STOOKRUIMTE
Belangrijk
• Dek nooit de ventilatieopeningen af.
•Sla geen ontvlambare producten op in de stookruimte.
•Sla in de buurt van de ketel geen bijtende stoffen op zoals verf,
oplosmiddelen, chloor, zout, zeep en andere schoonmaakproducten.
Toegankelijkheid
De stookruimte moet groot genoeg zijn om de ketel gemakkelijk te
bereiken. Het is raadzaam de volgende minimumafstanden (mm)
rond de ketel te voorzien:
- voorzijde 500
- achterzijde 150
- zijkanten 100
- bovenzijde 700
Ventilatie
De stookruimte moet voorzien zijn van een onderverluchting en een
bovenverluchting
(zie fig. 3).
Ter informatie: de onderstaande tabel toont de waarden volgens
de Belgische reglementering.
Iedere gebruiker moet zich ervan verzekeren dat de ventilatie
van de stookruimte voldoet aan de geldende lokale voorschriften.
Scouwaansluiting type: B23 (fig.3)
De aansluiting op de schouw gebeurt met een metalen buis, die
schuin oplopend tussen de ketel en de schouw wordt geplaatst.
Een schouwverbindingsstuk is noodzakelijk.
A. Bovenverluchting
B. Onderverluchting
C. Tr ekregelaar
D. Kijkgat
E. Hoogte van de schouwbuis
F. Schouwdiameter
SV - MV / 35 SV - MV / 50
Ventilatie
Min. toevoer frisse lucht min. m
3
/u 63 90
Bovenverluchting (A) dm
2
1.5 1.5
Onderverluchting (B) dm
2
1.5 2
Trekregelaar (C) Ø 80 100
Opmerking:
De waarden (B) en (C) zijn alleen van toepassing voor
aansluitingen van het type B23.
Sokkel
De sokkel waarop de ketel wordt geplaatst, moet gemaakt zijn van
onbrandbaar materiaal.
SCHOUWAANSLUITINGEN
BELANGRIJK
De installatie dient te worden uitgevoerd door een
erkende technicus in overeenstemming met de geldende
lokale normen en voorschriften.
De schouwdiameter mag niet kleiner zijn dan de diameter
van het schouwverloopstuk van de ketel.
fig. 3: Ventilatie van de ketel en schouwaansluiting van het type B23
Opmerking:
Daar de voorschriften van land tot land variëren, geldt
de bovenstaande tabel slechts als leidraad.
Het hoge rendement van onze ketels houdt in dat de
rookgassen op een erg lage temperatuur worden
afgevoerd. Het risico van rookgascondensatie is dan
ook niet denkbeeldig, wat in sommige schouwen tot
schade zou kunnen leiden. Om dat risico te voorkomen
raden wij u sterk aan de schouwkoker te voorzien van
een buis.
Voor nadere inlichtingen terzake neemt u best contact
op met uw installateur.
SV - MV / 35 SV - MV / 50
Schouw
E = 5 m Ø min. F mm 213 236
E = 10 m Ø min. F mm 179 199
E = 15 m Ø min. F mm 162 179
6
INSTALLATIE
Schouwaansluitingen van het type: C xx (fig.4, 5 en 6)
• C 13 (x): Concentrische / parallelle aansluiting met horizontale
dakdoorvoer.
• C 33 (x): Concentrische / parallelle aansluiting met verticale
dakdoorvoer.
• C 43 (x): Concentrische / parallelle aansluiting van verschillende
ketels op een gemeenschappelijke schouw.
• C 53 (x): Parallelle schouwaansluiting met luchtaanvoer en
rookgasafvoer in verschillende drukzones
(verschillende locaties).
• C 63 (x): Aansluiting voor verbinding met een erkend afvoersysteem
(alleen in Nederland, Duitsland en Luxemburg).