10
Beschrijving van het apparaat
Vooraanzicht
(diverse modellen)
1 = Temperatuurregelaar en
binnenverlichting
2 = Boter-/kaasvak met klep
3 = Variabele box (uitvoering
afhankelijk van model, niet
bij alle modellen)
4 = Deurvak
5 = Flessenvak
Flessenhouder (niet bij alle
modellen)
6 = Fruit-/groenteladen
7 = Legvlakken
8 = Vriesvak (voor bewaren en
invriezen)
9 = Universeelbox (niet bij alle
modellen)
10 = Vochtigheidsregeling (niet
bij alle modellen)
11 = Flessen-/blikkenhouder (niet
bij alle modellen)
12 = Typeplaatje
Voor ingebruikname
Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor
het eerste gebruik (zie hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”).
☞