751193
5
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/36
Next page
VAATWASMACHINES
Schakel de vaatwasmachine pas in nadat u deze handleiding heeft doorgelezen!
GEBRUIKSAANWIJZING NL
EGSP 24698 E
2
Voordat u de stekker van de vaatwasmachine in het stopcontact steekt
en begint met het gebruik, moet u de volledige gebruiksaanwijzing en in-
stallatiehandleiding aandachtig doorlezen. De aanwijzingen hieruit helpen
bij het vermijden van lichamelijk letsel en beschadiging van het apparaat.
Bewaar de documentatie van de vaatwasmachine op een veilige plaats,
zodat u hem altijd kunt raadplegen.
Deze gebruiksaanwijzing is opgesteld voor verschillende apparaten en
het kan gebeuren dat sommige functies niet van toepassing zijn op uw
apparaat.
BESTE GEBRUIKER!
GEFELICITEERD MET UW KEUZE VOOR EEN PRODUCT VAN
PREMIERE
Hieronder vindt u de verklaring van de symbolen die voorkomen in deze gebruiksaanwijzing:
Verbod op het uitvoeren van bepaalde
handelingen door de gebruiker.
Gevaren die voortkomen uit onjuist
gebruik van het apparaat en handelingen
die alleen mogen worden verricht door
competente personen, bijvoorbeeld van de
service van de producent.
De vaatwasmachine is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk gebruik.
De producent behoudt zich het recht voor
om wijzigingen aan te brengen die het
gebruik van het apparaat niet beïnvloeden.
Belangrijke informatie voor de veiligheid
van de gebruiker en de juiste exploitatie
van het apparaat.
Aanwijzingen voor het gebruik van het
apparaat.
i
Informatie over milieubescherming.
INHOUDSOPGAVE
AANWIJZINGEN VOOR VEILIG GEBRUIK 3
HOE ZORG IK VOOR HET MILIEU 6
INSTALLATIE VAN HET APPARAAT 7
MAAK KENNIS MET UW APPARAAT 9
VOORBEREIDING VAN HET APPARAAT 11
INRUIMEN VAN DE VAATWASMACHINE MET VAATWERK 16
INSCHAKELEN VAN HET APPARAAT EN PROGRAMMAKEUZE 19
PROGRAMMATABEL 21
REINIGING EN ONDERHOUD 22
FOUTCODES EN HANDELINGEN BIJ STORINGEN 23
PRAKTISCHE ADVIEZEN EN NUTTIGE INFORMATIE 24
INBOUWEN VAN HET APPARAAT 25
PRODUCTKAART 32
3
AANWIJZINGEN VOOR VEILIG GEBRUIK
Voor de installatie
Controleer het apparaat met
het oog op transportbescha-
digingen. U mag een bescha-
digd apparaat nooit installeren
of gebruiken. Neem bij twijfel
contact op met de verkoper.
Voor het eerste gebruik
Bekijk de aanwijzingen voor
de installatie (hieronder).
Laat de aarde-aansluiting
uitvoeren door een gekwa-
liceerde elektricien.
De producent is niet aan-
sprakelijk voor schade die
is ontstaan door het gebruik
van een nietig geaard appa-
raat.
Controleer voordat u het
apparaat aansluit of de ge-
gevens die staan vermeld
op het typeplaatje overeen-
komen met de gegevens
van het lokale elektriciteit-
snetwerk.
Koppel tijdens de installatie
de vaatwasmachine los van
het elektriciteitsnet.
Gebruik altijd de originele
stekker die is meegeleverd
met het apparaat.
Sluit het apparaat niet aan
op het elektriciteitsnet met
behulp van een verleng-
snoer. Verlengsnoeren bie-
den onvoldoende veiligheid
(ze kunnen bv. oververhit
raken).
Na de installatie van het
apparaat moet de stekker
goed toegankelijk zijn.
Dit apparaat mag worden
gebruikt door kinderen die
ouder zijn dan 8 jaar en door
personen met fysieke of
geestelijke beperkingen en
personen zonder ervaring en
kennis van het apparaat, in-
dien er toezicht is of wanneer
zij zijn geïnstrueerd over
veilig gebruik van het appa-
raat, op zodanige wijze dat
de gevaren begrijpelijk zijn.
Kinderen mogen niet met
het apparaat spelen. Zonder
toezicht mogen kinderen het
apparaat niet reinigen of on-
derhouden.
Zorg dat kinderen die jonger
zijn dan 3 jaar niet bij het ap-
paraat kunnen komen, tenzij
ze onder permanent toezicht
staan.
Veiligheid van kinderen
Laat kinderen niet met dit
apparaat spelen.
Afwasmiddelen voor vaat-
wasmachines kunnen een
bijtende werking hebben
op de ogen, mond en keel.
Lees de veiligheidsaanwij-
zingen die door de produ-
cent van het afwasmiddel
op de verpakking zijn ge-
plaatst.
4
AANWIJZINGEN VOOR VEILIG GEBRUIK
Laat kinderen nooit zonder
toezicht als het apparaat
openstaat. Er kunnen zich
nog resten afwasmiddel in
bevinden.
Het water in de afwasma-
chine is niet geschikt om te
drinken. Gevaar voor letsel
als gevolg van bijtende mid-
delen.
Wees voorzichtig als u de
deur tijdens het waspro-
gramma opent vanwege de
hoge watertemperatuur.
Plaats lange en scherpe/
puntige voorwerpen (bv.
vorken, messen) in de be-
stekkorf, met de punt naar
beneden, of leg ze plat in
de bovenste korf, om even-
tueel letsel te voorkomen.
Dagelijkse bediening
Gebruik het apparaat alleen
in het huishouden voor de
volgende handelingen: het
afwassen van vaatwerk.
Gebruik geen chemische
oplosmiddelen in het appa-
raat, er bestaat gevaar voor
ontplofng.
Ga niet zitten of staan op de
open deur en leg er geen
voorwerpen op. Het appa-
raat kan kantelen.
Maak de deur tijdens de
werking van het apparaat
niet open. Er kan heet water
of stoom ontsnappen.
Laat de deur niet open
staan, omdat dit gevaar kan
opleveren.
Bij problemen
Laat reparaties en wijzigin-
gen van het apparaat uit-
sluitend uitvoeren door de
gekwaliceerde medewer-
kers van een servicedienst.
Bij problemen of reparaties
koppelt u het apparaat los
van het elektriciteitsnet:
koppel het apparaat los
door de stekker uit het stop-
contact te trekken,
schakel de zekering uit.
Trek niet aan de kabel, al-
leen aan de stekker. Sluit
de watertoevoer.
Aanbevelingen
Spoel de etensresten van
het vaatwerk voordat u
het in de vaatwasmachine
plaatst om energie en water
te besparen. Schakel de
vaatwasmachine in als hij
helemaal vol is.
Gebruik het voorwaspro-
gramma alleen indien nood-
zakelijk.
Zet schalen, glazen en be-
kers met de onderkant naar
boven in het apparaat.
Zet geen vaatwerk dat niet
geschikt is om af te wassen
in de vaatwasmachine en
zet de vaatwasmachine niet
te vol.
5
AANWIJZINGEN VOOR VEILIG GEBRUIK
Vaatwerk dat niet geschikt
is om af te wassen in de
vaatwasmachine
Asbakken, kaarsresten,
schoonmaakpasta’s, ver-
ven, chemische stoffen,
ijzerlegeringen;
Vorken, lepels en messen
met een handvat van hout,
ivoor of parelmoer; gelijmde
elementen, voorwerpen die
zijn verontreinigd met een
schuurmiddel, zuur of base;
Plastic vaatwerk dat niet
bestand is tegen hoge tem-
peraturen, containers van
koper of tin;
Voorwerpen van aluminium
en zilver (kunnen verkleu-
ren of mat worden);
Sommige tere glassoorten,
porselein met sieropdruk,
deze verbleken al na de
eerste wasbeurt; sommig
vaatwerk van kristal, om-
dat ze in de loop van de
tijd hun transparantie ver-
liezen, gelijmd bestek dat
niet bestand is tegen hoge
temperaturen, glaasjes
van loodkristal, snijbladen,
voorwerpen gemaakt van
synthetische vezels;
Absorberende voorwerpen
als sponsjes of keuken-
doekjes zijn niet geschikt
om te wassen in de vaat-
wasmachine.
Houd er bij toekomstige aan-
kopen rekening mee of het
vaatwerk geschikt is om af te
wassen in de vaatwasmachi-
ne.
RECYCLING
De verpakking en sommige
onderdelen van het apparaat
zijn gemaakt van materialen
die geschikt zijn om te recy-
clen. Zij zijn voorzien van het
recyclingsymbool en informa-
tie over het type materiaal.
Voordat u overgaat op het
gebruik van het apparaat
moet u de verpakking van het
apparaat halen en verwijderen
in overeenstemming met de
voorschriften.
Waarschuwing
De verpakking kan gevaarlijk
zijn voor kinderen.
Materialen die geschikt zijn
voor hergebruik kunt u inleve-
ren bij het lokale inzamelpunt.
Extra informatie kunt u verkrij-
gen bij de lokale autoriteiten
en de punten voor afvalver-
werking.
6
HOE ZORG IK VOOR HET MILIEU
De gebruiker is verplicht om
het aan te bieden bij een
inzamelpunt voor gebruikte
elektrische en elektronische
apparatuur. De inzamelende
instanties, waaronder lokale
inzamelpunten, winkels en
gemeentelijke instanties,
vormen een geschikt syste-
em voor de inzameling van
deze apparatuur. De juiste
behandeling van gebruikte
elektrische en elektronische
apparatuur leidt tot het ver-
mijden van consequenties
die schadelijk zijn voor de
menselijke gezondheid
en de natuurlijke omgeving
en voortkomen uit de aan-
wezigheid van gevaarlijke
bestanddelen en verkeerde
opslag en verwerking van
dergelijke apparatuur.
SLOPEN VAN HET OUDE
APPARAAT
Dit product is overe-
enkomstig de Euro-
pese richtlijn 2012/19/
EG en de Poolse wet
op gebruikte elektrische en
elektronische apparatuur ge-
merkt met het symbool van
een doorgekruiste verrijdba-
re afvalbak.
Dit merkteken informeert dat
dit apparaat na aoop van
zijn levensduur niet samen
met ander huishoudelijk
afval verwijderd mag wor-
den.
7
INSTALLATIE VAN HET APPARAAT
Plaatsing van het apparaat
Kies een installatieplaats waar u voldoende
ruimte heeft om vaatwerk in en uit de vaat-
wasmachine te ruimen.
Plaats het apparaat niet in een ruimte waar de
temperatuur kan dalen tot onder 0 °C.
Pak het apparaat uit voordat u begint met
installatie. Handel hierbij in overeenstemming
met de waarschuwingen op de verpakking.
Plaats het apparaat in de buurt van een kraan
of waterafvoer. Houd er bij de installatie van
de vaatwasmachine rekening mee dat de
aansluitingen na hun uitvoering niet meer
veranderen.
Houd het apparaat bij verplaatsing niet vast
aan de deur of het bedieningspaneel.
Zorg voor voldoende ruimte aan alle kanten
van het apparaat, zodat u vrij toegang heeft
tot de vaatwasmachine tijdens het schoonma-
ken.
Zorg ervoor dat tijdens het plaatsen van de
vaatwasmachine de wateraanvoerslang en
de afvoerslang niet worden dichtgeknepen.
Zorg er ook voor dat het apparaat niet op de
voedingskabel staat.
Zet de vaatwasmachine waterpas met
behulp van de verstelbare voetjes. Een juiste
plaatsing van de vaatwasmachine zorgt voor
probleemloos openen en sluiten van de deur.
Als de deur van de vaatwasmachine niet goed
sluit, controleer dan of het apparaat stabiel op
de grond staat; als dit niet het geval is kunt
u dit bijstellen met behulp van de verstelbare
voetjes.
Wateraansluiting
Zorg ervoor dat de waterleidingsinstallatie
geschikt is voor de installatie van de vaatwasma-
chine. Bovendien raden wij aan om een lter te
monteren op het punt waar het water de woning of
het huis binnenkomt, om beschadigingen van het
apparaat te voorkomen als gevolg van verontrei-
nigingen (zand, klei, roest, etc.) die soms in het
water voorkomen; dit
voorkomt ook vergeling
en het ontstaan van
neerslag na het wassen.
Wateraanvoerslang
Gebruik niet de wa-
teraanvoerslang van de
oude vaatwasmachine.
Gebruik de nieuwe
wateraanvoerslang die
is meegeleverd met
het apparaat. Spoel de
binnenkant van de slang
uit met water voordat
u hem aansluit. Sluit
de wateraanvoerslang
direct aan op de water-
kraan. De waterdruk in
de installatie moet minimaal 0,03 MPa en maxi-
maal 1 Mpa bedragen. Als de waterdruk hoger is
dan 1 MPa moet u voor de vaatwasmachine een
drukregelaar installeren.
Na uitvoering van de aansluiting moet u de kraan
volledig openzetten en de dichtheid controleren.
Uit veiligheidsoverwegingen moet u de wateraan-
voerkraan na iedere afwasbeurt sluiten.
ATTENTIE: In sommige modellen vaat-
wasmachines is het watertoevoersysteem
Aquastop toegepast. Bij toepassing van
Aquastop treedt gevaarlijke druk op.
Sluit de watertoevoer Aquastop niet af.
Zorg ervoor dat hij niet wordt ingepakt of
verdraaid.
i
Afvoerslang
U kunt de wateraanvoerslang direct aansluiten op
de waterafvoer of op de mof van de afvoer van de
gootsteen. U kunt het water ook direct afvoeren in
de gootsteen met behulp van een speciale houder
(indien beschikbaar), door de gebogen buis op zijn
rand te hangen. De aansluiting moet zich op een
hoogte van minimaal 50 cm en maximaal 110 cm
bevinden, gemeten vanaf de vloer.
Als de toegepaste afvoerslang langer is
dan 4 m, kan het vaatwerk vuil blijven. De
producent is niet aansprakelijk voor scha-
de die is veroorzaakt door een dergelijke
situatie
Attentie!
Draai uit veiligheidsoverwegingen de kraan
na elke afwasbeurt dicht
min 50cm/max 110cm min 50cm/max 110cm
9
MAAK KENNIS MET UW APPARAAT
Hieronder zijn de elementen van uw apparaat opgesomd (Afb. 1):
1. Plank
2. Bovenste korf
3. Interne buis
4. Onderste korf
5. Zoutvakje
6. Dispenser
7. Rooster voor kopjes
8. Sproeiarmen
9. Filtercomponent
10. Verbindingsstuk wateraanvoerbuis
11. Waterafvoerbuis
10
MAAK KENNIS MET UW APPARAAT
Bedieningspaneel (Afb. 2).
1. De Aan/Uit-knop dient voor het in- en uitschakelen van het apparaat.
2. Programmakeuzeknop: druk op de knop om het afwasprogramma te kiezen.
3. Knop halve lading: druk op de knop om de functie halve lading te kiezen. (De functie halve lading
wordt aanbevolen wanneer u maximaal 6 complete couverts laadt. Met deze functie verbruikt u
minder water en energie. U kunt de functie gebruiken in combinatie met de programma’s Intensief,
ECO en 90 min.).
4. Aanduidingen programmakeuze: tonen welk programma is gekozen.
5. Indicator halve lading
6. Indicator extra drogen
7. Indicators voor uitgestelde start: tonen de uitgestelde starttijd (3h/6h/9h/12h).
8. Indicator ontbrekend glansspoelmiddel
Indicator ontbrekend zout
Toont wanneer u de betreffende dispenser moet bijvullen
9. Knop extra drogen: druk op de knop om de functie extra drogen te kiezen.(U kunt de functie ge-
bruiken in combinatie met de programma’s Intensief, ECO en 90 min. Na het kiezen van de functie
extra drogen, zal de watertemperatuur tijdens het spoelen in de programma’s Intensief, ECO en 90
min oplopen tot 69°C. U kunt niet tegelijkertijd kiezen voor de functie halve lading en extra drogen.).
10. Knop uitgestelde start: druk op de knop om de start van de afwascyclus uit te stellen.
11. Start/Pauzeknop: voor het inschakelen van het gekozen afwasprogramma of het stoppen van het
afwasprogramma tijdens de cyclus.
11
VOORBEREIDING VAN HET APPARAAT
De betekenis van waterontkalking
Voor een goede werking heeft de vaat-
wasmachine zacht water nodig (met een
laag kalkgehalte). Anders blijft er op het
vaatwerk en in het apparaat witte kalkaan-
slag achter. Dit heeft negatieve invloed op
de kwaliteit van het afwassen, drogen en
glanzen. Als het water door de wateront-
hardingsinstallatie loopt, worden de ionen
die verantwoordelijk zijn voor de water-
hardheid verwijderd. Het water is dusdanig
zacht dat de beste afwasresultaten worden
bereikt. Afhankelijk van de hardheidsgraad
van het water verzamelen de ionen die
verantwoordelijk zijn voor de waterhard-
heid zich snel in de wateronthardingsin-
stallatie. De wateronthardingsinstallatie
moet daarom worden ververst om ervoor
te zorgen dat hij ook tijdens de volgende
wasbeurt voldoende effectief werkt. Daar-
om moet u zout voor vaatwasmachines
toepassen.
i
Vul de zoutdispenser alleen bij het eerste
gebruik met water.
Strooi geen keukenzout in de vaatwasmachine.
In de loop van de tijd kan de werking van de zout-
dispenser minder worden. Na inschakeling van de
vaatwasmachine vult de zoutdispenser zich met
water. Daarom moet u het zout in de dispenser
strooien voordat u de vaatwasmachine inschakelt.
Hierdoor wordt het gemorste zout direct wegge-
wassen tijdens het afwasprogramma. Wanneer u
direct na het strooien van het zout de vaatwasma-
chine niet gaat gebruiken, schakel dan het korte
afwasprogramma in bij een lege vaatwasmachine.
Hiermee voorkomt u beschadiging (corrosie) van
de vaatwasmachine als gevolg van het zout dat is
gemorst tijdens het vullen van de dispenser.
Vullen met zout
Gebruik zout dat is bestemd voor vaatwasma-
chines. Om het zout toe te voegen haalt u eerst
de onderste korf uit het apparaat en opent u het
deksel van de zoutdispenser door het naar links te
draaien - (1). Maak de zoutdispenser eerst vol met
Voor het eerste gebruik van de vaatwas-
machine
Controleer voordat u het apparaat aan-
sluit of de gegevens die staan vermeld
op het typeplaatje overeenkomen met
de gegevens van het lokale elektrici-
teitsnetwerk.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal
uit het interieur van het apparaat.
Bereid een wateronthardingsmiddel
voor.
Giet het glansspoelmiddel in het daar-
voor bestemde vakje.
zout (~1,5 kg zout) en water (2), gebruik hiervoor
de meegeleverde trechter (2). Plaats het deksel en
sluit af. Als het controlelampje voor het zout op het
bedieningspaneel brandt, moet u de zoutdispenser
opnieuw vullen.
i
Teststrip
De effectiviteit van de afwas in de vaatwasmachine is afhankelijk van de waterhardheid in de lei-
ding. Daarom is het apparaat is uitgerust met een systeem dat de waterhardheid vermindert. De
effectiviteit van de afwas stijgt als dit systeem op de juiste manier is ingesteld. Om het niveau
van de waterhardheid in de omgeving te controleren kunt u contact opnemen met het plaatselij-
ke waterleidingbedrijf. U kunt ook zelf de waterhardheid vaststellen met behulp van een teststrip
(indien beschikbaar).
Open de
verpakking
met de
teststrip
Laat
gedurende 1
minuut water
uit de kraan
lopen.
Houdt de
teststrip 1
seconde in
het water.
Schud de
waterresten
van de strip.
Wacht 1
minuut
Stel de waterhardheid in de vaatwasmachine
in conform de uitgevoerde meting
Niveau 1 – geen kalk
Niveau 2 – bijzonder laag kalkgehalte
Niveau 3 – laag kalkgehalte
Niveau 4 – gemiddelde kalkgehalte
Niveau 5 – hoger kalkgehalte
Niveau 6 – hoog kalkgehalte
Gebruik uitsluitend zout dat speciaal be-
stemd is voor vaatwasmachines.
12
VOORBEREIDING VAN HET APPARAAT
Vul de zeepdispenser met afwasmiddel
Druk op de druksluiting om de zeepdispenser te
openen, zoals getoond op de tekening. (1) Aan de
binnenkant van de zeepdispenser bevindt zich een
maataanduiding. Met behulp van deze aanduidin-
gen (lijnen) kunt u de juiste hoeveelheid afwasmid-
del afmeten. Er kan maximaal 30 g afwasmiddel in
de zeepdispenser.
Open de verpakking met het afwasmiddel voor
vaatwasmachines en strooi in het grootste vakje
een hoeveelheid van 25 cm3 bij sterk verontreinigd
vaatwerk of 15 cm3 bij minder sterk verontreinigd
vaatwerk. (2) Als het vaatwerk langere tijd niet is
gewassen of bij opgedroogde etensresten, strooit
u na het laden van de vaatwasmachine (a) 5 cm3
afwasmiddel in de dispenser voor voorwassen
en schakelt u de vaatwasmachine in. Afhankelijk
van de mate van verontreiniging van het vaatwerk
en de waterhardheid kan het nodig zijn om extra
afwasmiddel toe te voegen.
Gecombineerde afwasmiddelen (bv. "2-in-1",
"3-in-1", etc.)
Er komen 3 soorten afwasmiddel voor:
1. fosfaat- en chloorhoudende middelen;
2. fosfaathoudende en chloorvrije middelen;
3. fosfaat- en chloorvrije middelen.
De nieuwste tabletten zijn meestal fosfaatvrij. Om-
dat fosfaten waterverzachtende eigenschappen
hebben, raden wij aan om zout te gebruiken, zelfs
wanneer de waterhardheid slechts 6°dH bedraagt.
Als u een fosfaatvrij afwasmiddel gebruikt op
plaatsen met hard water, kunnen op het vaatwerk
en de glazen witte sporen achterblijven. U kunt
dit voorkomen door de hoeveelheid afwasmiddel
te vergroten. Chloorvrije afwasmiddelen hebben
minder sterke blekende eigenschappen. Daardoor
kan het gebeuren dat gekleurde vlekken niet goed
worden verwijderd. Kies in dat geval een program-
ma met een hogere afwastemperatuur.
In het algemeen bereikt u met gecombineerde
afwasmiddelen alleen bevredigende resultaten
onder bepaalde voorwaarden. Dergelijke afwas-
middelen bevatten glansspoelmiddel en/of zout
in bepaalde hoeveelheden. Wij raden echter bij
toepassing van gecombineerde tabletten aan om
regeneratiezout te gebruiken.
Waar moet u op letten als u dergelijke produc-
ten gebruikt:
Controleer altijd de samenstelling van het
gebruikte afwasmiddel en of het een gecombi-
neerd product is.
Controleer of het gebruikte afwasmiddel
geschikt is voor de waterhardheid van het
kraanwater dat gebruikt wordt in de vaatwas-
machine.
Houd u aan de aanwijzingen op de verpakking
van het product.
Als het afwasmiddel de vorm heeft van ta-
bletten mag u ze nooit in de bestekkorf doen.
Plaats het tablet altijd in de zeepdispenser.
Toepassing van deze middelen heeft alleen
goede resultaten bij bepaalde toepassingen.
Als u dit type afwasmiddel gebruikt, moet u
contact opnemen met de producent en infor-
meren naar de juiste toepassingsvoorwaar-
den.
Wanneer de voorwaarden voor toepassing van
dergelijke afwasmiddelen en de instellingen
van de vaatwasmachine juist zijn, bespaart u
zout en/of glansspoelmiddel.
Wanneer de afwasresultaten bij toepassing
van afwasmiddelen van het type "2-in-1" of
"3-in-1" niet bevredigend zijn (wanneer er
kalkresten of watersporen achterblijven op het
vaatwerk), moet u contact opnemen met de
producent van het afwasmiddel. Reclamaties
op basis van toepassing van gecombineerde
afwasmiddelen vallen niet onder de garantie
van de vaatwasmachine.
Aanbevolen gebruikswijze: Voor het beste
resultaat bij gecombineerde afwasmid-
delen voegt u zout en glansspoelmiddel
toe aan de vaatwasmachine en stelt u de
waterhardheid en de hoeveelheid glans-
spoelmiddel in op de laagste waarde.
De oplosbaarheid van afwasmiddel in
de vorm van tabletten van verschillende
producenten kan verschillend zijn, reke-
ning houdend met temperatuur en tijd. Wij
raden daarom af om afwasmiddelen in de
vorm van tabletten te gebruiken bij korte
programma's. Voor korte programma's
raden wij aan om afwasmiddel in poeder-
vorm te gebruiken.
i
Bewaar de afwasmiddelen altijd op een
droge en koele plaats, buiten bereik van
kinderen. Vul de zeepdispenser vlak voor-
dat u het apparaat inschakelt.
Waarschuwing: Wanneer er zich bij de
toepassing van een gecombineerd afwas-
middel problemen voordoen die eerder
niet optraden, verzoeken wij u rechtstreeks
contact op te nemen met de producent van
het afwasmiddel.
Druk op de druksluiting om
te openen
Afwaspoeder
Afwastabletten
13
Stoppen met het toepassen van gecombineerde
afwasmiddelen
Vul de betreffende vakjes met zout en glans-
spoelmiddel.
Stel de waterhardheid in op het hoogste ni-
veau (6) en zet de lege vaatwasmachine aan.
Pas de waterhardheid aan.
Stel het glansspoelmiddel juist in.
VOORBEREIDING VAN HET APPARAAT
Vullen van het vakje met glansspoelmiddel en
keuze van de instelling
Een glansspoelmiddel wordt gebruikt om het
ontstaan van witte waterdruppels, kalkvlekken en
witte leksporen op het vaatwerk te voorkomen en
de kwaliteit van het droogproces te verbeteren. In
tegenstelling tot de algemene opvatting dient het
dus niet alleen om het vaatwerk te laten glanzen,
maar ook om het voldoende droog te maken. Let
er daarom op of er in de dispenser voldoende
glansspoelmiddel voor vaatwasmachines zit.
Als het controlelampje voor het glansspoelmiddel
op het bedieningspaneel brandt, moet u de dis-
penser voor glansspoelmiddel opnieuw vullen.
Om de dispenser te vullen met glansspoelmiddel
moet u het dopje losdraaien (1). Vul het vakje met
het glansspoelmiddel totdat de niveauaanduiding
donker wordt; (4) plaats het dopje en draai het
vast tot de markeringen op elkaar aansluiten. U
kunt nagaan of er nog voldoende glansspoelmid-
del in de vaatwasmachine zit door de niveau-aan-
duiding te controleren. Een donkere aanduiding (4)
betekent dat er glansspoelmiddel in de dispenser
zit. Als de aanduiding licht is (4), betekent dit dat u
het vakje moet bijvullen met glansspoelmiddel.
U kunt de niveauregelaar voor het glansspoel-
middel instellen binnen een bereik van 1 tot 6.
De fabrieksinstelling voor het glansspoelmiddel is
stand 4. Stel de regelaar in op een hogere stand
als na het afwassen watervlekken op het vaatwerk
zitten; als na het afvegen met de hand blauwe
vlekken achterblijven op het vaatwerk, moet u een
lagere stand van de regelaar instellen.
Waarschuwing: Gebruik uitsluitend
glansspoelmiddelen die zijn bestemd voor
huishoudelijke vaatwasmachines. Resten
glansspoelmiddel die zijn gemorst bij het
vullen van de dispenser zorgen voor een
grote hoeveelheid schuim en verminderen
daarmee de kwaliteit van het afwassen.
Veeg daarom het gemorste glansspoelmid-
del op met een doekje.
Vol
¾ gevuld
½ gevuld
¼ gevuld (u moet de dispenser bijvullen)
Leeg
C (Indicator glansspoelmiddel)
4
14
VOORBEREIDING VAN HET APPARAAT
Als het vaatwerk niet erg vuil is kunt u een lagere
dosis afwasmiddel toepassen dan de aanbevolen
hoeveelheid.
- dispenser
Druk op het dekseltje (1) tot het dichtklikt (2).
- Bij toepassing van een afwasmiddel in de vorm
van tabletten moet u de aanwijzingen van de pro-
ducent op de verpakking over de plaatsing van het
tablet in de afwasmachine opvolgen (bv. bestek-
mandje, zeepdispenser, etc.).
Sluit het deksel van de zeepdispenser ook wanne-
er u afwastabletten gebruikt.
Sluit de zeepdispenser
15
VOORBEREIDING VAN HET APPARAAT
Waterhard-
heid
Duitse graden
dH
Franse graden
dF
Britse graden
dE
Aanduid-
ing hard-
heidsniveau
Zoutverbruik
(g/cyclus)
1 0~5 0~9 0~6 H1 0
2 6-11 10-20 7-14 H2 9
3 12-17 21-30 15-21 H3 12
4 18-22 31-40 22-28 H4 20
5 23-34 41-60 29-42 H5 30
6 35-55 61-98 43-69 H6 60
Als de waterhardheid hoger is dan de maximale waarde die staat vermeld in bovenstaande tabel, of
wanneer u bronwater gebruikt, raden wij u aan om waterbehandelingslters en -apparaten te gebruiken.
ATTENTIE: De fabrieksinstellingen van het apparaat zijn aangepast aan een waterhardheid van niveau
3.
Afwasmiddelgebruik
Gebruik een afwasmiddel dat is bestemd
voor huishoudelijke vaatwasmachines. Op
de markt vindt u afwasmiddelen in de vorm
van poeder, gel en tabletten, bestemd voor
huishoudelijke vaatwasmachines. Plaats
het afwasmiddel in de dispenser voordat
u de vaatwasmachine inschakelt. Bewaar
afwasmiddelen op een koele en droge
plaats, buiten bereik van kinderen.
Doe de dispenser voor afwasmiddel niet
te vol; anders kunnen krassen ontstaan op
glazen en het is mogelijk dat het afwasmid-
del niet volledig oplost.
Wilt u meer informatie over het toegepaste
afwasmiddel? Neem dan rechtstreeks
contact op met zijn producent.
Waterhardheidstabel
i
1.Schakel het apparaat in;
2. Binnen 60 seconden na het inschakelen van de
vaatwasmachine drukt u op de Start/Pauze-knop
en houdt u deze langer dan 5 seconden ingedrukt.
3. Druk op de Start/Pauze-knop om de juiste
instellingen voor uw lokale omstandigheden te
kiezen. De volgende instellingen zijn mogelijk:
H1->H2->H3->H4->H5->H6;
4. Om de instelling te beëindigen drukt u op de
Start/Pauze-knop
12
16
INRUIMEN VAN DE VAATWASMACHINE MET VAATWERK
Bovenste korf
De bovenste korf is ontworpen voor het afwassen
van teer vaatwerk zoals glazen, kopjes, schotel-
tjes, etc. Vaatwerk dat in de bovenste korf wordt
geplaatst, moet minder vuil zijn dan vaatwerk in
de onderste korf. U kunt bovendien lange vorken,
messen en lepels op de roosters plaatsen zodat zij
de sproeiarmen niet blokkeren.
Onderste korf
Plaats in de onderste korf borden, schalen, pan-
nen, etc. Zorg ervoor dat het vaatwerk in de onder-
ste korf de sproeiarmen niet blokkeert, zodat ze
vrij rond kunnen draaien. In de onderste korf moet
u groot vaatwerk plaatsen, maar ook vaatwerk dat
moeilijker af te wassen is, bijvoorbeeld pannen,
koekenpannen, deksels, schalen, etc. Plaats het
vaatwerk met de bodem naar boven, zodat er zich
geen water in het vaatwerk verzamelt.
Uitklappen van de roosters voor kopjes
Dankzij deze roosters kunt u de inhoud van de
bovenste korf vergroten. U kunt glazen en bekers
op de roosters plaatsen.
Inklappen elementen van de onderste korf
Om de pannen beter te kunnen plaatsen kunt u de
elementen inklappen op de wijze die hieronder op
de afbeelding is getoond.
Plaats het vaatwerk zodanig dat ze de
sproeiarmen niet blokkeren.
i
Optillen van de korf naar
de bovenste positie
Naar boven drukken
van de handgrepen om
de korf te verlagen
Afstellen van de handgreep
Regeling van de hoogte van de in geruimde
bovenste korf
U kunt de hoogte van de bovenste korf regelen om
zowel in de bovenste als in de onderste korf meer
plaats te creëren voor groot vaatwerk. De hoogte
van de bovenste korf kan worden geregeld door
de korf op te tillen naar de bovenste positie en de
handgreep naar boven te drukken om hem weer te
laten zakken, zie de afbeelding hieronder.
17
INRUIMEN VAN DE VAATWASMACHINE MET VAATWERK
Bestekmand
Plaats het bestek in de bestekkorf, los van elkaar,
in de juiste positie. Let erop dat ze niet in elkaar
haken omdat dit kan veroorzaken dat het afwas-
proces niet juist verloopt.
Opgelet: Bestek mag
niet uitsteken buiten de
randen van de mand
Voor de beste afwaskwaliteit moet u het bestek in
de bestekkorf plaatsen, terwijl u er op let dat:
■ ze niet in elkaar haken;
■ het bestek naar boven is gericht;
■ lange elementen in het midden liggen.
18
INRUIMEN VAN DE VAATWASMACHINE MET VAATWERK
Standaardlading en onderzoeksresultaten
Inhoud:
Bovenste en onderste korf: 9-delig servies. De bovenste korf moet in de bovenste positie staan. Plaats
de kopjes op de roosters.
Afwasmiddel/Glansspoelmiddel
5+27g, conform de normen EN 50242, IEC 436 (internationale normen) / instellingdosering glansspoel-
middel: 6
Testprogramma
ECO, in overeenstemming met de norm EN 50242 (internationale normen).
Bovenste korf
Onderste korf
Bestekkorf
Informatie voor onderzoeken in overeenstem-
ming met de norm EN 50242
Inhoud - standaard 9-delig servies
Instelling bovenste korf - onderste positie
Program - ECO
Instelling dosering glansspoelmiddel - 6
Instelling regelaar waterhardheid - H3
Eetlepels
Vorken
Messen
Theelepeltjes
Dessertlepels
Opscheplepels
Serveervorken
Sauslepels
plank
plank
19
INSCHAKELEN VAN HET APPARAAT EN PROGRAMMAKEUZE
Inschakelen van het apparaat
1. Schuif de onderste en bovenste korf uit, plaats het vaatwerk erin en schuif de korven weer in de
vaatwasmachine.
Wij bevelen aan om eerst de onderste korf te laden en vervolgens de bovenste (zie het hoofdstuk “Inrui-
men van de vaatwasmachine met vaatwerk”).
2. Giet/strooi het afwasmiddel in de machine (zie het hoofdstuk “Zout, afwasmiddel en glansspoelmid-
del”).
3. Steek de stekker in het stopcontact. Voeding met een wisselspanning van 220-240 V/50 Hz, spe-
cicatie voor het stopcontact - 10A 250 V AC. Zorg ervoor dat de watertoevoer is ingeschakeld en
ingesteld op de maximale waterdruk.
4. Sluit de deur en druk op de aan/uit-knop.
5. Druk op de programmakeuzeknop, de afwasprogramma’s verschijnen in de volgende volgorde:
ECO->90 min->Kort->Intensief->ECO;
Druk vervolgens op de knop Start/Pauze, de vaatwasmachine start de afwascyclus.
ATTENTIE:
Na het indrukken van de knop Start/Pauze om de afwascyclus te stoppen, stopt de indicator voor
werking van de vaatwasmachine met knipperen en hoort u iedere minuut een geluidssignaal totdat u
opnieuw de knop Start/Pauze indrukt.
20
INSCHAKELEN VAN HET APPARAAT EN PROGRAMMAKEUZE
Wijziging van het programma
U kunt vaatwerk toevoegen op ieder moment voordat het zeepbakje het afwasmiddel vrijgeeft.
1. Druk op de knop Start/Pauze
2. Houd de deur schuin om het afwasprogramma te onderbreken.
3. Zodra de sproeiarmen zijn gestopt kunt u de deur volledig openen.
4. Plaats het extra vaatwerk.
5. Sluit de deur
6. Druk op de knop Start/Pauze en de vaatwasmachine begint te werken.
Na aoop van de afwascyclus
Na aoop van de afwascyclus hoort u gedurende 8 seconden een geluidssignaal, waarna de vaatwa-
smachine stopt. Schakel het apparaat uit met behulp van de Aan/Uit-knop, sluit de watertoevoer af en
open de deur van de vaatwasmachine. Wacht een paar minuten voordat u de vaatwasmachine uitruimt.
Het vaatwerk en bestek zijn tot die tijd namelijk heet en gevoelig voor breuken. Bovendien is het
vaatwerk daarna droger.
• Schakel de vaatwasmachine uit
Het programma is pas beëindigd wanneer het controlelampje van het afwasprogramma brandt, maar
niet knippert.
1. Schakel de vaatwasmachine uit met de aan/uit-knop.
2. Draai de watertoevoerkraan dicht!
• Open de deur voorzichtig.
Heet vaatwerk is gevoelig voor stoten. Laat in verband hiermee het vaatwerk circa 15 minuten afkoelen
voordat u het uit de machine haalt.
Open de deur van de vaatwasmachine, laat hem openstaan en wacht enkele minuten voordat u het
vaatwerk uitruimt. Hierdoor is het vaatwerk koeler en droger.
• Uitruimen van de vaatwasmachine
Het is normaal dat de vaatwasmachine vanbinnen nat is.
Leeg eerst de onderste, en daarna de bovenste korf. Hierdoor voorkomt u dat water uit de bovenste korf
op het vaatwerk in de onderste korf druppelt.
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om de deur tijdens het afwassen te openen, omdat heet water verbrandingen kan
veroorzaken.
Als u de deur tijdens het afwassen opent, stopt de vaatwasmachine de afwascyclus. De
programma-indicator stopt met knipperen en uw hoort elke minuut een geluidssignaal, totdat
u de deur weer sluit. Na het sluiten van de deur zal het apparaat na 10 seconden de werking
hervatten. Het apparaat beschikt over een geheugenfunctie. Na een stroomstoring zet hij het
gekozen afwasprogramma voort.
Voorwaarde:
1. U kunt de lopende afwascyclus alleen veranderen als hij nog maar korte tijd loopt. Anders is het
afwasmiddel misschien al vrijgekomen uit de dispenser en kan het afwaswater al weggepompt zijn uit
het apparaat. Als dit het geval is moet u de zeepdispenser bijvullen (zie het hoofdstuk “Vullen van de
zeepdispenser”).
2. Druk op de knop Start/Pauze, de vaatwasmachine gaat in de stand-bymodus, houd de programma-
keuzeknop langer dan 3 seconden ingedrukt om de programma-instelling te wijzigen (zie het hoofdstuk
“Inschakelen afwascyclus”).
21
PROGRAMMATABEL
Tabel*:
** Standaardprogramma. Dit is tegelijkertijd het referentieprogramma voor onderzoeksinstituten. On-
derzoeken volgens de norm EN 50242.
Dit programma is geschikt voor het wassen van normaal verontreinigd servies. Voor dit type servies
is dit het meest efciënte programma met betrekking tot het energie- en watergebruik.
* De in de tabel weergegeven waarden voor de duur van het programma en het energie- en water-
gebruik zijn vastgesteld onder laboratoriumomstandigheden. De daadwerkelijke waarden kunnen
hiervan afwijken.
Naam
programma
Intensief **ECO 90’ Snel
Temperatuur 60 ° C 45 ° C 65 ° C 45 ° C
Aard van de
verontreiniging
Verontreinigd
vaatwerk
en normaal
verontreinigde
pannen, schalen,
borden, etc. met
ingedroogde
voedselresten
Dit is een
standaardpro-
gramma, geschikt
voor het afwas-
sen van normaal
verontreinigd
serviesgoed.
Het is het
meest efciënte
programma
met betrekking
tot energie- en
watergebruik
voor dit type
serviesgoed
Voor licht
verontreinigde
ladingen die geen
perfecte droging
behoeven
Een kort wasp-
rogramma voor
licht verontrein-
igde ladingen die
niet gedroogd
hoeven te
worden
Verontreinig-
ingsniveau
sterk veron-
treinigd
licht veron-
treinigd
licht veron-
treinigd
licht veron-
treinigd
Hoeveelheid
afwasmiddel
5g /22g
(1 stuk)
5g /22g
(1 stuk)
27g
(1 stuk) 20g
*Duur van het
programma (min.) 165 205 90 30
*Elektriciteitsver-
bruik (kWh) 1.4 0.75 1.15 0.7
*Waterverbruik (l) 16.5 9 11.5 10
Voorafwas bij
65 oC
Spoelen
Spoelen bij 65 oC
Drogen
Voorafwas
Afwassen bij
45 oC
Spoelen bij 65 oC
Drogen
Voorafwas bij
50 oC
Afwassen bij
60 oC
Spoelen
Spoelen
Spoelen bij 70 oC
Drogen
Afwassen bij 45oC
Spoelen bij 50 oC
Spoelen bij 55 oC
22
REINIGING EN ONDERHOUD
Regelmatig schoonmaken van de vaatwasmachi-
ne verlengt de duur van de storingsvrije werking.
In de binnenruimte van de vaatwasmachine kan
zich vet en kalkaanslag verzamelen. Indien zich
een dergelijke opeenhoping voordoet, handelt u
als volgt:
- Vul de zeepdispenser, zet geen vaatwerk in de
vaatwasmachine, kies een programma met een
hoge afwastemperatuur en schakel het apparaat
in. Als het resultaat onvoldoende is, gebruik van
een speciaal schoonmaakmiddel dat op de markt
verkrijgbaar is. (Schoonmaakmiddelen worden
speciaal voor vaatwasmachines geproduceerd
door producenten van afkomstmiddelen).
Reinigen van de dichtingen van de vaatwasma-
chinedeur
Veeg de dichtingen regelmatig schoon met een
vochtig doekje om alle verzamelde verontreinigin-
gen te verwijderen.
Reiniging van de vaatwasmachine
Maak de lters en de sproeiarmen minimaal één
keer per week schoon. Koppel de vaatwasmachi-
ne los van het elektriciteitsnet en sluit de water-
toevoerkraan voordat u begint met schoonmaken.
Gebruik voor het schoonmaken geen harde
materialen, maar een vochtig doekje en een mild
schoonmaakmiddel.
Filters
Controleer of er etensresten zijn achtergebleven
op het grove en jne lter. Als u etensresten
aantreft, verwijder dan de lters en maak ze onder
stromend water zorgvuldig
schoon.
1. Hoofdlter
2. Grove lter
3. Fijne lter / microlter
1. Verwijder de onderste korf uit het apparaat.
2. Draai het grove lter naar links en trek hem
omhoog.
3. Verwijder de volledige lterset.
4. Haal het microlter uit het grove lter.
5. Maak de lters zorgvuldig schoon onder stro-
mend water. Gebruik indien nodig een borstel.
6. Monteer de lters in omgekeerde volgorde in
de vaatwasmachine.
7. Plaats de lterset in de vaatwasmachine en
draai het grove lter naar rechts.
• Schakel de vaatwasmachine nooit in
zonder lter.
• Verkeerde bevestiging van het lter ver-
mindert de effectiviteit van het afwassen.
• Schone lters zijn bijzonder belangrijk uit
het oogpunt van de juiste werking van de
vaatwasmachine.
Sproeiarmen
Controleer of de openingen in de bovenste en on-
derste sproeiarm niet zijn verstopt. Als ze verstopt
zijn, verwijdert u de sproeiarmen en maakt u ze
schoon onder stromend water.
U verwijdert de onderste sproeiarm door hem naar
boven te trekken, voor de bovenste sproeiarm
draait u de moer naar links.
Zorg er bij de montage van de sproeiarm voor dat
de moer goed is vastgedraaid.
Filter van de wateraanvoerslang
Het water wordt gelterd door een lter op de
wateraanvoerslang om beschadigingen van het
apparaat te voorkomen als gevolg van veron-
treinigingen (zand, klei, roest, etc.) die soms in
het water voorkomen; dit voorkomt ook vergeling
en het ontstaan van neerslag na het wassen.
Controleer het lter en de slang regelmatig en
maak ze indien noodzakelijk schoon. Om het lter
schoon te maken, draait u de waterkraan dicht en
verwijdert u de slang. Neem het lter uit de slang
en maak hem schoon onder stromend water.
Plaats het schoongemaakte lter terug in de slang.
Monteer de slang.
Reiniging van de deurslot
Maak het deurslot en zijn omgeving na iedere
afwasbuurt schoon met een doekje en een mild
schoonmaakmiddel. Veeg het droog. Giet geen
water op het slot. Gebruik geen reinigingsmidde-
len met aerosolen, deze kunnen het slot en de
elektrische elementen beschadigen.
23
Als een van de controlelampjes voor monitor-
ing van het programma brandt en het controle-
lampje Start/Pauze knippert
De deur van de vaatwasmachine staat open,
sluit de deur.
Als het programma niet start
Controleer of de stekker in het stopcontact zit.
Controleer de zekeringen van uw huisinstal-
latie
Zorg ervoor dat de watertoevoerkraan open-
staat.
Controleer of de deur van het apparaat goed is
gesloten.
Zorg ervoor dat de vaatwasmachine is
uitgeschakeld door op de On/Off-knop te druk-
ken.
Zorg ervoor dat het watertoevoerlter en de
lters in de vaatwasmachine schoon zijn.
Als de controlelampjes niet te doven na aoop
van het afwasprogramma
De On/Off-knop is niet ingedrukt.
Als in de zeepdispenser restjes afwasmiddel
zijn achtergebleven
FOUTCODES EN HANDELINGEN BIJ STORINGEN
Het afwasmiddel is in een vochtige dispenser
gestrooid.
Als zich water in de vaatwasmachine bevindt
na aoop van het programma
De waterafvoerslang is verstopt of verdraaid.
De lters zijn verstopt.
Het programma is nog niet afgelopen.
Als de vaatwasmachine stopt tijdens het uitvo-
eren van een afwasprogramma.
Stroomstoring.
Geen watertoevoer.
Het programma kan zich in de stand-bymodus
bevinden.
Als u tijdens het afwassen trillingen en bonken
hoort
Het vaatwerk is niet juist geplaatst.
De sproeiarm stoot tegen het vaatwerk.
Als er zich nog etensresten bevinden op het
vaatwerk
Het vaatwerk is onjuist in de vaatwasmachine
geplaatst, het water heeft niet alle plaatsen
bereikt.
De korf is overladen.
Het vaatwerk staat tegen elkaar.
Heel weinig afwasmiddel gebruikt.
Een ongeschikt, te behoedzaam afwaspro-
gramma gekozen.
De sproeiarmen zijn verstopt met etensresten.
Betekenis van de aanduidingen programmakeuze:
a) alle aanduidingen uitgeschakeld - waakstand
b) een van de programma-aanduidingen brandt continu - pauze of wachten op inschakelen van het
programma
c) een van de programma-aanduidingen knippert - het apparaat is in werking
d) snel knipperen - fout (zie onderstaande tabel)
FOUTCODE BESCHRIJVING VAN DE
STORING ACTIE
Kort Langere watervultijd
De kraan is gesloten, de waterinvoer
is geblokkeerd of de waterdruk is te
laag
90min+Kort De vereiste temperatuur is
niet bereikt Defect van het verwarmingselement
ECO Het apparaat is te vol Element van de vaatwasmachine is
niet hermetisch
25
INBOUWEN VAN HET APPARAAT
De installatie plaats van de vaatwasmachine moet dichtbij een bestaande wateraansluiting, afvoerbui-
zen en voedingskabel zijn.
Kies een van de zijkanten van het kastje om de aansluiting van de afvoerslangen van de vaatwasma-
chine te vergemakkelijken.
Opgelet: controleer de meegeleverde installatie-accessoires (haak voor het afwerkingspaneel, schroef)
Lees deze installatiehandleiding aandachtig door.
Afbeelding met afmetingen van het kastje en de installatieplaats van de vaatwasmachine. U moet
de voorbereidingen uitvoeren voordat de vaatwasmachine op de installatieplaats wordt gezet.
1 Kies een plaats in de buurt van de gootsteen om de installatie van de toevoer- en afvoerslang te
vergemakkelijken (zie afbeelding 1).
2 Wanneer de vaatwasmachine wordt geïnstalleerd bij een hoek, moet er bij het openen van de deur
extra ruimte zijn (getoond op afbeelding 2).
[Afbeelding 1]
Afmetingen kastje Minder dan
5 mm tussen de bovenkant
van de vaatwasmachine en
het kastje en de deuren van de
aangrenzende kastjes.
90 °90 °
600mm
820mm
100
580mm
80
Ingangen voor
de elektrische
aansluit-
ing en de
watertoevoer
en -afvoer
Ruimte tussen de
bodem van het
kastje en de vloer
[Afbeelding 2]
Minimale afstand bij het
openen van de deur.
min= 50mm
Vaatwasmachine
Deur van de vaat-
wasmachine
Kastje
Minimale ruimte
450 / 600
26
max 720 mm 20 mm
OPGELET: Vanwege de specieke eigenschappen van inbouw kan het nodig zijn om de plintlijst op
maat te snijden.
INBOUWEN VAN HET APPARAAT
27
INBOUWEN VAN HET APPARAAT
Afmetingen en installatie van het afwerkingspaneel
1 een houten afwerkingspaneel kan worden gemaakt in overeenstemming met afbeelding 3a of 3b
(afhankelijk van de breedte van het apparaat).
[Afbeelding 3a]
Modellen met een
breedte van 45 cm
- Het afwerking-
spaneel moet
worden gemaakt
aan de hand van
de afmetingen op
de afbeelding
(eenheid mm)
[Afbeelding 3b]
Modellen met
een breedte
van 60 cm
- Het afwerk-
ingspaneel
moet worden
gemaakt aan
de hand van de
afmetingen op
de afbeelding
(eenheid mm)
28
INBOUWEN VAN HET APPARAAT
2 Installeer een haak op het houten afwerkingspaneel en steek de haak in de spleet op de buitenkant
van de vaatwasmachinedeur (zie afbeelding 4a). Na positionering van het paneel, bevestigt u het op de
buitenkant van de deur met de hulp van schroeven en bouten (zie afbeelding 4b).
[Afbeelding 4a]
Installatie van het afwerk-
ingspaneel
[Afbeelding 4b]
Installatie van het houten
afwerkingspaneel
1. Verwijder de vier korte
schroeven
2. Bevestig vier lange
schroeven
Verwijder de vier korte schroeven
Bevestig vier lange
schroeven
29
INBOUWEN VAN HET APPARAAT
Afstelling van de veerspanning van de deur
De veren van de deur zijn fabrieksmatig ingesteld op de juiste spanning voor buitendeuren. Wanneer
u een houten afwerkingspaneel installeert, moet u de veerspanning opnieuw afstellen. Draai aan de
afstelschroef van de regelaar in te stellen op de juiste spanning, of om de staalkabel losser te maken
(zie afbeelding 5).
De veerspanning van de deur
is juist, als hij in horizontale
positie blijft als hij volledig is
geopend, maar bij een lichte
aanraking met de vingers
vanzelf omhoog gaat.
[Afbeelding 5]
Afstelling van de veerspan-
ning van de deur
Montagefasen vaatwasmachine
1. Bevestig de meubeldeur op de deur van de vaatwasmachine met behulp van de meegeleverde
houders. Plaats de houders volgens het meegeleverde sjabloon.
2. Stel de veerspanning van de deur af met behulp van een inbussleutel. Spannen van de veer naar
links. Als u dit niet doet kan dit beschadiging van uw vaatwasmachine veroorzaken (afbeelding 2).
30
INBOUWEN VAN HET APPARAAT
3. Sluit de wateraanvoerslang aan op een koudwaterkraan.
4. Sluit de afvoerslang aan. Zie het schema (afb. 6)
5. Sluit de kabel aan op het elektriciteitsnet.
6. Bevestig het condensatieband onder het werkblad van het kastje. Let erop dat het condensatieband
gelijk is aan de rand van het werkblad.
7. Zet de vaatwasmachine op zijn plaats (afbeelding 4).
8. Zet de vaatwasmachine waterpas. U kunt de achterste voetjes afstellen vanaf de voorkant van de
afwasmachine door het aandraaien van de zeskantige schroef met een inbussleutel in het mid-
den van de basis van de afwasmachine (afbeelding 5A). Voor het afstellen van de voorste voetjes
moet u met een platte sleutel de voorste voetjes draaien totdat de vaatwasmachine waterpas staat
(afbeelding 5B).
9. U moet de vaatwasmachine vastzetten. U kunt dit op twee manieren doen:
A. Werkblad van meubelplaat: Steek de montagehaak in de opening aan de zijkant van de wand en
bevestig hem aan het werkblad met behulp van schroeven (afbeelding 6).
B. Werkblad van marmer of graniet: Zet de zijkant vast met behulp van een schroef (afbeelding 7).
[Afbeelding 7]
31
INBOUWEN VAN HET APPARAAT
De vaatwasmachine moet waterpas staan om ervoor te zorgen dat de korven met vaatwerk juist functio-
neren en het afwasproces effectief verloopt.
1. Plaats een waterpas op de deur en de rails in de vaatwasmachineruimte, zoals getoond op de
afbeelding, om te controleren of de vaatwasmachine waterpas staat.
2. Zet de vaatwasmachine waterpas door individuele afstelling van de drie stelvoetjes.
3. Let er bij het waterpas zetten van de vaatwasmachine op dat hij niet omvalt.
[Afbeelding 8]
Illustratie van de afstelling van de
stelvoetjes
BELANGRIJK:
De maximale afstelhoogte van de
voetjes bedraagt 50 mm
Controleren
Controleren
Niveau
32
PRODUCTKAART
Naam leverancier / handelsmerk Premiere
Type EGSP 24698 E
Nominale capaciteit 9
Energie-efciëntieklasse1A+
Jaarlijks energieverbruik in kWh (AEC) ( 280 cycli)2215
Energieverbruik van de standaardcyclus (Et) (kWh per cyclus) 0,75
Elektriciteitsverbruik in de uitstand (Po) [W] 0,5
Elektriciteitsverbruik in de sluimerstand PI ) [W] 0,5
Jaarlijks waterverbruik in liters (AWC) ( 280 cycli)32660
Droogefciëntieklasse(ID)4A
Standaardprogramma5Eco
Duur standaardprogramma [min] 205
Duur van de sluimerstand (Tl ) [min] -
Geluidemissie [dB(A) re1 pW] 49
Het apparaat is bedoeld als inbouwapparaat
Hoogte [mm] 815
Hoogte (zonder blad) [mm] 0
Breedte [mm] 448
Diepte [mm] 575
Spanning stroomvoorziening/frequentie 230 V / ~ 50 Hz / 10A
Waterdruk 0,4-10 bar = 0,04-1 Mpa
Totaal vermogen [W] 1930
Vermogen verwarmingselement [W] 1800
Vermogen waspomp [W] 98
Vermogen afvoerpomp [W] 30
Beveiliging [A] 10
Nettogewicht [kg] 29,5
De productkaart is opgesteld in overeenstemming met Gedelegeerde Verordening (EU) Nr. 1059/2010
van de Commissie en Verordening (EU) Nr. 1016/2010 van de Commissie.
1) A+++ (hoogste energie-efciëntieklasse) tot D (laagste energie-efciëntieklasse)
2) Energieverbruik »X« kWh per jaar op basis van 280 standaard wascycli bij gebruik van koud water en standen met
lage energieverbruik. Het feitelijke energieverbruik is afhankelijk van de manier waarop het apparaat wordt gebruikt.
3) Waterverbruik »X« liter per jaar op basis van 280 standaard wascycli. Het feitelijke waterverbruik is afhankelijk van
de manier waarop het apparaat wordt gebruikt.
4) Energie-efciëntieklasse »X« op een schaal van G (minst efciënt) tot A (meest efciënt).
5) Dit programma is geschikt voor het wassen van normaal verontreinigd servies. Voor dit type servies is dit het meest
efciënte programma met betrekking tot het energie- en watergebruik.
In de huidige versie voldoet het apparaat op het moment van levering aan de Europese normen en de vereisten uit
de richtlijnen:
- LVD 2014/35/UE
- EMC2014/30/UE
- EUP 2009/125/EC
Bovenstaande waarden zijn gemeten in overeenstemming met de normen en onder bepaalde werkingsomstandighe-
den.
De resultaten kunnen aanzienlijk afwijken, afhankelijk van de hoeveelheid en de verontreinigingsgraad van het vaat-
werk, de waterhardheid, de hoeveelheid afwasmiddel, etc.
De gebruiksaanwijzing is opgesteld op basis van de normen en voorschriften van de Europese Unie.
De producent behoudt zich het recht voor om technische wijzigingen aan te brengen in de constructie.
33
34
35
IO-DWS-0758
(09.2016./1)
5


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Amica EGSP 24698 E at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Amica EGSP 24698 E in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 1,96 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Amica EGSP 24698 E

Amica EGSP 24698 E User Manual - English - 36 pages

Amica EGSP 24698 E User Manual - German - 36 pages

Amica EGSP 24698 E User Manual - French - 36 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info