7-NL
RDS
RDS-voorkeuzezenders oproepen
Druk op de F/SETUP-toets, zodat de indicator
“FUNC” oplicht.
Druk op de 1/AF-toets om de RDS-modus in
werking te stellen.
Druk op de F/SETUP-toets om de normale modus
in werking te stellen. De indicator “FUNC” dooft.
Als de indicator “FUNC” gedoofd is, drukt u op de
voorkeuzezendertoets waaronder de gewenste
RDS-zender werd opgeslagen.
Als het signaal van de voorkeuzezender verzwakt, zal het
toestel automatisch zoeken naar een sterkere zender in
de AF-lijst en daarop afstemmen.
Als de voorkeuzezender en de zenders in de AF-
lijst niet kunnen worden ontvangen:
Als de instelling PI SEEK is ingeschakeld (zie “Instellen
van het zoeken volgens programma-identificatie (PI
SEEK)” op pagina 8), zoekt het toestel naar een andere
zender in de PI-lijst. Als er nog geen zenders in de regio
kunnen worden ontvangen, geeft het toestel de frequentie
van de voorkeuzezender weer en verdwijnt het nummer
van de voorkeuzezender.
Als het signaalniveau van de lokale zender waarop
afgestemd wordt, te zwak wordt voor ontvangst, drukt u
op dezelfde voorkeuzezendertoets om af te stemmen op
een lokale zender in een andere regio.
• Raadpleeg het hoofdstuk “Radio” voor de instelling van de RDS-
voorkeuzezenders. De RDS-zenders kunnen alleen in de
frequentiebanden F1, F2 en F3 worden geprogrammeerd.
Regionale (lokale) RDS-zenders ontvangen
Houd de F/SETUP-toets minstens 2 seconden
ingedrukt om de instelmodus in te schakelen.
Druk op de of -toets om de modus REG
(regio) te selecteren.
Druk op de BAND-toets om de modus REG (regio)
in of uit te schakelen.
In de modus REG OFF blijft het toestel automatisch de
overeenkomstige lokale RDS-zender ontvangen.
Druk op de F/SETUP-toets om de instelmodus uit
te schakelen.
4
3
2
1
5
4
3
2
1
RDS-ontvangstmodus instellen en
RDS-zenders ontvangen
RDS (Radio Data System) is een radio-informatiesysteem dat gebruik
maakt van de 57 kHz onderdraaggolf van normale FM-uitzendingen.
RDS maakt het mogelijk allerhande informatie, waaronder
verkeersoverzichten en zendernamen, te ontvangen en automatisch
opnieuw af te stemmen op een sterkere zender die hetzelfde
programma uitzendt.
Druk op de F/SETUP-toets, zodat de indicator
“FUNC” oplicht.
Druk op de 1/AF-toets om de RDS-modus in
werking te stellen.
Druk op de of -toets om af te stemmen
op de gewenste RDS-zender.
Druk opnieuw op de 1/AF-toets om de RDS-modus
uit te schakelen.
Druk op de F/SETUP-toets om de normale modus
in werking te stellen.
De indicator “FUNC” dooft.
De digitale RDS-gegevens omvatten de volgende
informatie:
PI Programma-identificatie
PS Programmadienstnaam
AF Lijst met alternatieve frequenties
TP Verkeersprogramma
TA Verkeersmelding
PTY Programmatype
EON Verbeterde andere netwerken
5
4
3
2
1