Normaal afspelen en pauzeren
1 Breng een CD in. De CD-speler start met de
weergave van de eerste track op de CD.
Het display toont het tracknummer. Na het
afspelen van de laatste track keert de CD-speler
terug naar de eerste track.
2 Indien er reeds een CD aanwezig is in de
CD-speler, druk dan op de
SOURCE/POWER-toets om de CD-modus te
selecteren.
3 Druk op de toets
66
om de weergave van de
CD te pauzeren.
Om de weergave voort te zetten drukt u
nogmaals op de toets
66
.
Music Sensor (overslaan)
1 Druk eenmaal op de toets 4 tijdens het
afspelen van een CD om terug te keren naar het
begin van de huidige track. Voor elke keer dat u
de toets indrukt gaat u een track verder terug.
Druk eenmaal op de toets ¢
om naar het
begin van de volgende track te springen. Voor
elke keer dat u de toets indrukt gaat u een track
verder terug. Druk meermaals tot u de gewenste
track bereikt.
OPMERKING
De muzieksensorfunctie is bruikbaar in de afspeelmodus of
in de pauzeermodus.
Snel vooruit en achteruit
1 Houd de toets 4 of ¢ ingedrukt om snel
achteruit of vooruit te spoelen tot u het
gewenste trackgedeelte bereikt.
Herhaald afspelen
1 Druk op de toets 4 ( ) om de huidige track
telkens opnieuw af te spelen.
Het display toont de indicator RPT en de track
wordt telkens opnieuw afgespeeld.
Druk opnieuw op de toets
4 ( ) om de
herhaalfunctie uit te schakelen.
OPMERKINGEN
• Als een CD-wisselaar aangesloten is en de modus RPT ALL
wordt geselecteerd, speelt het toestel alle op de CD
geselecteerde tracks telkens opnieuw af (enkel CDM-
9807RB/CDM-9805R/CDM-9803RM/CDM-9803R).
RPT RPT ALL (OFF)
• Indien een 6-cd-wisselaar aangesloten is (enkel
CDM-9807RB/CDM-9805R/CDM-9803RM/CDM-9803R):
Druk op de toets F/SETUP zodat de indicator “FUNC”
oplicht en ga dan naar stap 1.
Druk op de toets F/SETUP om naar de normale modus terug
te keren.
De indicator “FUNC” dooft.
14-NE
SOURCE/
POWER
Preselectietoetsen
66
4 ¢
4 5 6
Functies van de CD-speler