Het Reed-contact en de vlotter moeten
altijd verticaal staan. De pijl op het
klemplaatje aan de voorzijde moet
naar boven wijzen. Met moer (5) is de
vlotterschakelaar in de tank bevestigd.
Door losdraaien van moer (4) kan de
vlotterschakelaar verticaal worden
ingesteld. Moer (4)
is ten opzichte van moer (5) afgedicht
met een 0-ring. De vlotterschakelaar
moet voor controle of vervanging in zijn
geheel uit het toestel worden genomen.
(De vlotter kan niet door de opening
in moer (5) worden gehaald.) Hiervoor
moet het toestel dus worden afgetapt.
1.2.2 Controleren van de
vlotterschakelaar
Schakel de voedingsspanning uit,
en verwijder de zekeringen van de
elementen. Hierdoor kan het stuurcircuit
worden getest, zonder dat de elementen
in bedrijf komen. Tap het toestel af tot het
water zeker onder de vlotterschakelaar
staat. Indien gewenst kan de
vlotterschakelaar nu worden verwijderd
voor visuele inspectie. Controleer met
een universeelmeter de weerstand
van de contacten, en controleer of de
het schakelpunt ongeveer halverwege
de slag van de vlotter ligt. (bij nieuwe
contacten ligt deze weerstand bij 1 tot
1,5 Ohm) Schroef de vlotterschakelaar
weer in de tank en stel hem verticaal.
Controleer de uitsteekhoogte. Sluit de
deur en schakel de voedingsspanning in.
De veiligheidsrelais mogen niet inkomen.
(Het aantrekken en afvallen van de
veiligheidsrelais is duidelijk hoorbaar.)
Laat nu water in het toestel stromen. Als
het water de vlotter omhoog drukt, sluit
de vlotterschakelaar het stuurcircuit, en
zullen de veiligheidsrelais aantrekken.
Tap vervolgens het toestel weer af. Door
het dalen van het waterniveau moet
de vlotterschakelaar het stuurcircuit
weer onderbreken, waardoor de
veiligheidsrelais afvallen. Herhaal deze
handeling minimaal 1 keer.
Schakel de voedingsspanning uit en
breng de zekeringen van de elementen
weer aan. Sluit de deur en schakel de
voedingsspanning weer in.