86
Ga voor het invoeren van de code als
volgt te werk:
1) Selecteer het eerste cijfer van de co-
de met de draaiknop/toets (11).
2) Bevestig het eerste cijfer door de
draaiknop/toets (11) in te drukken.
3) Voer de overige drie cijfers van de
code op dezelfde wijze in.
Ga als volgt te werk als u een ver-
keerd cijfer hebt ingevoerd:
1) Plaats de cursor op het symbool
¯
(fig. 126) met de draaiknop/toets
(11).
2) Bevestig het wissen door de draai-
knop/toets (11) in te drukken.
Als de gehele code is ingevoerd, moet
de cursor op het symbool
j
worden ge-
plaatst en bevestigd worden met de
draaiknop/toets (11). Hierna schakelt
het systeem in en wordt afgestemd op de
radio.
BELANGRIJK Als er een verkeerde
code is ingevoerd, kan de code opnieuw
worden ingevoerd. Om te voorkomen dat
de code geïdentificeerd kan worden door
middel van verschillende pogingen, blijft
het systeem een uur na de derde foutieve
invoer geblokkeerd. Voor een volgende
poging moet het navigatiesysteem een
uur ingeschakeld blijven. Als het systeem
tijdens deze wachttijd wordt losgekoppeld
van de accu, gaat de wachttijd opnieuw
in en is altijd gelijk aan een uur.
Diefstalbeveiliging uit-/
inschakelen
Het is mogelijk de diefstalbeveiliging uit
te schakelen (zie “Beveiliging” in het
hoofdstuk “Standaardinstellingen rege-
len”.