7
NEDERLANDS
Vóór het in gebruik nemen
Voer een wasgang zonder wasgoed uit, opdat
vetresten (die bij de fabricage zijn ontstaan) in de
wastrommel en de kuip worden verwijderd.
Programma: bonte was 60°C, met een halve
maatbeker wasmiddel.
Stel de machine waterpas op. Dat doet u door middel
van het in- of uitdraaien van een of twee van de
verstelbare voetjes. Als de machine op tapijt staat,
stel de voeten dan zodanig in dat de lucht vrij kan
circuleren. Zorg ervoor dat de machine op alle vier de
voetjes stevig op de vloer staat: ook dat is zeer
belangrijk.
Watertoevoer
Draai de wartel van de toevoerslang stevig op de 3/4"
schroefdraad van de kraan.
De toevoerslang mag niet verlengd worden. Mocht de
slang te kort zijn en wilt u de kraan niet laten
verplaatsen, koop dan een langere, complete,
hogedrukslang welke speciaal voor dit doel gemaakt is.
Het andere eind van de toevoerslang, aan de
machinekant, kan naar alle richtingen worden
verdraaid. Wartel iets losdraaien, haakse bocht
verdraaien en wartel weer stevig vastdraaien.
Waterafvoer
De bocht, aan het eind van de afvoerslang, kunt u op
drie manieren plaatsen:
Over de rand van een wasbak. U moet er dan voor
zorgen dat de bocht niet, door het snel uitstromende
water, van de rand kan schieten. Bijvoorbeeld door de
bocht met een touwtje aan de kraan of aan een haak
in de muur op te hangen.
In een aftakking van de wasbakafvoer. Die
aftakking moet boven de siphon (stankafsluiter) zitten
en zodanig dat de bocht van de slang zich op
tenminste 60 cm van de vloer bevindt.
In een afvoerpijp. Wij adviseren een standpijp van
65 cm hoogte; in ieder geval niet lager dan 60 cm en
niet hoger dan 90 cm.
Het eind van de afvoerslang moet altijd belucht zijn,
dat wil zeggen dat de binnendiameter van de pijp groter
moet zijn dan de buitendiameter van het slangeind.
De afvoerslang legt u vanaf de machinekant over de vloer
en laat u pas bij de afvoermogelijkheid omhoog lopen.
Elektrische aansluiting
De machine is voor 220-230V / 50Hz gemaakt.
De machine is voorzien van een drie-aderig
aansluitsnoer en steker met aardcontacten.
De steker mag u uitsluitend plaatsen in een stopcontact
met (aangesloten en functionerende) aardcontacten;
de machine dient deugdelijk geaard te zijn.
Het aansluitsnoer mag u niet verlengen. Indien het
snoer te kort blijkt te zijn, laat uw installateur dan of
een langer snoer aan de machine monteren of het
stopcontact verplaatsen.
Het gebruik van een verlengsnoer of kabelhaspel is
niet toegestaan.
In bad- of doucheruimten moet doorgaans een
zogeheten «vaste aansluiting» gemaakt worden;
raadpleeg uw installateur.