddelen, een up/download mogelijk is. Met name in
combinatie met de TDI 2801 zal deze methode van pas komen. De extra instellingen (uitgaande van
standaardinstellingen) voor de MPI 232 zijn:
Baudrate RS-232 port:
300 (in combinatie met CD95/15001 en CD14801)
Baudrate RS-232 port:
9600 (in combinatie met overige controlepanelen)
Transport-PC moet worden opgestart met :
TP (in combinatie met CD95/15001 en CD14801)
TP /B=9600 (in combinatie met overige controlepanelen)
Na opstarten van Transport-PC dient in het
‘Extra-menu
onder
‘<D> Communicatie tijden’
een
‘50%
extra’
tijd te worden ingevoerd (zie figuur 6)
Figuur 6.
Instellen extra communicatie-tijd
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 23
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
In de linker benedenhoek staat
‘B=:300’
vermeld. Dit is de gekozen baudrate. Kiest men bij opstarten
‘TP /B=9600’
, dan staat hier
‘B=:9600’
. Zodra de extra communicatie tijd is gekozen verschijnt in de rechter
benedenhoek
‘[COMM + 50%]’
.
Voor directe Up/Download maakt u gebruik van een volledige RS-232 aansluiting zoals aangegeven in
tabel 1 en figuur 5. Verwijder de spanning van de MPI 232, bijv. door verwijderen van de flatcable tussen de
MPI 232 en het controlepaneel (BU3). Zet dipswitch SW1-6 van de MPI 232 op
‘OFF’
. Breng de
voedingspanning weer aan. Start vervolgens Transport-PC op. Voer de U/D gebruikerskode in. Transport-
PC werkt nu alsof wordt aangebeld.
Na afloop van Transport-PC dient dipswitch SW1-6 weer op
‘ON’
gezet te worden. Deze melding verschijnt
na verbreken van de verbinding tussen MPI 232 en PC ook op de displays van de bediendelen.
Bij gebruik van directe Up/Download wordt geen doormelding gedaan van starten van Up/Download (RB).
Wordt gebruik gemaakt van modems, dan dient een
‘U/D network address’
en een
‘U/D account code’
ingevuld te zijn.
Pagina 24 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
S
TORINGEN OPLOSSEN IN DE
MPI 232
De storingen welke worden genoemd zijn algemeen. Storingen welke door overdragers zoals de TDI 2801
worden veroorzaakt staan hier niet opgesomd. Storingen welke niet kunnen optreden bij gebruik van de
TDI 2801 worden wel genoemd. Het overzicht is dus een globaal overzicht.
Doormelding
Storing Oorzaak Oplossing
MPI 232 belt niet voor een
gebeurtenis.
Geen
‘Network Address’
ingevoerd.
Geen
‘Account code’
ingevoerd
voor het betreffende systeem.
Gebeurtenissen niet toegekend
aan
‘Central Stations’
.
Geen
‘Dial string’
ingevoerd.
Voer
‘Network address’
in.
Voer de
‘Account code’
in voor
het betreffende systeem.
Bij
‘Report options’
gebeurtenis
toewijzen aan
‘Central station
.
Voer een
‘Dial string’
in.
MPI 232 belt voor een
gebeurtenis, maar de
verbinding wordt bijna direct
verbroken na opbouw
verbinding (vnl. PSTN
modems).
‘Wait for modem dial reply
time’
te laag.
S7 register in modem te laag.
Verhoog
‘Wait for modem dial
reply time’
(Protocol options)
Verhoog S7 instelling via
‘Modem
init string’
.
MPI 232 verbreekt voordat
melding volledig is
overgedragen.
Overdager/modem maakt geen
gebruik van DCD signaal.
Controleer RS232 aansluitkabel.
Indien het modem/overdrager
geen DCD signaal afgeeft, zet de
‘DCD timeout
op 255 (Protocol
options).
MPI 232 verbreekt de
verbinding niet wanneer
doormelding beëindigd.
Modem/overdrager gebruikt geen
DCD of DTR signaal.
Zet de
‘DCD timeout
op 255
(Protocol options)
Up/Download
Storing Oorzaak Oplossing
Transport-PC verbreekt de
verbinding direct nadat de
verbinding is gemaakt.
Transport-PC timing is verkeerd.
Verhoog
‘<D> Communicatie
tijden’
in
‘Extra-menu
van
Transport-PC
Transport-PC verbreekt de
verbinding en op beeldscherm
verschijnt
‘Foute checksum
...’
(alleen bij gebruik PSTN
modems)
Modem initialisatie niet compleet.
Wijzig (of voeg toe) in de
Transport-PC
‘Modem
Initialisatiestrings
onder
‘Basisinstelling’
ATS0=0&H0&I0&K0&M0.
Dit schakelt alle flow-control en
data-compressie uit.
MPI 232 belt niet naar PC
wanneer de U/D gebruikers-
kode wordt ingevoerd (U/D via
modems)
Er is geen
‘U/D Network
address’
ingevoerd.
Voer een
‘U/D Network address’
in (Central station menu).
MPI 232 belt niet terug naar de
PC na aanbellen.
‘PC calls
staat op
‘No’
.
Geen
‘U/D Network address’
Zet
‘PC calls
op
‘Yes’
(Protocol
options).
Voer een
‘U/D Network address’
Handleiding voor de MPI232V2 Pagina 25
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
Storing Oorzaak Oplossing
ingevoerd.
Er is een
‘CLID string’
ingevoerd
terwijl het modem dit niet
ondersteund.
in (Central station menu).
Wis de
‘CLID strings’
(Protocol
options)
Directe Up/Download
Storing Oorzaak Oplossing
Na opstarten geeft Transport-
PC
‘Geen modem
gevonden’
.
De PC is niet correct aan
g
esloten.
MPI 232 is niet correct ingesteld.
Baudrates komen niet overeen.
Controleer de bekabeling (fig.
5/tabel 1).
Zet dipswitch SW1-6 op
‘Off’
en
dipswitch SW1-3 op
‘On’
.
Verwijder spanning van MPI 232
en breng deze weer aan (BU3).
Controleer de baudrate (Protocol
options).
Nadat U/D gebruikerskode is
ingevoerd verschijnt geen
‘Telefoon rinkelt’
.
Dipswitch SW1-3 staat op
‘Off’
.
Baudrate niet correct
Zet SW1-3 op
‘On’
.
Controleer de baudrate (Protocol
options)
Download naar een
CD148/95/15001 mislukt,
maar upload lukt wel.
Baudrate te hoog.
Gebruik een baudrate van 300
Bps (Protocol options).
Overige
Storing Oorzaak Oplossing
Bediendeel leest nullen of is
leeg wanneer via
controlepaneel naar
kiezerprogrammering.
Dipwswitch SW1-1 is
‘Off’
.
Geen RD6201 aangesloten op de
MPI 232 (SW1-1 op
‘On’
).
Zet dipswitch SW1-1 op ‘On’
Hiermee kan de RD6201
geprogrammeerd worden. De
MPI 232 toont hier alleen nullen
of spaties.
Alleen handmatige testmelding is
beschikbaar voor de MPI 232.
Voor alle mogelijkheden dient een
RD6201 aangesloten te zijn.
Pagina 26 Handleiding voor de MPI232V2
MPI232V2 - II /v227p – 12-08-9
G
EBRUIK MET DE
TDI 2801
Wordt de MPI 232 aangesloten op de TDI 2801, dan kan voor de bekabeling gebruik worden gemaakt van
de programmeerkabel. De programmering van de TDI 2801 bestaat uit het invoeren van het
aansluitnummer en het klantnummer. Verdere programmering is niet noodzakelijk.
De 16 ingangen kunnen nog steeds gebruikt worden.
Gebruik
[shift]-[1]
om de informatie te bekijken welke de MPI 232 naar de TDI 2801 zendt.
M
INIMALE PROGRAMMERING
De MPI 232 V2 moet als minimale programmering worden voorzien van de volgende instellingen:
1. Voer bij Central station 1 een telefoonnummer in (mag niet leeg zijn!)
2. Voer voor ieder systeem van het controlepaneel een klantnummer in. Geef dit door aan de meldkamer.
Ieder systeem kan apart worden doorgemeld met een eigen klantnummer.
3. Controleer de rapportage-opties. Wijzig deze naar wens.
4. Stel de protocol-opties naar wens in. Standaard zal hier voor doormelding via de TDI 2801 geen
wijziging gemaakt hoeven te worden. Wijzigingen die eventueel mogelijk zijn:
Instellen van de testtijd voor de testmelding
Instellen ‘One account per call’ op ‘Yes’
Instellen ‘One event per block’ op ‘Yes’
5


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Aritech MPI 232V2 at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Aritech MPI 232V2 in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 0,44 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info