Bijlage A Voorzieningen voor mensen met een beperking 123
Ondertiteling en bijschriften aanpassen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Toegankelijkheid' >
'Ondertiteling en bijschriften' > 'Stijl'. Hier kunt u een bestaande stijl kiezen voor de bijschriften of
een nieuwe stijl aanmaken op basis van:
•
Lettertype, grootte en kleur
•
Kleur en doorzichtigheid van achtergrond
•
Doorzichtigheid van tekst, randstijl en markering
Niet alle videobestanden bevatten bijschriften voor geluid.
Monogeluid en balansaanpassing
Met monogeluid wordt het geluid van de linker- en rechterkanalen in een monosignaal
gecombineerd dat op beide kanalen wordt afgespeeld. Op deze manier hoort u alles met één oor, of
via beide oren waarbij het ene kanaal luider is dan het andere.
Monogeluid in- of uitschakelen en de balans aanpassen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' >
'Toegankelijkheid' en schakel 'Monogeluid' in of uit.
Toewijsbare tonen
U kunt aan personen in uw lijst met contactpersonen bepaalde tonen toewijzen, zodat u weet
wie u een verzoek voor een FaceTime-gesprek stuurt. Bovendien kunt u tonen toewijzen die u
waarschuwen voor allerlei andere gebeurtenissen, zoals nieuwe voicemail, nieuwe e-mail, verzonden
e-mail, tweets, Facebook-berichten en herinneringen. Zie Geluiden wijzigen en uitschakelen op
pagina 31.
U kunt beltonen kopen via de iTunes Store op de iPad. Zie Hoofdstuk 22, iTunes Store, op pagina 99.
Begeleide toegang
Begeleide toegang zorgt ervoor dat een iPad-gebruiker zich beter op een taak kan richten. Met
begeleide toegang wordt de iPad beperkt tot één bepaalde app, waarbij u bepaalt welke functies
van de app beschikbaar zijn. Met begeleide toegang kunt u:
•
De iPad tijdelijk beperken tot een bepaalde app
•
Gebieden van het scherm die niet relevant zijn voor een taak uitschakelen of gebieden
uitschakelen waar een onbedoeld gebaar de gebruiker kan aeiden
•
De hardwareknoppen van de iPad uitschakelen
Begeleide toegang gebruiken: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Toegankelijkheid' > 'Begeleide
toegang'. Hier kunt u het volgende doen:
•
Begeleide toegang in- of uitschakelen
•
Een toegangscode instellen die het gebruik van begeleide toegang regelt en voorkomt dat een
gebruiker een actieve sessie verlaat
•
Instellen of andere activeringsknoppen beschikbaar zijn tijdens een sessie
Een sessie met begeleide toegang starten: Open de app die u wilt uitvoeren en druk driemaal op
de thuisknop. Pas de instellingen voor de sessie aan en klik op 'Start'.
•
Regelaars en gebieden van het scherm van de app uitschakelen: Omcirkel de gedeelten van het
scherm die u wilt uitschakelen. Met de grepen kunt u het gebied aanpassen.
•
De knop voor de sluimerstand of de volumeknoppen inschakelen: Tik op 'Opties' onder
de hardwareknoppen.