33
Programmeren
Voor het programmeren van eventuele
extra afstandsbedieningen, dient u zich
tot de Alfa Romeo-dealer te wenden.
Batterijen vervangen
Als u op toets (A-fig. 6) van de af-
standsbediening drukt en de led (B-fig.
6) knippert 1 keer kort en de led (D-
fig. 7) op het dashboard blijft perma-
nent branden (na het uitschakelen van
het alarm), dan moeten de batterijen
door nieuwe van hetzelfde type worden
vervangen: open de kunststof huishelften
bij de inkeping (C-fig. 6), plaats de
nieuwe batterijen en let daarbij op de po-
lariteit, sluit vervolgens de huishelften op
elkaar aan en controleer of ze vergrende-
len (fig. 6).
Wendt u voor meer informatie tot de Al-
fa Romeo-dealer.
ALARM INSCHAKELEN
Richt bij gesloten portieren, kofferdek-
sel en motorkap en het contactslot in
stand STOP of PARK de sleutel met af-
standsbediening in de richting van de au-
to. Druk op het knopje en laat het knopje
los.
Behalve bij uitvoeringen voor bepaalde
landen geeft het systeem een geluidssig-
naal (“BIEP“), knipperen de richtingaan-
wijzers circa drie seconden, worden de
portieren vergrendeld en gaat de led (D-
fig. 7) links op het dashboard branden
om aan te geven dat het alarm is inge-
schakeld.
Het inschakelen van het alarm wordt
voorafgegaan door een zelfdiagnose
waarin de led met een afwijkende fre-
quentie knippert. Als het systeem een sto-
ring vindt, dan klinkt nogmaals een
akoes tisch waarschuwingssignaal.
De led in de auto knippert zolang het
diefstalalarm ingeschakeld blijft.
P4Z00036
fig. 6
Lege batterijen zijn
schadelijk voor het mi-
lieu. Ze moeten in een
batterijenbak of chemobox wor-
den gedeponeerd. Vermijd bloot-
stelling aan open vuur en hoge
temperaturen. Houd ze buiten
het bereik van kinderen.
P4Z00006
fig. 7