36
Controle- en informatiesysteem
Het controle- en informatiesysteem bestaat uit de temperatuurindica-
tie, een optisch alarm en een akoestisch alarm.
Het systeem waarschuwt:
- wanneer de temperatuur in de vriesruimte te hoog wordt
- bij functiestoringen aan het apparaat.
Temperatuurwaarschuwing
Het rode alarmlampje knippert en er klinkt een geluidssignaal zodra de
temperatuur in de vriesruimte meer dan 4°C boven het bereik van de
temperatuurindicatie uitkomt.
Een dergelijke temperatuurstijging kan veroorzaakt worden door:
- vaak of langdurig openen van de deur
- opslaan van grote hoeveelheden warme levensmiddelen
- te hoge omgevingstemperatuur
- storing aan het apparaat
Met de toets ALARM UIT kunt u het geluidssignaal uitscha-
kelen. Alarmlampje en geluidssignaal worden automatisch
uitgeschakeld zodra de WERKELIJKE temperatuur in de
vriesruimte weer daalt en binnen de waarden van de tem-
peratuurindicatie komt.
Opmerking:
Het geluidssignaal wordt afgebroken:
- na het inschakelen van het apparaat zodra de ingestelde GEWENSTE
temperatuur bereikt wordt.
- als de FROSTMATIC-toets ingedrukt is.
Tip: controleer regelmatig aan de hand van het rode alarmlampje de
bewaartemperatuur.
Functiestoringen
Als de elektronica van het apparaat een storing ontdekt die verhindert
dat de WERKELIJKE temperatuur behouden wordt, dan knipperen alle
lampjes van de temperatuurindicatie. Het apparaat schakelt over op
een noodprogramma totdat de service-afdeling de storing verholpen
heeft.