63
BELANGRIJK Omdat de auto is uitge-
rust met een slijtage-indicator voor de
remblokken voor moet u, als de remblok-
ken worden vervangen, ook de remblok-
ken achter laten controleren.
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Het
moet na ongeveer 4 seconden doven.
Als bij een draaiende motor het lampje
gaat branden, dan is er een storing in een
airbag of de gordelspanners
Storing in airbag/gordel-
spanners
¬
Als het lampje
¬
niet
gaat branden, blijft
branden of gaat bran-
den tijdens het rijden, zet dan
onmiddellijk de motor uit en
wendt u tot de Alfa Romeo-
dealer.
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, dan gaat het lampje enige secon-
den branden om u er aan te herinneren
dat de veiligheidsgordels moeten worden
omgelegd.
Veiligheidsgordels
<
Het lampje gaat branden als u het rem-
pedaal intrapt en de remblokken voor zijn
versleten.
Versleten remblokken
voor
d
Als het lampje
d
tij-
dens het rijden gaat
branden, terwijl het
rempedaal niet is ingetrapt,
wendt u dan zo snel mogelijk tot
de Alfa Romeo-dealer. Als het
lampje gaat branden bij ingetrapt
rempedaal, laat dan zo snel mo-
gelijk de remblokken voor ver-
vangen.
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Het
moet na enige seconden doven.
Het lampje brandt:
– als de handrem is aangetrokken;
– als het vloeistofniveau voor het rem-
systeem/koppelingbediening in het reser-
voir te laag is als gevolg van een lekkage
in het hydraulische circuit;
– gelijktijdig met lampje
>
bij een sto-
ring in de elektronische remdrukverdeling
(EBD).
Aangetrokken handrem
en/of te laag remvloei-
stofniveau
x
Als het lampje
x
tij-
dens het rijden gaat
branden, controleer dan
of de handrem niet is aangetrok-
ken. Als het lampje blijft branden
terwijl de handrem is losgezet,
wendt u dan direct tot de Alfa
Romeo-dealer.