2.3.2 De batterij opladen in een dubbel laadstation
Plaats de handset in de sleuf voor de dubbele lader aan de voorkant, met de
voorkant naar u toe.
Als u een reservebatterij hebt, kunt u deze tegelijkertijd opladen. Plaats een
reservebatterijpack in de achtersleuf met de laadcontacten omlaag. Duw de
reservebatterij naar voren en naar beneden onder de clip om deze op te laden (A).
De AC/DC-adapter is niet in de set inbegrepen. Contacteer uw provider voor een
gepaste AC/DC-adapter.
Afhankelijk van de configuratie van de handset wordt er een pieptoon gegeven
wanneer het laden begint. Het pictogram voor de batterijstatus knippert en de LED
brandt. Als er een reservebatterij wordt opgeladen, gaat er een speciale LED op de
lader branden.
• Groen continu: de batterij is volledig opgeladen.
• Rood continu: batterij laadt op.
Om de reservebatterij te verwijderen, duwt u deze naar beneden en naar achteren om deze los te maken.
U kunt met behulp van het instellingenmenu configureren hoe de handset zich gedraagt wanneer deze op
de oplader is geplaatst. Raadpleeg het hoofdstuk over configureren van de telefoon: Instellen van uw
toestel .
2.3.3 Lampje
• Groen continu: de batterij is volledig opgeladen.
• Rood continu: batterij laadt op.
Laad het toestel regelmatig op. Het toestel mag daarbij zowel ingeschakeld als uitgeschakeld zijn.
Verwijder de batterij als het toestel langere tijd niet gebruikt hoeft te worden en niet in de oplader
opgeborgen kan worden, en berg de batterij apart op.
De laadtijd van de batterij bedraagt doorgaans minder dan 3 uur. De laadtijd hangt af van de stroombron
waarop de USB-kabel wordt aangesloten (computer, AC/DC-.
De laadtijd van de reservebatterij is doorgaans 6 uur.
2.3.4 Levensduur van uw toestel