59Hoofdstuk 4 Problemen oplossen
4 Kies een interface voor de PPPoE-voorziening uit het venstermenu 'Ethernet'. Kies
'Ethernet' als u verbinding wilt maken met een bekabeld netwerk, of 'AirPort' als u
verbinding wilt maken met een draadloos netwerk.
5 Geef de informatie op die u van uw internetaanbieder hebt ontvangen, zoals de
accountnaam, het wachtwoord en de naam van de PPPoE-voorziening (indien
noodzakelijk).
6 Klik op 'Pas toe' om de instellingen te activeren.
Netwerkverbindingen
Controleer of de Ethernet-kabel is aangesloten op de MacBook Pro en op de netwerk-
aansluiting. Controleer ook of de kabels en de voedingen van de Ethernet-hubs en
-routers goed zijn aangesloten.
Als twee of meer computers gebruikmaken van dezelfde internetverbinding,
controleert u of het netwerk correct is gecongureerd. Hiervoor moet u weten of uw
internetaanbieder één of meerdere (één voor elke computer) IP-adressen verstrekt.
Als u slechts één IP-adres hebt, moet u een router hebben die het delen van één IP-
adres door meerdere computers mogelijk maakt. Dit wordt wel NAT (Network Address
Translation) of "IP masquerading" genoemd.
Raadpleeg voor informatie over de conguratie de documentatie die bij de router
is geleverd of neem contact op met degene die het netwerk heeft gecongureerd.
Met een AirPort-basisstation kunt u één IP-adres delen met meerdere computers.
Raadpleeg Mac Help of ga naar de AirPort-website van Apple op
www.apple.com/nl/support/airport voor meer informatie over het gebruik van
een AirPort-basisstation.