- 32 -
NEDERLANDS
• Bij de functie VERWARMEN wordt de brood alleen maar verwarmt – zonder ontdooien.
(Als deze functie aan is, staat het kontrollampje VERWARMEN aan).
• Om kleinere boterhammetjeseruit te halen, trek het STOP knoopje een beetje naar boven.
• Druk het knoopje STOP ook als de brood al te donker is of als er een ander probleem ontstaat..
• Het kontrolllampje is aan, als het toestel in gebruik is, het wordt uitgezet, nadat het
knoopje STOP gedrukt wordt.
Afschuifbare rooster voor het verwarmen
• Zet de rooster me thulp van de handvat op de opening voor de brood.Let op dat de rooster goed
vastzit. Leg het gebak op de rooster en zet het tostel aan.
• Raak nooit de hete afschuifbare rooster aan!
• Het verwarmte gebak mag niet meer dan 1 centimeter groter zijn dan deafschuifbare rooster.
Wat moet ik over het gebak weten?
• De soort van het gebak, zijn vochtigheid, het feit of het vers is de dikte en de aantal van de
boterhammen – dit alles beinfloedt de intensiteit van het roosteren. Tweeboterhammen, die u
tergelijkertijd roostert, zullen het liefs gelijk oud,gelijk vochtig en gelijk groot zijn, ook van
gelijke broodsoort.
• De dikte van boterhammen mag liever niet groter dan 3cm zijn.
• In de broodrooster kunt u elke soort gebak gebruiken, behalve gebak met glazuur.
Heel dunne boterhammen
• Deze worden niet automatisch gecentraliseerd.
• Het is beter de lagere intensiteit van het roosteren te kiezen.
• De boterhammen droog bewaren.
• De brood in en dicht afgesloten verpakking bewaren.
• Voor donkere soorten van het gebak is het in allgemeen beter om hogere intensiteit van het
roosteren te kiezen.
• Als u heel lichte kleur van het gebak wilt, besprenkel de rooster met een klein beetje water. U
kunt ook het gebak twee of meerdere keren omdraaien.
Het schoonmaken van de broodrooster
• Schakel de broodrooster af en laat het afkoelen.
• Maak het laaatje voor de kruimels leeg.
• Gebruike een borstel met harde borstelhaare om de kruimels uit de binnenkant eruit te vegen.
• Veeg de binnenkant van het toestel met en vochtig doekje.
• Gebruik geen harde voorwerpen voor het schoonmaken en ook geen abrasieve middelen.
• Het toestel mag u nooit in het water onderdompelen of in de afwasmachine
schoonmaken!
• Let goed na het schoonmaken op, dat er in het toestel geen voorwerpen zijn gebleven
zoals een doekje of een borsteltje enz. en ook geen vloeistof.